HOOFDSTUK Ibis. - [
1 Centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht, collectieve schuldenregeling en protest]
1 ----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 46, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
Afdeling I. - [
1 Inrichting van een centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht, collectieve schuldenregeling en protest]
1 ----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 47, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
Art. 1389bis/1.<Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Het centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht en collectieve schuldenregeling is de geïnformatiseerde gegevensbank waar de berichten van beslag, delegatie, overdracht [
1 , collectieve schuldenregeling en protest]
1 bedoeld in de artikelen 1390 tot 1390quinquies worden gecentraliseerd. Die gegevensbank wordt hierna " bestand van berichten " genoemd.
----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 48, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
Art. 1389bis/2.<Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> De Nationale Kamer van gerechtsdeurwaarders, bedoeld in artikel [
2 555]
2, in deze afdeling verder " Nationale Kamer " genoemd, wordt met betrekking tot het bestand van berichten beschouwd als de verantwoordelijke voor de verwerking in de zin van [
1 artikel 1, § 4]
1, van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.
[
1 De Nationale Kamer staat in voor de controle op en de melding aan het Beheers- en toezichtscomité van alle mogelijke misbruiken van het bestand van berichten.]
1 ----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 49, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
(
2)<W
2014-01-07/06, art. 4, 080; Inwerkingtreding : 01-02-2014>
Art. 1389bis/3. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> De natuurlijke personen die de gegevens van het bestand van berichten rechtstreeks kunnen registreren, raadplegen, wijzigen, verwerken of vernietigen, worden met naam aangewezen in een geïnformatiseerd register, dat door de Nationale Kamer voortdurend wordt bijgewerkt.
Art. 1389bis/4. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Hij die in welke hoedanigheid ook deelneemt aan de verzameling, de verwerking of de mededeling van de in het bestand van berichten geregistreerde gegevens of kennis heeft van die gegevens, moet het vertrouwelijk karakter ervan in acht nemen. Artikel 458 van het Strafwetboek is op hem toepasselijk. De ministeriële ambtenaren die optreden ten laste van dezelfde schuldenaar zijn evenwel vrijgesteld van deze verplichting voor de uitwisseling onder hen van informatie betreffende deze debiteur of betreffende diegenen die met hem een gemeenschap of onverdeeldheid delen.
Art. 1389bis/5.<Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Teneinde de juistheid na te gaan van de gegevens die in het bestand van berichten worden ingevoerd en het bestand van berichten voortdurend te kunnen bijwerken, heeft de Nationale Kamer toegang tot de informatiegegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, 1°, 2°, 5° en 7°, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een rijksregister van de natuurlijke personen en kan zij het identificatienummer van dat register gebruiken. Zij mag het nummer evenwel in geen enkele vorm aan derden mededelen [
1 , tenzij aan de Nationale Bank van België in het kader van haar wettelijke opdrachten, waarbij zij het nummer mag gebruiken]
1.
De Koning stelt de wijze vast waarop de informatiegegevens van het rijksregister aan de Nationale Kamer worden overgezonden. Hij kan eveneens nadere regels vaststellen in verband met het gebruik van het identificatienummer van het rijksregister door de Nationale Kamer.
----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 50, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
Art. 1389bis/6.<Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> De registratie van gegevens in het bestand van berichten is kosteloos.
Teneinde de kosten te dekken die veroorzaakt worden door het houden van het bestand van berichten en door de werking van het Beheers- en toezichtscomité bedoeld in artikel 1389bis/8 [
2 en door elk ander bestand of register dat bij wet door de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders wordt opgericht]
2, geeft de mededeling van gegevens geregistreerd in het bestand van berichten aan advocaten, gerechtsdeurwaarders, notarissen en schuldbemiddelaars, aanleiding tot de inning van een retributie waarvan de Minister van Justitie het bedrag, de voorwaarden en de modaliteiten van inning bepaalt na terzake het advies van het Beheers- en toezichtscomité en van de Nationale Kamer te hebben ingewonnen.
[
1 In afwijking van het eerste en tweede lid stelt de Minister van Justitie voor de registratie van de in artikel 1390quater/1 bedoelde berichten een retributie vast na het advies van het Beheers- en toezichtscomité en van de Nationale Kamer te hebben ingewonnen. Enkel voor de mededeling van dergelijke gegevens, die zijn geregistreerd in het bestand van berichten, aan specifieke categorieën van personen zoals bedoeld in artikel 1391, § 2, derde lid, wordt door de minister van Justitie een retributie bepaald na het advies van het Beheers- en toezichtscomité en van de Nationale Kamer te hebben ingewonnen.]
1 De retributies zijn betaalbaar aan en worden geïnd door de Nationale Kamer.
Het bedrag van de retributie bedoeld in het tweede lid wordt op 1 januari van ieder jaar aan de hand van de volgende formule van rechtswege aangepast aan de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen : het nieuwe bedrag is gelijk aan het basisbedrag vermenigvuldigd met het nieuwe indexcijfer en gedeeld door het beginindexcijfer.
Het beginindexcijfer is dat van de maand december van het jaar gedurende hetwelk het bedrag van de retributie is vastgesteld. Het nieuwe indexcijfer is dat van de maand december van het jaar voorafgaand aan de eerste januari van het jaar gedurende hetwelk de aanpassing plaatsvindt.
Het resultaat wordt op een eenheid naar boven afgerond.
[
1 De minister kan de retributie diversifiëren na het advies van het Beheers- en toezichtscomité en van de Nationale Kamer te hebben ingewonnen.]
1 ----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 51, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
(
2)<W
2016-05-04/03, art. 126, 095; Inwerkingtreding : 31-12-2016>
Art. 1389bis/7.<Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Op verzoek van de minister van Justitie, de ministers tot wier bevoegdheid de economie behoort, de wetgevende Kamers, (de Gemeenschaps- en Gewestparlementen) en het Planbureau, alsook, na eensluidend advies van het Beheers- en toezichtscomité, van alle betrokken personen en organisaties, maakt de Nationale Kamer hen anonieme gegevens over, die nuttig zijn voor onderzoek [
1 in verband met het bewarend beslag, de middelen tot tenuitvoerlegging, de collectieve schuldenregeling en het protest]
1. Gecodeerde gegevens kunnen enkel worden overgemaakt overeenkomstig de toepasselijke regels tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens. <W
2006-03-27/35, art. 5, 055;
Inwerkingtreding : 21-04-2006>
----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 52, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
Afdeling II. - (Beheer en toezicht). <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011>
Art. 1389bis/8.<Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Bij [
1 de Federale Overheidsdienst]
1 Justitie wordt een Beheers- en toezichtscomité bij het centraal bestand van berichten, delegatie, overdracht [
1 , collectieve schuldenregeling en protest]
1 opgericht, hierna " Beheers- en toezichtscomité " genoemd.
[
1 Het Beheers- en toezichtscomité wordt voorgezeten door een beslagrechter of door een magistraat of een emeritus-magistraat met ten minste twee jaar effectieve ervaring inzake beslag, die wordt aangewezen door de Minister van Justitie. Het Comité is voorts samengesteld uit een jurist en een informaticus die de Minister van Justitie vertegenwoordigen en door hem worden aangewezen, uit een griffier van een rechtbank van eerste aanleg of hof van beroep, afdeling beslag, en een griffier en magistraat van een arbeidsgerecht, die allen worden aangewezen door de minister van Justitie, [
2 ...]
2 uit een vertegenwoordiger van de Nationale Bank van België, die wordt aangewezen door de gouverneur ervan, uit een advocaat, die wordt aangewezen door de Orde van Vlaamse Balies, uit een advocaat, die wordt aangewezen door de Ordre des barreaux francophones et germanophone, uit een notaris, die wordt aangewezen door de Nationale Kamer van notarissen, uit een notaris aangewezen door de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat, uit een gerechtsdeurwaarder, die wordt aangewezen door de Nationale Kamer, uit een gerechtsdeurwaarder-secretaris, die wordt aangewezen door het directiecomité van de Nationale Kamer, uit een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Financiën, die wordt aangewezen door de Minister van Financiën, uit een schuldbemiddelaar van de Nederlandse taalrol of die erkend wordt door de bevoegde Nederlandstalige overheid en een schuldbemiddelaar van de Franse taalrol of die erkend wordt door de bevoegde Franstalige overheid, die beiden ten minste twee jaar effectieve ervaring hebben, aangewezen door de Minister van Justitie, en uit een bedrijfsrevisor, die wordt aangewezen door de raad van het Instituut van de bedrijfsrevisoren.]
1 Het Beheers- en toezichtscomité kan slechts op geldige wijze beraadslagen wanneer ten minste de helft van de leden aanwezig is.
De beslissingen van de Beheers- en toezichtscomité worden bij meerderheid van stemmen genomen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.
De leden van het Comité worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van vier jaar.
Voor elk lid van het Comité wordt een plaatsvervanger aangewezen, op dezelfde wijze als de werkende leden.
Indien het mandaat van een werkend lid of een plaatsvervangend lid een einde neemt vóór het verstrijken van de termijn ervan, wordt in zijn opvolging voorzien. De opvolger voleindigt het mandaat van zijn voorganger.
Het Beheers- en toezichtscomité stelt zijn huishoudelijk reglement vast, dat door de minister van Justitie wordt goedgekeurd en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
[
1 De Federale Overheidsdienst Justitie organiseert de huisvesting en de personeelsondersteuning van het Beheers- en toezichtscomité.]
1 ----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 53, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
(
2)<W
2019-03-23/03, art. 36, 114; Inwerkingtreding : 29-03-2019>
Art. 1389bis/9.<Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> De minister van Justitie bepaalt voor de voorzitter en de leden van het Beheers- en toezichtscomité het bedrag en de toekenningsvoorwaarden van de presentiegelden, de vergoedingen van de verblijfskosten, alsook de voorwaarden inzake terugbetaling van reiskosten. Alle kosten [
1 bedoeld in dit artikel]
1 worden gedragen door de Nationale Kamer.
----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 54, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
Art. 1389bis/10.<Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> § 1. Het Beheers- en toezichtscomité heeft de volgende opdrachten :
1° waken over en bijdragen tot de doeltreffende en veilige werking van het [
1 bestand van berichten]
1 overeenkomstig de bepalingen van dit hoofdstuk;
2° advies uitbrengen over de uitvoeringsbesluiten bedoeld in de artikelen 1389bis/6 en 1391, § 3, en over de verzoeken bedoeld in artikel 1389bis/7;
3° aan de minister van Justitie op zijn verzoek een advies uitbrengen inzake elke vraag betreffende het bestand van berichten;
4° advies verlenen, ambtshalve of na een verzoek overeenkomstig artikel 1389bis/13, over elke moeilijkheid of elk geschil dat kan rijzen betreffende de toepassing van dit hoofdstuk en de uitvoeringsmaatregelen ervan;
5° de Nationale Kamer ermee gelasten de individuele toegangscodes tot het bestand van berichten onwerkzaam te maken overeenkomstig artikel 1389bis/14;
[
1 6° advies uitbrengen over de organisatie van het bestand van berichten en de invloed van de uitbatingsprocedures op de kosten ervan, alsook over het ontwerp van jaarlijks budget van het bestand van berichten en het jaarlijks opvolgingsrapport betreffende dit budget.]
1 § 2. [
2 ...]
2 ----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 55, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
(
2)<W
2019-03-23/03, art. 37, 114; Inwerkingtreding : 29-03-2019>
Art. 1389bis/11. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Ieder jaar brengt het Beheers- en toezichtscomité verslag uit over de vervulling van zijn opdrachten gedurende het afgelopen jaar. Dat verslag bevat suggesties met betrekking tot de wenselijkheid om wijzigingen aan te brengen in het stelsel van openbaarheid dat met het bestand van berichten wordt verwezenlijkt.
Het verslag bevat eveneens een analyse van de inkomsten en de uitgaven verbonden aan het bestand van berichten.
Het verslag wordt medegedeeld aan de wetgevende Kamers en aan de minister van Justitie.
Art. 1389bis/12. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> § 1. Het Beheers- en toezichtscomité kan alle inlichtingen verzamelen die nodig zijn voor de uitoefening van zijn taken bedoeld in artikel 1389bis/10, § 1. Het kan daartoe personen horen en pertinente documenten opvragen en heeft tevens toegang tot het bestand der berichten en tot alle gegevens met betrekking tot de werking ervan. De personen die worden gehoord of die documenten dienen mee te delen, zijn gemachtigd gegevens mee te delen die gedekt zijn door het beroepsgeheim.
§ 2. Indien het Beheers- en toezichtscomité dit nuttig acht voor de uitoefening van zijn taken bedoeld in artikel 1389bis/10, § 1, kan het de tuchtoverheid of de hiërarchische meerdere inlichten over nalatigheden en tekortkomingen vastgesteld ten laste van de personen bedoeld in artikel 1389bis/3. Het kan deze tevens belasten met een onderzoek terzake en met het uitbrengen van een schriftelijk verslag binnen de gevraagde termijn.
Indien het Beheers- en toezichtscomité in het kader van de uitoefening van zijn taken kennis heeft van een schending van de artikelen 1389bis/15 en 1389bis/16 of van enig ander misdrijf, geeft het hiervan kennis aan de bevoegde procureur des Konings.
§ 3. Artikel 1389bis/4 is van toepassing op de leden van het Beheers- en toezichtscomité voor alle gegevens waarvan zij bij de uitoefening van hun ambt kennis hebben gekregen alsook op de personen aan wie het Comité in de uitoefening van haar taken deze gegevens meedeelt.
Art. 1389bis/13. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Eenieder kan zich schriftelijk tot het Beheers- en toezichtscomité wenden om het in kennis te stellen van feiten of toestanden die naar zijn oordeel het optreden van het Comité vereisen of om nuttige voorstellen te doen.
Tenzij de persoon die zich tot het Beheers- en toezichtscomité heeft gericht er uitdrukkelijk mee instemt, mag het Comité zijn identiteit niet bekend maken en evenmin de wijze waarop het is gevat.
Het Beheers- en toezichtscomité deelt aan de verzoeker bedoeld in het eerste lid de gegevens mee die het nuttig acht.
Art. 1389bis/14. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> In afwachting van de resultaten van de maatregelen bedoeld in artikel 1389bis/12, kan het Beheers- en toezichtscomité de Nationale Kamer gelasten de individuele toegangscode bedoeld in artikel 1391, § 4, tot het bestand van berichten voor een eenmalig verlengbare maximum termijn van één jaar, onwerkzaam te maken wanneer redelijke aanwijzingen bestaan dat de houder ervan de artikelen 1389bis/4, 1391, § 4, of 1391, § 5, niet heeft nageleefd. Behoudens het geval van absolute noodzakelijkheid, wordt de betrokkene vooraf gehoord.
Wanneer de individuele toegangscode van een gerechtsdeurwaarder overeenkomstig het eerste lid onwerkzaam is gemaakt, kan deze laatste slechts toegang tot het bestand van berichten verkrijgen onder het toezicht en door tussenkomst van zijn syndicus of van een lid van de arrondissementskamer aangeduid door de syndicus.
Art. 1389bis/15. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Worden gestraft met een geldboete van honderd tot vijfduizend frank, de organen of de aangestelden van de Nationale Kamer die :
1° niet alle maatregelen hebben genomen die het mogelijk maken de veiligheid en de vertrouwelijkheid van de verwerkte persoonsgegevens te waarborgen;
2° het individueel register bedoeld in artikel 1389bis/3 niet bijgewerkt hebben.
Art. 1389bis/16. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Worden gestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met een geldboete van honderd tot vijfduizend frank of met een van deze straffen, de personen die :
1° in strijd met de bepalingen van artikel 1391, § 4, en met uitzondering van de gevallen bepaald bij of krachtens de wet, bewust hun individuele toegangscode hebben bekendgemaakt;
2° in strijd met de bepalingen van artikel 1389bis/4 en met uitzondering van de gevallen bepaald bij of krachtens de wet, het vertrouwelijk karakter van de gegevens geregistreerd in het bestand van berichten niet hebben bewaard;
3° het bestand van berichten hebben geraadpleegd, zonder dat zij zich bevinden in een van de gevallen bedoeld in artikel 1391, § 1, of die gegevens verkregen uit dat bestand gebruiken voor een ander doel dan datgene dat de toegang tot het bestand kon wettigen.
Art. 1389bis/17. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> De rechter kan beslissen dat de veroordeelde persoon het recht om zijn individuele toegangscode te gebruiken, voor ten hoogste vijf jaar wordt ontzegd.
Wanneer de individuele toegangscode van een gerechtsdeurwaarder overeenkomstig het eerste lid onwerkzaam is gemaakt, kan deze laatste slechts toegang tot het bestand van berichten verkrijgen onder het toezicht en door tussenkomst van zijn syndicus of van een lid van de arrondissementskamer door de syndicus aangeduid.
Art. 1389bis/18. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Alle bepalingen van boek I van het Strafwetboek met inbegrip van hoofdstuk VII en artikel 85, doch met uitzondering van hoofdstuk V, zijn van toepassing op de strafbare feiten bedoeld in de artikelen 1389bis/15 en 1389bis/16.
Afdeling III. - (Registratie, mededeling en raadpleging van de gegevens). <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011>
Art. 1390.<W
2000-05-29/36, art. 2, 035;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> § 1. Wanneer een bevel voorafgaand aan uitvoerend beslag op onroerend goed wordt overgeschreven (of wanneer een bevel voorafgaand aan het uitvoerend beslag op roerend goed wordt betekend) of wanneer beslag op roerende of onroerende goederen wordt gelegd of wanneer vaststelling van niet-bevinding werd gedaan, zendt de instrumenterende gerechtsdeurwaarder op eigen verantwoordelijkheid aan het bestand van berichten ten laatste drie werkdagen volgend op de handeling, een bericht met de vermelding van : <W
2003-03-27/65, art. 2, 043;
Inwerkingtreding : 29-01-2011>
1° naam, voornamen, woonplaats, of naam, rechtsvorm en zetel, geboortedatum en/of [
1 ondernemingsnummer]
1 en gekozen woonplaats van de beslaglegger;
2° naam, voornamen, woonplaats of bij gebreke daarvan verblijfplaats, of naam, rechtsvorm, zetel, geboortedatum en/of [
2 ...]
2 [
1 ondernemingsnummer]
1 van de beslagen schuldenaar;
3° datum waarop (het bevel of) het beslag heeft plaatsgevonden en aard ervan, plaats waar het beslag is verricht en in voorkomend geval, datum van betekening aan de beslagen schuldenaar; <W
2003-03-27/65, art. 2, 043;
Inwerkingtreding : 29-01-2011>
4° in voorkomend geval, identiteit en woonplaats of zetel van de derde-beslagene;
5° aard en bedrag van de schuldvordering van de beslaglegger, alsook eventuele redenen van voorrang;
6° in voorkomend geval, een korte beschrijving van de aard van de inbeslaggenomen lichamelijke roerende goederen;
7° bij vaststelling van niet-bevinding, de vermelding dat de voor beslag vatbare goederen van de schuldenaar kennelijk ontoereikend zijn om de kosten van de procedure te dekken;
8° de identiteit van de gerechtsdeurwaarder verantwoordelijk voor de procedure van tenuitvoerlegging, en die daardoor, in voorkomend geval, belast zal zijn met de verdeling van de gelden.
Het bericht van beslag bedoeld in het eerste lid wordt opgesteld en gezonden door de griffier [
3 , de ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financiën, in het kader van de uitoefening van hun ambt en de vervulling van hun missie, met het oog op de vestiging, de inning en de invordering van de fiscale schuldvorderingen en van de niet-fiscale schuldvorderingen die tot de bevoegdheid van de Federale Overheidsdienst Financiën behoren,]
3 of de ontvanger belast met de inning wanneer de procedure door hun toedoen wordt ingezet.
[
2 Met " ontvanger " in het tweede lid worden [
3 ...]
3 de gewestelijke ontvangers, de personeelsleden van het Agentschap Vlaamse Belastingsdienst, de provinciale en gemeenteontvangers bedoeld.]
2 (Het eerste lid is niet van toepassing op het beslag op zeeschepen en binnenschepen.) <W
2003-03-27/65, art. 2, 043;
Inwerkingtreding : 29-01-2011>
§ 2. Wanneer er reeds een beslag is gelegd, kan iedere schuldeiser van wie de schuldvordering overeenkomstig artikel 1628, eerste lid, in aanmerking komt voor de verdeling, door bemiddeling van de griffier of van een gerechtsdeurwaarder, in verzet komen, door aan het bestand van berichten een bericht te zenden dat de relevante gegevens omschreven in § 1 bevat alsmede de vermeldingen bedoeld in artikel 1629, lid 1, 1° en 2°.
(Een bericht van bevel of beslag geldt in alle omstandigheden als bericht van verzet.) <W
2003-03-27/65, art. 2, 043;
Inwerkingtreding : 29-01-2011>
----------
(
1)<W
2009-12-30/14, art. 48, 069; Inwerkingtreding : 25-01-2010>
(
2)<W
2013-01-14/16, art. 56, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
(
3)<W
2018-07-08/03, art. 24, 107; Inwerkingtreding : 26-07-2018>
Art. 1390bis.<W
2000-05-29/36, art. 2, 035;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Wanneer krachtens de artikelen [
2 203ter, 220, § 3, 221, 301, § 11, van het Burgerlijk Wetboek of artikel 1253ter/5, eerste lid, 6°]
2, van dit Wetboek een delegatie wordt toegekend, [
1 stelt naar gelang van het geval de griffier, de gerechtsdeurwaarder of de ambtenaar die toepassing maakt van artikel 15 van de wet van 21 februari 2003 tot oprichting van een Dienst voor alimentatievorderingen bij de FOD Financiën]
1 binnen drie werkdagen na de kennisgeving of de betekening, een bericht van delegatie op, dat aan het bestand van berichten wordt gezonden.
Het bericht van delegatie vermeldt :
1° naam, voornamen [
3 ...]
3, woonplaats en geboortedatum van de delegataris;
2° naam, voornamen, woonplaats of bij gebreke daarvan verblijfplaats en geboortedatum van de delegant;
3° identiteit, woonplaats of zetel en in voorkomend geval geboortedatum van de gedelegeerde derde;
4° het bedrag, de voorwaarden, de grenzen en de oorzaak van de delegatie.
Wanneer op grond van de artikelen [
2 203ter, 220, § 3, 221, 301, § 11, van het Burgerlijk Wetboek of van artikel 1253ter/5, eerste lid, 6°]
2, van dit Wetboek een delegatie wordt gevorderd, raadpleegt de griffier van het gerecht waarbij de zaak aanhangig is gemaakt op de wijze bepaald in artikel 1391 kosteloos de berichten bedoeld in dit artikel. Indien er berichten bestaan, maakt hij de lijst ervan op en voegt deze bij het dossier.
Indien de inkomsten of de geldsommen waarop de vordering betrekking heeft reeds het voorwerp zijn van een delegatie of een beslag op grond van uitkeringen tot levensonderhoud, geeft de griffier aan de begunstigde van de delegatie of aan de beslaglegger, teneinde hem in geding te betrekken, bij gerechtsbrief kennis van een afschrift van een afschrift van het verzoekschrift of van de dagvaarding, met uitnodiging om te verschijnen.
De verweerder kan in het geding eveneens de schuldeisers betrekken jegens wie hij veroordeeld is om een uitkering tot levensonderhoud te betalen, maar die geen delegatie genieten, noch beslag gelegd hebben.
Na de partijen te hebben gehoord, bepaalt de rechter indien nodig de verdeling onder de gerechtigden van het levensonderhoud.
----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 57, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
(
2)<W
2017-07-06/24, art. 86, 100; Inwerkingtreding : 03-08-2017>
(
3)<W
2018-12-21/09, art. 131, 113; Inwerkingtreding : 10-01-2019>
Art. 1390ter.<W
2000-05-29/36, art. 2, 035;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Bij overdracht van loon zendt de aangezochte gerechtsdeurwaarder, die in het bezit is van een verklaring van de overnemer waaruit de achterstand in de betaling blijkt, op eigen verantwoordelijkheid en ten vroegste op de dag waarop aan de gecedeerde schuldenaar het afschrift van de kennisgeving wordt gezonden bedoeld in artikel 28, 1°, met vermelding van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers, aan het bestand van berichten een bericht van overdracht toe waarin de volgende gegevens zijn vermeld :
1° naam, voornamen, woonplaats, of naam, rechtsvorm en maatschappelijke zetel, geboortedatum en/of [
1 ondernemingsnummer]
1 van de schuldeiser-overnemer;
2° [
2 naam, voornamen, geboortedatum en woonplaats, of naam, rechtsvorm, maatschappelijke zetel en ondernemingsnummer van de overdrager;]
2 3° identiteit en woonplaats, of bij gebreke daarvan verblijfplaats of naam, rechtsvorm en zetel, van de gecedeerde schuldenaar;
4° bedrag van het opeisbaar saldo van de schuldvordering van de overnemer;
5° in voorkomend geval, de vermelding dat de overdrager in verzet is gekomen en het beschikkend gedeelte van het vonnis dat daaruit voortvloeit.
Wanneer de overdracht van de geldsommen bedoeld in de artikelen 1409, 1409bis en 1410, § 1, overeenkomstig artikel 1690 van het Burgerlijk Wetboek geschiedt, zendt de aangezochte gerechtsdeurwaarder, die in het bezit is van een verklaring van de overnemer waaruit de achterstand in de betaling blijkt, op eigen verantwoordelijkheid en ten vroegste op de dag van de betekening of de kennisgeving van de overdracht aan de gecedeerde schuldenaar of ten vroegste op de dag van de erkenning door deze laatste, aan het bestand van berichten een bericht toe waarin de in het eerste lid bedoelde gegevens zijn vermeld.
De overdracht bedoeld in lid 1 en 2 is slechts tegenstelbaar aan andere derden dan de gecedeerde schuldenaar vanaf het tijdstip waarop het bericht van overdracht bij het bestand van berichten is ontvangen.
----------
(
1)<W
2009-12-30/14, art. 48, 069; Inwerkingtreding : 25-01-2010>
(
2)<W
2013-01-14/16, art. 58, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
Art. 1390quater.<W
2000-05-29/36, art. 2, 035;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> § 1. Binnen vierentwintig uur na de uitspraak van de beschikking van toelaatbaarheid bedoeld in artikel 1675/6, zendt de griffier, aan het bestand van berichten een bericht van collectieve schuldenregeling met vermelding van :
1° naam, voornamen, geboortedatum en woonplaats van de verzoeker;
2° naam, voornamen, beroep en woonplaats en/of kantoor, of benaming en zetel van de schuldbemiddelaar;
3° datum van de beslissing van toelaatbaarheid;
4° de territoriaal bevoegde (arbeidsrechtbank) en de referentie van de griffie. <W
2005-12-13/35, art. 26, 052;
Inwerkingtreding : 31-12-2005>
§ 2. [
1 De schuldbemiddelaar zendt binnen drie werkdagen volgend op de hierna vermelde data aan het bestand van berichten de volgende vermeldingen :]
1 1° de datum van de herroeping van de beslissing van toelaatbaarheid;
2° de datum van de beslissing tot vervanging van de schuldbemiddelaar [
1 en de identiteit van de vervangende schuldbemiddelaar zoals in § 1, 2°]
1;
3° in geval van minnelijke aanzuiveringsregeling, de datum van de beslissing waarbij akte wordt genomen van het gesloten akkoord, de datum waarop het proces-verbaal bedoeld in artikel 1675/11, § 1, lid 1 aan de rechter wordt bezorgd, de einddatum van de aanzuiveringsregeling en de datum van herroeping van de aanzuiveringsregeling;
4° in geval van gerechtelijke aanzuiveringsregeling de datum van de beslissing waarbij de aanzuiveringsregeling wordt opgelegd, de datum van de beslissing tot verwerping van de vordering, de einddatum van de aanzuiveringsregeling en de datum van herroeping van de aanzuiveringsregeling;
[
1 5° in geval van totale kwijtschelding van de schulden, de datum van de beslissing en de datum van de herroeping van die beslissing.]
1 In al deze gevallen zendt de schuldbemiddelaar, via de griffie of via een gerechtsdeurwaarder, onverwijld een bericht aan het bestand van berichten dat tevens de naam, voornamen, geboortedatum en woonplaats vermeldt van de betrokken verzoeker en de verwijzing naar het betrokken bericht van collectieve schuldenregeling.
----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 59, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
Art. 1390quater TOEKOMSTIG RECHT.
<W 2000-05-29/36, art. 2, 035; Inwerkingtreding : 29-01-2011> § 1. Binnen vierentwintig uur na de uitspraak van de beschikking van toelaatbaarheid bedoeld in artikel 1675/6, zendt de griffier, aan het bestand van berichten een bericht van collectieve schuldenregeling met vermelding van :
1° naam, voornamen, geboortedatum en woonplaats van de verzoeker;
2° naam, voornamen, beroep en woonplaats en/of kantoor, of benaming en zetel van de schuldbemiddelaar;
3° datum van de beslissing van toelaatbaarheid;
4° de territoriaal bevoegde (arbeidsrechtbank) en de referentie van de griffie. <W 2005-12-13/35, art. 26, 052; Inwerkingtreding : 31-12-2005>
[2 Binnen vierentwintig uur na de beslissing tot vervanging van de schuldbemiddelaar, zendt de griffier middels het centraal register collectieve schuldenregeling bedoeld in artikel 1675/20 aan het bestand van berichten de vermelding van de datum van deze beslissing en van de identiteit van de vervangende schuldbemiddelaar zoals in lid 1, 2°.]2
§ 2. [1 De schuldbemiddelaar zendt binnen drie werkdagen volgend op de hierna vermelde data aan het bestand van berichten de volgende vermeldingen :]1
1° de datum van de herroeping van de beslissing van toelaatbaarheid;
2° [2 ...]2
3° in geval van minnelijke aanzuiveringsregeling, de datum van de beslissing waarbij akte wordt genomen van het gesloten akkoord, de datum waarop het proces-verbaal bedoeld in artikel 1675/11, § 1, lid 1 aan de rechter wordt bezorgd, de einddatum van de aanzuiveringsregeling en de datum van herroeping van de aanzuiveringsregeling;
4° in geval van gerechtelijke aanzuiveringsregeling de datum van de beslissing waarbij de aanzuiveringsregeling wordt opgelegd, de datum van de beslissing tot verwerping van de vordering, de einddatum van de aanzuiveringsregeling en de datum van herroeping van de aanzuiveringsregeling;
[1 5° in geval van totale kwijtschelding van de schulden, de datum van de beslissing en de datum van de herroeping van die beslissing.]1
In al deze gevallen zendt de schuldbemiddelaar, via de griffie of via een gerechtsdeurwaarder, onverwijld een bericht aan het bestand van berichten dat tevens de naam, voornamen, geboortedatum en woonplaats vermeldt van de betrokken verzoeker en de verwijzing naar het betrokken bericht van collectieve schuldenregeling.
----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 59, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
(
2)<W
2019-05-05/19, art. 32, 117; Inwerkingtreding : 01-01-2022>
Art. 1390quater/1. [
1 Binnen drie werkdagen na het opmaken van de protestakte zendt de instrumenterende gerechtsdeurwaarder op eigen verantwoordelijkheid aan het bestand van berichten een bericht van protest met vermelding van :
1° de plaats, datum en aard van het protest;
2° het soort handelspapier waarop het protest betrekking heeft;
3° de naam en voornamen, rechtsvorm of bijzondere benaming van de begunstigde van het orderbriefje of van de trekker van de wisselbrief, alsook zijn woonplaats of indien het een koopman betreft, zijn hoofdinrichting of, indien het een rechtspersoon betreft, zijn maatschappelijke zetel en zijn ondernemingsnummer;
4° de naam en voornamen, rechtsvorm of bijzondere benaming van de ondertekenaar van het orderbriefje of van de betrokkene van de wisselbrief, alsook de vermelding of hij de wisselbrief al dan niet geaccepteerd heeft, zijn woonplaats of indien het een koopman betreft, zijn hoofdinrichting of, indien het een rechtspersoon betreft, zijn maatschappelijke zetel en zijn ondernemingsnummer;
5° de vervaldag;
6° het bedrag van het handelspapier en, indien dat zou verschillen, het bedrag waarvoor het protest werd opgemaakt;
7° de reden van de weigering die aanleiding geeft tot het protest;
8° de identiteit van de instrumenterende gerechtsdeurwaarder;
9° de naam van de verzoeker.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2013-01-14/16, art. 60, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
Art. 1390quinquies.[
1 Geen overhandiging of verdeling van de gelden waarop beslag is gelegd, als gereed geld of als bedragen waarop beslag onder derden is gelegd, of die voortkomen van een verkoop van in beslag genomen roerende of onroerende goederen, kan plaatsvinden dan overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 1627 tot 1654.
Wanneer de verdeling definitief is vastgesteld, zendt de gerechtsdeurwaarder of de notaris die het proces-verbaal van evenredige verdeling of van rangregeling heeft opgemaakt, deze informatie volgens de door de Koning bepaalde nadere regels toe aan het bestand van berichten.]
1 ----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 61, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
Art. 1390sexies. <Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> De Koning bepaalt de modaliteiten van de verzending van alle berichten aan het bestand van berichten. De modellen van de berichten worden door de Koning opgemaakt.
Art. 1390septies.<Ingevoegd bij W
2000-05-29/36, art. 2;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> Dag en uur van ontvangst van de gegevens bedoeld in de artikelen 1390 tot 1390quater worden in het bestand van berichten vermeld.
[
1 Wanneer het beslag of het verzet plaatsvindt ten aanzien van ondernemingen of van personen die een ondernemingsnummer hebben, zendt het bestand van berichten ten laatste de eerste dag volgend op de ontvangst, volgens de door de Koning bepaalde nadere regels en parameters, gestructureerde informatie van de daarop betrekking hebbende berichten toe aan de griffie van de [
2 ondernemingsrechtbank]
2 van het arrondissement waar ze zijn ingeschreven.
Wanneer er berichten worden verzonden overeenkomstig artikel 1390quater, zendt het bestand van berichten deze berichten alsook de verbeteringen en wijzigingen uiterlijk vierentwintig uur na de uitspraak van de beschikking van toelaatbaarheid of na de vermelding op het bericht aan de Nationale Bank van België en aan de Kansspelcommissie. Eenieder die het bestand van berichten op naam van een natuurlijke persoon heeft geraadpleegd, wordt door het bestand van berichten in voorkomend geval, volgens de door de Koning vastgestelde nadere regels, op de hoogte gesteld van de voormelde nieuwe informatie betreffende die persoon.]
1 De berichten worden in het bestand van berichten bewaard gedurende een termijn van drie jaar (te rekenen van de verzending van het bericht), [
1 tenzij in geval van]
1 de eventuele voorafgaande schrapping ervan, hetzij op initiatief van de personen bedoeld in artikel 1391, § 1, in geval van betaling, hetzij in der minne, hetzij bij rechterlijke beslissing. Zij vervallen van rechtswege na het verstrijken van die termijn tenzij ten laatste tien dagen daarvóór aan het bestand van berichten een bericht van opschorting of hernieuwing wordt gezonden waarin de reden van de opschorting of van de hernieuwing is vermeld. (Schuldeisers zijn in alle omstandigheden en op straffe van schadevergoeding, indien daartoe grond bestaat, ertoe gehouden uiterlijk binnen drie werkdagen na ontvangst van het totale verschuldigde bedrag in hoofdsom, rente en kosten te doen overgaan tot schrapping van het bericht van verzet, delegatie, overdracht, bevel of beslag, voor zover wat het bericht van beslag betreft geen bericht van verzet van een andere schuldeiser, in het bezit van een uitvoerbare titel krachtens de welke bevel tot betalen is betekend, in het bestand van berichten is vermeld. Zolang het bericht van beslag niet kan geschrapt worden dient binnen voormelde termijn van drie werkdagen de betaling van het totale verschuldigde bedrag in hoofdsom, rente en kosten in het bestand van berichten gemeld te worden.) <W
2003-03-27/65, art. 2, 043;
Inwerkingtreding : 29-01-2011>
(Wanneer het bestand van berichten het verzet vermeldt van een andere schuldeiser in het bezit van een uitvoerbare titel, krachtens dewelke bevel tot betalen is betekend, dan kunnen de opheffing van het beslag en de schrapping van het desbetreffende beslagbericht niet plaatsvinden zonder diens toestemming, behalve wanneer zij bevolen werden bij gerechtelijke beslissing. Wanneer de opheffing van een beslag en de schrapping van het beslagbericht niet kunnen plaatshebben ingevolge het gebrek aan toestemming van een andere schuldeiser in het bezit van een uitvoerbare titel, krachtens dewelke bevel tot betalen is betekend, vult de beslagleggende schuldeiser die voldoening bekwam zijn melding van betaling aan met de mededeling dat het beslagbericht blijft gelden ten gunste van andere schuldeisers in het bezit van een uitvoerbare titel, krachtens dewelke bevel tot betalen is betekend, behoudens andersluidende gerechtelijke beslissing. De verzetdoende schuldeiser in het bezit van een uitvoerbare titel krachtens dewelke bevel tot betalen is betekend, kan tevens de hernieuwing vragen van het beslagbericht.) <W
2003-03-27/65, art. 2, 043;
Inwerkingtreding : 29-01-2011>
[
1 In afwijking van het vierde lid]
1 wordt het bericht bedoeld in artikel 1390quater bewaard in het bestand van berichten tot het einde van de aanzuiveringsregeling. Het wordt geschrapt bij ontvangst van een bericht bedoeld in artikel 1390quater dat de herroeping vermeldt van de beslissing van toelaatbaarheid of van het plan, of dat de verwerping vermeldt van de vordering tot collectieve schuldenregeling [
1 of de beslissing van de totale kwijtschelding van de schulden of de herroeping daarvan]
1.
[
1 In afwijking van het vierde lid wordt het in artikel 1390quater/1 bedoelde bericht bewaard in het bestand van berichten tot de integrale betaling of de uitdoving van de wisselschuld om een andere reden. In beide gevallen schrapt de instrumenterende gerechtsdeurwaarder het bericht binnen drie werkdagen na ontvangst van de integrale betaling of de vaststelling van de uitdoving.
Hij brengt hiertoe volgende vermeldingen aan op het betreffende bericht van protest :
1° de datum van de betaling of van de uitdoving van de wisselschuld;
2° het bedrag van de betaling of de reden van de uitdoving anders dan wegens betaling.]
1 De Koning bepaalt de bewaartermijn van de gegevens betreffende de berichten van beslag, delegatie, cessie [
1 , collectieve schuldenregeling en protest]
1 na hun verwijdering uit het bestand van berichten en van de gegevens betreffende de operaties met betrekking tot die berichten.
----------
(
1)<W
2013-01-14/16, art. 62, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
(
2)<W
2018-04-15/14, art. 252, 103; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
Art. 1391.<W
2000-05-29/36, art. 2, 035;
Inwerkingtreding : 29-01-2011> § 1. [
2 [
4 De volgende personen kunnen kennis nemen van de in de artikelen 1390 tot 1390quater bedoelde berichten :
a) de advocaten, door toedoen van de Orde van Vlaamse Balies en de Ordre des barreaux francophones et germanophone;
b) de gerechtsdeurwaarders;
c) de ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financiën in het kader van hun ambt en hun missie, en met het oog op de vestiging, de inning en de invordering van de fiscale schuldvorderingen en van de niet-fiscale schuldvorderingen die tot de bevoegdheid van de Federale Overheidsdienst Financiën behoren;
d) de gewestelijke ontvangers, de personeelsleden van het Agentschap Vlaamse Belastingdienst en de provinciale- en gemeenteontvangers die belast zijn met een invorderingsprocedure ten gronde of bij wijze van beslag tegen een bepaalde persoon betreffende de berichten die op diens naam zijn opgemaakt.]
4 De notarissen, door toedoen van de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat, zijn gemachtigd de berichten te raadplegen die bedoeld worden in de artikelen 1390 tot 1390quater en die opgemaakt zijn op naam van de personen wier goederen het voorwerp moeten uitmaken van een handeling die tot hun ambt behoort.
De schuldbemiddelaars kunnen voor de vervulling van hun wettelijke opdrachten kennis nemen van de in de artikelen 1390 tot 1390quater bedoelde berichten die zijn opgemaakt op naam van de verzoeker-schuldenaar en op naam van personen die met hem een gemeenschap of onverdeeldheid delen. De raadpleging geschiedt voor advocaten, gerechtsdeurwaarders en notarissen op de in de het eerste en het tweede lid bepaalde wijze en, voor andere schuldbemiddelaars, door toedoen van de Nationale Kamer.
Alle magistraten, griffiers en rechters in handelszaken en sociale zaken kunnen voor de vervulling van hun wettelijke opdrachten in de artikelen 1390 tot 1390quater/1, bedoelde berichten raadplegen, die zijn gesteld op naam van één of meer van de betrokken partijen.
De [
3 magistraten en griffiers van de [
5 ondernemingsrechtbanken]
5 en de rechters in handelszaken kunnen, onder toezicht van de voorzitter,]
3 kunnen voor de vervulling van hun wettelijke opdrachten, bij wijze van algemene of globale opzoeking en volgens de door de Koning bepaalde nadere regels en parameters het bestand van berichten [
3 en andere informatiebronnen die door de Koning, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, worden aangewezen,]
3 raadplegen.]
2 § 2. Geen uitvoerend beslag, geen procedure van verdeling kan plaatsvinden zonder voorafgaande raadpleging door de ministeriële ambtenaar van de berichten opgesteld met toepassing van de artikelen 1390 tot 1390quater.
Te dien einde vermeldt het exploot van beslag of het proces-verbaal van evenredige verdeling of van rangregeling de dag en het uur waarop de ministeriële ambtenaar de berichten heeft geraadpleegd of bevat het als bijlage de verklaring die deze gegevens bevat en die is afgegeven door het bestand van berichten.
[
2 De in artikel 1390quater/1 bedoelde berichten zijn elektronisch, door eenieder raadpleegbaar volgens de door de Koning bepaalde nadere regels. De Koning kan tevens specifieke categorieën van personen bepalen die voornoemde berichten kunnen raadplegen onder de door Hem vastgestelde voorwaarden.]
2 § 3. De raadpleging, zowel rechtstreeks als onrechtstreeks van de berichten bedoeld in de artikelen 1390 tot 1390quater, geschiedt op de wijze vastgesteld door de Koning.
§ 4. Er wordt toegang verkregen tot de gegevens opgenomen in het bestand van berichten door middel van individuele toegangscodes. De houders van de codes mogen die niet aan derden bekendmaken en zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het gebruik dat ervan wordt gemaakt.
§ 5. [
2 Ieder verzoek tot raadpleging van de in de artikelen 1390 tot 1390quater bedoelde berichten is slechts ontvankelijk indien het vermeldt :]
2 1° naast de toegangscode, de naam, voornamen en het beroepsadres van de verzoeker bedoeld in § 1;
2° in voorkomend geval, naam, voornamen, woonplaats of, naam, rechtsvorm en zetel van de schuldeiser;
3° naam, voornamen en woonplaats, bij gebreke daarvan verblijfplaats, of naam, rechtsvorm en zetel, geboortedatum en/of [
1 ondernemingsnummer]
1 van de persoon op wie de raadpleging betrekking heeft;
4° het voorwerp van het verzoek, verantwoord overeenkomstig § 1;
5° in voorkomend geval, de datum van de laatste akte opgesteld ten laste van de persoon op wie de procedure van invordering of beslag bedoeld in § 1, eerste lid betrekking heeft.
§ 6. Alle personen die zijn opgenomen in het bestand van berichten beschikken over een recht van toegang en een recht op verbetering overeenkomstig de artikelen 10 tot 15 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.
----------
(
1)<W
2009-12-30/14, art. 48, 069; Inwerkingtreding : 25-01-2010>
(
2)<W
2013-01-14/16, art. 63, 076; Inwerkingtreding : 01-09-2013>
(
3)<W
2017-05-17/11, art. 4, 099; Inwerkingtreding : 12-06-2017>
(
4)<W
2018-07-08/03, art. 25, 107; Inwerkingtreding : 26-07-2018>
(
5)<W
2018-04-15/14, art. 252, 103; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
HOOFDSTUK Ibis/1. [
1 - Centraal register voor Europees conservatoir beslag op bankrekeningen.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-06-18/03, art. 185, 106; Inwerkingtreding : 02-07-2018>
Art. 1391/1. [
1 Bij de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders, wordt een "Centraal register voor Europees conservatoir beslag op bankrekeningen" opgericht, hierna "Centraal Register EAPO" genoemd.
Het Centraal Register EAPO is een geïnformatiseerde gegevensbank waarin de gegevens worden verzameld die noodzakelijk zijn voor de doeleinden van het rechterlijk verzoek en om het juiste verloop na te gaan van de procedures betreffende het verzoek voor het verkrijgen van rekeninginformatie, bedoeld in artikel 14 van Verordening (EU) nr. 655/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 tot vaststelling van een procedure betreffende het Europees bevel tot conservatoir beslag op bankrekeningen om de grensoverschrijdende inning van schuldvorderingen in burgerlijke en handelszaken te vergemakkelijken, en in de artikelen 1447/1 en 1447/2.
In het Centraal register EAPO worden opgenomen:
1) De metadata en het elektronisch verzoek of de gedematerialiseerde kopieën van het niet-elektronisch verzoek voor het verkrijgen van rekeninginformatie dat werd meegedeeld aan de Nationale Kamer, evenals van de bijlages van dat verzoek;
2) De metadata en de data betreffende de betaling van de vergoeding voor de behandeling van het verzoek voor het verkrijgen van rekeninginformatie;
3) De gegevens noodzakelijk om de schuldenaar die het voorwerp uitmaakt van het verzoek voor het verkrijgen van rekeninginformatie te kunnen identificeren;
4) De metadata en de elektronische correspondentie evenals de gedematerialiseerde kopieën van de niet-elektronische correspondentie van de Nationale Kamer gevoerd met het oog op het beantwoorden van het verzoek voor het verkrijgen van rekeninginformatie;
5) De metadata en het elektronisch antwoord of de gedematerialiseerde kopieën van het niet-elektronisch antwoord van de Nationale Kamer op het verzoek voor het verkrijgen van rekeninginformatie.
De Koning bepaalt, na het advies te hebben ingewonnen van de beheerder en de Gegevensbeschermingsautoriteit, de exacte gegevens opgenomen in het register.
Het register geldt als authentieke bron voor alle gegevens die erin zijn opgenomen.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-06-18/03, art. 186, 106; Inwerkingtreding : 02-07-2018>
Art. 1391/2. [
1 De Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders, hierna "de beheerder" genoemd staat in voor de inrichting en het beheer van het register. Zij staat in voor de controle op de werking en het gebruik ervan. In voorkomend geval is hoofdstuk VII van boek IV van het tweede deel van dit Wetboek van toepassing.
De Nationale Kamer wordt met betrekking tot het Centraal Register EAPO beschouwd als de verantwoordelijke voor de verwerking in de zin van artikel 4, 7), van de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-06-18/03, art. 187, 106; Inwerkingtreding : 02-07-2018>
Art. 1391/3. [
1 De Koning bepaalt, na het advies te hebben ingewonnen van de beheerder van het register en van de Gegevensbeschermingsautoriteit :
1° onder de organen en werknemers van de Nationale Kamer en onder de organen en werknemers van de door haar opgerichte verenigingen, welke organen, welke natuurlijke personen of welke categorieën van personen, voor de toepassing van dit hoofdstuk, de gegevens bedoeld in artikel 1391/1 kunnen registreren in het Centraal Register EAPO en toegang kunnen hebben tot deze gegevens;
2° onder de organen en werknemers van de Nationale Kamer en onder de organen en werknemers van de door haar opgerichte verenigingen, welke organen, welke natuurlijke personen of welke categorieën van personen deze gegevens voor de toepassing van dit hoofdstuk kunnen raadplegen;
3° de modaliteiten van de in de bepalingen onder 1° en 2° bedoelde registratie, toegang en raadpleging.
Hij die in welke hoedanigheid ook deelneemt aan de registratie van gegevens in het Centraal Register EAPO, of aan de verwerking of de mededeling van de erin geregistreerde gegevens of kennis heeft van die gegevens, moet het vertrouwelijk karakter ervan in acht nemen. Artikel 458 van het Strafwetboek is van toepassing.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-06-18/03, art. 188, 106; Inwerkingtreding : 02-07-2018>
Art. 1391/4. [
1 De beheerder stelt de schuldenaar die het voorwerp uitmaakt van het verzoek voor het verkrijgen van rekeninginformatie op uitdrukkelijke vraag van de schuldenaar en niet voordat de in artikel 555/1, § 2, derde lid, bedoelde termijn is verstreken, in kennis van :
1° de gegevens van het register die hem betreffen;
2° de organen, natuurlijke personen en categorieën van personen die toegang hebben tot deze gegevens;
3° de bewaartermijn van deze gegevens;
4° de in artikel 1391/2, tweede lid, bedoelde verantwoordelijke voor de verwerking;
5° de wijze waarop hij inzage kan verkrijgen van deze gegevens;
6° de wijze waarop hij de verbetering van foutieve gegevens kan bekomen.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-06-18/03, art. 189, 106; Inwerkingtreding : 02-07-2018>
Art. 1391/5. [
1 De gegevens die zijn opgenomen in het Centraal Register EAPO worden ten hoogste zes maanden bewaard en dit vanaf het moment van registratie.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-06-18/03, art. 190, 106; Inwerkingtreding : 02-07-2018>
Art. 1391/6. [
1 De Koning bepaalt, na het advies te hebben ingewonnen van de beheerder en de Gegevensbeschermingsautoriteit, de nadere regels voor de inrichting en werking van het register.]
1 ----------
(
1)<Ingevoegd bij W
2018-06-18/03, art. 191, 106; Inwerkingtreding : 02-07-2018>