De kantmelding krachtens artikel 3 van de Hypotheekwet geldt voor iedere eis strekkende tot vernietiging of herroeping van de rechten voortvloeiend uit akten die onderworpen zijn aan overschrijving.
De vorderingen die strekken tot het horen bevelen aan de verkoper van het verlijden van een authentieke verkoopakte dienen niet te worden gekantmeld.
In de mate dat een beweerde koper vordert dat de koop door een derde aan hen niet tegenstelbaar is, is deze vordering wel onderworpen aan de kantmelding voorzien in artikel 3 Hypotheekwet. Het betreft immers alsdan een eis strekkende tot herroeping van de rechten die voortvloeien uiteen authentieke akte die werd overgeschreven.
Let wel uittreksel uit het nieuw burgerlijk wetboek in vervanging van de hypotheekwet: Art. 3.32. Kantmelding
De kantmelding is de vermelding op de kant van de overgeschreven akte.
Indien er weliswaar een authentieke akte is maar geen overschrijving heeft plaatsgevonden, geschiedt de kantmelding door de integrale overschrijving van de akte waarvan de kantmelding gevraagd wordt.
Art. 3.33. Kantmelding in geval van tenietgaan van een onroerend zakelijk recht
Geen eis strekkende tot tenietgaan van rechten voortvloeiende uit akten, aan overschrijving onderworpen, wordt door de rechter ontvangen, dan na te zijn ingeschreven op de kant der overschrijving van de titel waarvan het tenietgaan gevorderd wordt, en, in voorkomend geval, op de kant der overschrijving van de laatste overgeschreven titel. Iedere uitspraak op zodanige eis wordt eveneens ingeschreven achter de kantmelding die bij de vorige zin is voorgeschreven.
In de gevallen bedoeld in artikel 3.97, derde en vierde lid, wordt de beslissing ingeschreven op de kant van de overschrijving van de authentieke akte vermeld in artikel 3.85, § 1. Hetzelfde geldt voor de inleidende akte in het geval bedoeld in artikel 3.97, vierde lid.
De griffiers mogen, op straffe van vergoeding van alle schade, geen uitgifte van zodanige vonnissen of arresten afgeven, voor hun behoorlijk bewezen is in de voorgeschreven vorm dat de kantmelding van het vonnis of arrest gedaan is.
Art. 3.34. Gevolgen van kantmelding voor derden
Het tenietgaan van een zakelijk recht voor de toekomst kan ten vroegste uitwerking hebben vanaf de kantmelding van de vordering tot tenietgaan. Beschikkingen over dat zakelijk recht ten gunste van derden te goeder trouw, gedaan na het instellen van de vordering, maar vóór de kantmelding van de eis of, bij gebreke hiervan van het vonnis, blijven geldig.
Het retroactieve tenietgaan van een zakelijk recht heeft geen uitwerking ten aanzien van vervreemdingen en beschikkingen over dat zakelijk recht, gedaan ten gunste van derden te goeder trouw, na het instellen van de vordering, maar vóór de kantmelding van de eis of, bij gebreke hiervan, van het vonnis.
Indien de nietigheid of ontbinding van een aan overschrijving onderworpen akte buitengerechtelijk plaatsvindt, is deze slechts aan derden tegenwerpelijk nadat die kennisgeving in een authentieke akte is geformaliseerd en op de kant van de registers van het bevoegde kantoor van de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie is overgeschreven.