Er bestaat geen algemeen rechtsbeginsel inhoudende de algemene mogelijkheid van verzet tegen elke rechterlijke beslissing.
Hoger beroep en verzet zijn verschillende rechtsmiddelen: het eerste beoogt de zaak opnieuw te laten beoordelen door een hogere rechter; het tweede beoogt ingeval van verstek de zaak opnieuw te laten beoordelen door hetzelfde gerecht; het gelijkheids- en non-discriminatiebeginsel vereist niet dat tegen beslissingen waartegen hoger beroep openstaat, ook verzet moet openstaan.
Indien het onderzoeksgerecht beslist tot verwijzing van een inverdenkinggestelde naar het vonnisgerecht of tot zijn buitenvervolgingstelling, dan doet het geen uitspraak als vonnisgerecht en velt het bijgevolg geen vonnis in de zin van artikel 149 Grondwet waaraan de omstandigheid dat de beslissing van buitenvervolgingstelling voor de burgerlijke partij een eindbeslissing is, geen afbreuk doet; beslissingen van het onderzoeksgerecht hebben in de regel enkel gezag van gewijsde indien het uitspraak doet als vonnisgerecht.
Noch artikel 187 Wetboek van Strafvordering noch enig andere wettelijke bepaling laten verzet toe tegen beslissingen van het onderzoeksgerecht tot verwijzing of buitenvervolgingstelling.
Er bestaat geen recht op verzet tegen elke rechterlijke beslissing; het rechtsmiddel verzet kan alleen worden aangewend in de door de wetgever bepaalde gevallen.
Net zoals de burgerlijke partij kan een inverdenkinggstelde geen verzet aantekenen tegen een bij verstek gewezen beslissing van het onderzoeksgerecht dat niet oordeelt als vonnisgerecht.
De toestand van een partij voor het vonnisgerecht is verschillend van die van een partij voor het onderzoeksgerecht dat niet oordeelt als vonnisgerecht: in het eerste geval doet de rechter uitspraak over de strafvordering en de erop gesteunde burgerlijke rechtsvordering en in het tweede geval beoordeelt het onderzoeksgerecht enkel of er grond bestaat om een inverdenkinggestelde te verwijzen naar het vonnisgerecht; het gelijkheids- en non-discriminatiebeginsel vereist niet dat tegen beslissingen in de beide procedures waarvan de aard verschillend is, dezelfde rechtsmiddelen moeten openstaan.