De wet van 13 augustus 2011 houdende hervorming van de procedure van gerechtelijke vereffening-verdeling is in werking getreden op 1 april 2012. Daar de vereffening in casu is beslist bij vonnis van 10 oktober 2013 is de nieuwe wet er op van toepassing.
Het is niet aan de rechtbank de vereffening en verdeling op te stellen; zij moet alleen homologeren of de notaris terechtwijzen, indien zij niet akkoord gaat met haar/zijn stellingname. De notaris zal dan haar/zijn staat van vereffening moeten aanpassen.
Het juridisch discussiepunt dat deze zaak behelst is de vraag of een partij, in casu eiser, de heer K.M., na de op straffe van verval overeengekomen procedurekalender, nog nieuwe stukken kan bijbrengen, die zijn reeds ontwikkelde vorderingen/zwarigheden schragen (i.v.m. recuperatie van aktekosten, die hij vanuit zijn beweerd eigen vermogen zou vereffend hebben).
De notaris-vereffenaar, huldigt hierbij een rigoureuze legalistische visie, stellende dat zij “omwille van miskenning van de vooropgestelde termijnen dan ook het standpunt handhaaft, zoals opgenomen in de staat van vereffening”.
De vigerende wettelijke bepalingen zijn de volgende:
- artikel 1219 van het Gerechtelijk Wetboek, dat luidt als volgt:
“Indien nieuwe feiten of nieuwe stukken worden ontdekt die de notaris-vereffenaar van overwegend belang acht, nodigt hij de partijen bij gerechtsdeurwaardersexploot, bij aangetekende brief of tegen gedagtekend ontvangstbewijs alsook hun raadslieden bij gewone brief, fax of elektronische post uit daaromtrent hun opmerkingen mee te delen binnen de overeengekomen termijn, dan wel, indien niet alle partijen tot een akkoord zijn gekomen betreffende deze nieuwe termijn, binnen een termijn van een maand te rekenen vanaf zijn verzoek.”
- artikel 1223, § 6, derde lid van het Gerechtelijk Wetboek dat luidt als volgt:
“Behoudens ontdekking van nieuwe feiten of van nieuwe stukken van overwegend belang kunnen de bezwaren slechts betrekking hebben op de geschillen of moeilijkheden die verband houden met de aanpassing van de staat van vereffening overeenkomstig de door de rechtbank gegeven richtlijnen of in voorkomend geval, met de nieuwe geschillen of moeilijkheden die uit die aanpassing voortvloeien.”