Tegen de wet van 5 februari 2016 (potpourriwet 2) werden meerdere beroepen tot vernietiging ingesteld. Bij arrest van 21 december 2017 heeft het Grondwettelijk Hof zich uitgesproken over 11 aspecten van bovenvermelde wet die door de verzoekers in strijd werden geacht met de Grondwet.
Vernietigde bepalingen
De artikelen die (gedeeltelijk) vernietigd werden:
- artikelen 6 en 121 tot 123, alsmede de artikelen 15, 17, 1° en 2°, 18, 1° en 2°, 19, 2°, 36, 151, 155 en 170, 2°;
- artikel 63, 1°;
- artikelen 127 en 137;
- artikel 132, 1°, in zoverre het de raadkamer, uitspraak doende in het stadium van de regeling van de rechtspleging, niet toelaat aan de inverdenkinggestelde die tijdens de voorlopige hechtenis in een strafinrichting verblijft, het voordeel van de voorlopige hechtenis onder elektronisch toezicht toe te kennen;
de artikelen 148, 153 en 163;
Handhaving van de gevolgen van de vernietiging
- Artikelen 6, 15, 17, 1° en 2°, 18, 1° en 2°, 19, 2°, 36, 121 tot 123, 151, 155 en 170, 2° ten aanzien van de beslissingen die op grond van die bepalingen zijn genomen vóór de datum van bekendmaking van dit arrest in het Belgisch Staatsblad;
- Artikel 63, 1°, ten aanzien van de huiszoekingen die zijn uitgevoerd vóór de datum van bekendmaking van dit arrest in het Belgisch Staatsblad;
- Artikelen 127 en 137 tot de datum van bekendmaking van dit arrest in het Belgisch Staatsblad;
Verwerping van de beroepen tot vernietiging
Onder voorbehoud van de in B.39.2 en in B.39.3 vermelde interpretatie van artikel 187, § 6, van het Wetboek van strafvordering, zoals vervangen bij artikel 83 van de wet van 5 februari 2016;
Rekening houdend met hetgeen in B.44.4 en in B.45 is vermeld inzake artikel 204 van het Wetboek van strafvordering, zoals vervangen bij artikel 89 van de wet van 5 februari 2016.