De getuigen die een notaris bijstaan wanneer hij een testament bij openbare akte alleen opmaakt dienen onafhankelijk te zijn van de notaris.
Zij zien immers toe op het optreden van de notaris. Hiermee wordt in de regel bedoeld dat de getuigen niet in een gezagsverhouding tot de notaris mogen staan.
De getuigen dienen bovendien onpartijdig te zijn.
Eén en ander staat met zoveel woorden in art. 10 van de Wet van 25 ventôse jaar XI (16 maart 1803) op het notarisambt.
Art. 10.<W 1999-05-04/03, art. 7, Inwerkingtreding : 01-01-2000> [2 De notaris die alleen een akte verlijdt, moet worden bijgestaan door twee getuigen wanneer één van de partijen niet in staat is te ondertekenen of niet kan ondertekenen, blind of doofstom is.]2
Het internationaal testament wordt altijd verleden voor een of meer notarissen, bijgestaan door twee getuigen. De getuigen moeten de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt en kunnen ondertekenen.
Mogen geen getuigen zijn, de notaris met wie de instrumenterende notaris geassocieerd is, noch de echtgenoot, [1 de wettelijk samenwonende,]1 de bloed- of aanverwanten in een bij artikel 8 verboden graad, de klerken en de personeelsleden, hetzij van de instrumenterende notaris, hetzij van een notaris met wie deze geassocieerd is, hetzij van één van de partijen. Echtgenoten [1 of wettelijk samenwonenden]1 mogen geen getuige zijn bij eenzelfde akte.
Daarenboven mogen de legatarissen, ten welken titel ook, hun echtgenoot [1 of wettelijk samenwonende]1, hun bloed- of aanverwanten in een bij artikel 8 verboden graad, noch hun personeelsleden, bij een openbaar testament of een akte die een herroeping van dergelijk testament inhoudt, als getuige optreden.
----------
(1)<W 2017-07-06/24, art. 168, 018; Inwerkingtreding : 03-08-2017>
(2)<W 2020-04-30/03, art. 11, 026; Inwerkingtreding : 04-05-2020>
Let wel art. 4.183 (nieuw) BW is inmiddels aangepast in die zin dat de vereiste aanwezigheid van getuigen voor het notarieel testament werd afgeschaft (Wet 22 december 2022)
Huidige versie van art. 4.183 luidt:
"§ 1 Het notarieel testament is het testament dat verleden wordt voor een notaris.
§ 2 Het notarieel testament wordt opgemaakt op papier overeenkomstig artikel 13 van de wet van 16 maart 1803 op het notarisambt, volgens de door de testator uitgedrukte wil.
Het testament wordt aan de testator voorgelezen, die bevestigt dat dit zijn laatste wil is. [...]
Van een en ander wordt uitdrukkelijk melding gemaakt.
§ 3 Dit testament moet door de testator worden getekend. Indien hij verklaart dat hij niet kan tekenen of daartoe niet in staat is, wordt in de akte uitdrukkelijke melding gemaakt van zijn verklaring, alsook van de oorzaak die hem verhindert te tekenen."