Geen toestemming is geldig ingevolge artikel 1109 oud Burgerlijk Wetboek, indien zij alleen door dwaling gegeven, door geweld afgeperst of door bedrog verkregen is.
Geweld komt slechts in aanmerking als wilsgebrek dat de vernietiging van de overeenkomst tot gevolg heeft wanneer het geweld determinerend was voor de toestemming en wanneer het kwaad van fysieke, materiële of morele aard waarmee gedreigd is, een onmiddellijke vrees doet ontstaan, aanzienlijk en onrechtmatig is (zie eveneens Kruithof, Boeken, De Ly en De Temmerman, Verbintenissenrecht (1981-92), pg. 354 nr. 130).
Conform artikel 1115 oud Burgerlijk Wetboek kan een partij niet meer tegen een contract uit hoofde van geweld opkomen, indien dat contract sinds het ophouden van het geweld is goedgekeurd, hetzij uitdrukkelijk, hetzij stilzwijgend, hetzij doordat men de tijd, bij de wet voor het herstel bepaald, heeft laten voorbijgaan.
Opdat een overeenkomst nietig kan worden verklaard wegens geweld, dienen een aantal voorwaarden cumulatief bij de contractsluiting te zijn vervuld met name :
- gewelddaden worden uitgeoefend of er wordt minstens mee gedreigd,
- een aanzienlijke vrees ontstaat voor een aanzienlijk kwaad,
- het geweld of de dwang is doorslaggevend voor de contractsluiting
- het geweld of de dwang is onrechtmatig of ongeoorloofd
(zie eveneens Hof van beroep, Gent (lle kamer), 30/06/2016, T.B.O., 2016/5, pg. 460-468.}
De gewelddaden kunnen van fysieke aard (aantasting van de lichamelijke integriteit, zoals slagen en verwondingen), gewelddaden kunnen van materiele aard (aantasting van het vermogen) of van morele aard (aantasting van de eer en de goede naam) zijn. (zie eveneens E. Swaenepoel, "Geweld, benadeling en gekwalificeerde benadeling: een stand van zaken naar Belgisch recht", in R. Van Ransbeeck (ed.), Wilsgebreken, Brugge, die Keure, 2006, 107, nr. 8). .
Het bestaan van geweld of dwang is een rechtsfeit en mag derhalve met alle middelen van recht worden bewezen (zie eveneens E. Swaenepoel, "Geweld, benadeling en gekwalificeerde benadeling: een stand van zaken naar Belgisch recht", in R. Van Ransbeeck (ed.), Wilsgebreken, Brugge, die Keure, 2006, 112, nr. 18).
Er is sprake van captatie en suggestie wanneer de ingezette middelen frauduleus, kwaadwillig of listig waren. Onder captatie wordt niet begrepen gewone vleierijen of overdreven berekenende hulpvaardigheid zelfs wanneer deze al dan niet rechtstreeks of onrechtstreeks geleid hebben tot vrijgevigheid. De bewijslast van de captatie en suggestie ligt bij degene die beweert dat de gift hierdoor tot stand is gekomen en het bewijs kan worden geleverd door a.lle middelen van recht. Het bewijs van captatie en suggestie leidt slechts tot vernietiging van de bestreden rechtshandeling wanneer de aangevoerde feiten de wilsvorming daadwerkelijk hebben beïnvloed (zie eveneens PUELINCKX-COENE, M., BARBAIX, R., GEELHAND, N., Overzicht van rechtspraak. Giften. 1999-2011 TPR 2013, afl. 1, 175-946, 2013, afl. 1, 237) e.v.).
Uittreksel uit het NBW
Art. 5.36 Geweld:
"Geweld is alleen dan een nietigheidsgrond indien een partij een contract sluit onder onrechtmatige dwang van haar medecontractant die haar doet vrezen voor een aanzienlijke aantasting van de fysieke of morele integriteit of het vermogen van die partij of van haar naasten."
Meer oor de wettelijke bepalingen inzake geweld in het NBW klik hier