Net als de interne bevoegdheid moet de internationale rechtsmacht van de Belgische hoven en rechtbanken beoordeeld worden aan de hand van het voorwerp van de vordering zoals het door de eiser in de gedinginleidende akte werd omschreven zonder dat daarbij een voorafgaand onderzoek van de grond van de zaak dient plaats te vinden.
De beoordeling van de rechtsmacht gebeurt op grond van de ingestelde vordering. De rechtbank dient daartoe niet in te gaan op de betwisting tussen de partijen gevoerd omtrent de juiste kwalificatie van de overeenkomst die voorwerp uitmaakt van de onderliggende discussie.
Een forumkeuzebeding in de zin van artikel 25.1 van de zogenaamde Brussel Ibis-Verordening (Verord. nr. 1215/ 2012 EP en Raad 12 december 2012 betreffende rechterlijke bevoegdheid, erkenning en ten uitvoerlegging in burgerlijke en handelszaken) is van toepassing op alle rechtsvorderingen ingeleid vanaf 10 januari 2015 en de daaraan voorafgaande Brussel I-Verordening nr. 44/2001 vervangt.
Aldus kan een forumkeuzebeding wel degelijk de rechtsmacht van de Belgische uitsluiten.
Krachtens de Belgische Alleenverkoopwet alle overeenkomsten die gesloten worden voor het einde van de afgesloten verkoopconcessie, voor niet-geschreven dienen gehouden te worden.
De concessiehouder kan slechts afstand doen van de wettelijke bescherming geboden door de Alleenverkoopwet door het aangaan van een nieuwe overeenkomst die niet onder het toepassingsgebied van de concessiewetgeving valt, indien deze nieuwe overeenkomst door de concessiehouder wordt aangegaan op een ogenblik dat hij economisch "vrij" is zijnde vanaf de beëindiging van de verkoopconcessIe.
De bepalingen van de Alleenverkoopwet (thans art. X.35-X.40 WER) van dwingend recht zijn.
Dit belet niet dat afspraken worden gemaakt omtrent internationale rechtsmacht.
Artikel 25 .5 Brussel Ibis-Verordening stelt:
"Een beding tot aanwijzing van een bevoegd gerecht dat deel uitmaakt van een overeenkomst, wordt aangemerkt als een beding dat losstaat van de overige bepalingen van de overeenkomst.
De geldigheid van het beding tot aanwijzing van een bevoegd gerecht kan niet worden bestreden op grond van het enkele feit dat de overeenkomst niet geldig is".
Dit betekent dat het forumkeuzebeding autonoom wordt beoordeeld, los van rechtsvragen of feitelijke discussies ten gronde ook als die handelen over een beweerde nietigheid van de overeenkomst in haar geheel.
Alleszins en minstens komt het slechts aan de door het forumkeuzebeding aangeduide rechter toe om over de eventuele nietigheid van de overeenkomst én daarmee ook van het beding uitspraak te doen, zijnde in dit geval niet de Belgische rechter.
Artikel 4 van de Alleenverkoopwet, thans artikel X.39 WER. bepaalt dat de benadeelde concessiehouder, bij de beëindiging van een verkoopconcessie met uitwerking voor het gehele Belgische grondgebied of een deel ervan, in elk geval de concessiegever in België kan dagvaarden, hetzij voor de rechter van zijn eigen woonplaats, hetzij voor de rechter van de woonplaats of de zetel van de concessiegever. Dit artikel bepaalt verder dat ingeval het geschil voor een Belgische rechtbank wordt gebracht, deze uitsluitend de Belgische wet zal toepassen.
Maar hierbij dient onmiddellijk opgemerkt dat een internationaalrechtelijke norm die rechtstreeks gevolgen heeft in de interne rechtsorde voorrang heeft op de internrechtelijke norm die daarmee in strijd is.
Gelet op dit algemeen beginsel, primeert de toepassing van artikel 25 .1 Brussel IbisVerordening op de toepassing van artikel X.39 WER ook al is die bepaling van dwingend recht.
De Belgische rechter voor wie de concessiegever wordt gedagvaard op grond van artikel X.39 WER, moet zich dus onbevoegd verklaren wanneer de concessieovereenkomst een geldig beding bevat in de zin van artikel 25 .1 Brussel Ibis-Verordening dat het gerecht of de gerechten van een andere lidstaat aanwijst voor de kennisneming van geschillen die naar aanleiding van de concessieovereenkomst zijn ontstaan (Cass. 23 juni 2016, A.R. nr. C.14.0092.N, www.juridat.be).