Verandering van de naam bij wijziging van de afstamming volgens Belgisch recht
1. Beginselen
Bij de vaststelling van een tweede afstammingsband kan de naam van het kind wijzigen. Dit gebeurt volgens de regels van artikel 335, § 1 of 335ter, § 1 oud BW. Het kind kan de naam krijgen van een van de ouders of een dubbele naam samengesteld uit de namen van beide ouders, waarbij slechts één naam van elke ouder mag worden gekozen. Deze regel geldt in alle gevallen waarin een tweede afstammingsband wordt vastgesteld, bijvoorbeeld door een postnatale erkenning, een gerechtelijke vaststelling van afstamming of een gerechtelijke betwisting van een bestaande afstammingsband (de zogenaamde “twee-in-één-procedure”). Dit principe is van toepassing ongeacht of de tweede afstammingsband voor het eerst wordt vastgesteld of als vervanging van een eerdere.
2. Minderjarige kinderen
Bij minderjarige kinderen ligt de keuze voor de naam in eerste instantie bij de ouders. Indien zij niet tot overeenstemming komen of weigeren een keuze te maken, bepaalt de wet de naam. In dat geval krijgt het kind een dubbele naam in alfabetische volgorde van de namen van beide ouders. Wanneer het kind twaalf jaar of ouder is, kan een naamswijziging alleen plaatsvinden met zijn of haar instemming. Bij meerderjarigheid beslist het kind zelf over de naamskeuze bij de vaststelling van een tweede afstammingsband.
3. Keuzemoment en administratieve verwerking
- Bij erkenning: Als de tweede afstammingsband wordt vastgesteld door een erkenning, gebeurt de naamsbepaling op het moment van de aangifte van de erkenning. De persoon die het kind erkent, moet een verklaring van naamskeuze bijvoegen en, indien het kind twaalf jaar of ouder is, de instemming van het kind overleggen (art. 327/2, § 2, 3°/1 oud BW).
- Bij gerechtelijke beslissing: Wanneer de afstamming verandert als gevolg van een rechtsvordering, neemt de rechter expliciet akte van de naam van het kind in het vonnis. Deze verplichting geldt ook wanneer de naam van het kind niet verandert. Bij een naamswijziging past de ambtenaar van de burgerlijke stand de geboorteakte van het kind en eventuele gerelateerde aktes aan. Indien nodig worden ook de aktes van afstammelingen in de eerste graad aangepast.
4. Specifieke bepalingen voor minderjarigen
Als het kind minderjarig is op het moment dat de tweede afstammingsband wordt vastgesteld, hebben de ouders gezamenlijk het recht om de naam te kiezen. Zij kunnen kiezen tussen:
- De naam van één van de ouders;
- Een dubbele naam, samengesteld uit hun beider namen, in een volgorde naar keuze.
Bij deze keuze moet rekening worden gehouden met het beginsel van eenheid van naam onder broers en zussen. Dit betekent dat, indien er al een ander gemeenschappelijk kind is, dat kind’s naam automatisch ook zal gelden voor het kind ten aanzien van wie de afstamming later wordt vastgesteld. Voor het eerste gemeenschappelijke kind van de ouders is een vrije keuze mogelijk.
5. Instemming van kinderen vanaf twaalf jaar
Een belangrijke vernieuwing is dat kinderen vanaf twaalf jaar ervoor kunnen kiezen hun oorspronkelijke naam te behouden. Wanneer de afstamming van een kind wordt gewijzigd na het bereiken van de leeftijd van twaalf jaar, kan een naamsverandering alleen plaatsvinden met de instemming van het kind. Deze regel, die voorheen alleen gold voor meerderjarigen, is nu uitgebreid naar minderjarigen vanaf twaalf jaar. Deze uitbreiding is in lijn met de grondrechten van kinderen, waaronder het recht op behoud van identiteit en het recht om gehoord te worden (art. 8.1 en art. 12.1 Kinderrechtenverdrag, en art. 22bis Gw.).
Kinderen vanaf twaalf jaar hebben echter alleen een vetorecht: zij kunnen een naamsverandering blokkeren, maar kunnen niet zelf kiezen welke nieuwe naam ze zullen dragen. Zodra zij meerderjarig zijn, kunnen zij gebruik maken van het recht op naamsverandering (ingevoerd bij wet van 7 januari 2024) om de naam van hun andere ouder of een dubbele naam aan te nemen.
De regel dat kinderen vanaf twaalf jaar instemming moeten geven voor een naamsverandering, geldt ook als de ouders geen overeenstemming bereiken en het kind normaal gesproken een dubbele naam in alfabetische volgorde zou krijgen. Als het kind die dubbele naam niet wenst, blijft de oorspronkelijke naam behouden. Deze regel geldt niet alleen bij het vaststellen van een tweede afstammingsband of het vervangen van een bestaande band, maar ook bij het tenietgaan van een afstammingsband, bijvoorbeeld door een succesvolle betwisting van vaderschap. In dat geval draagt het kind de naam van de overblijvende ouder, tenzij dit tot een naamsverandering leidt, waarvoor dan de instemming van het kind vereist is.
6. Procedurele aspecten
Bij erkenning controleert de ambtenaar van de burgerlijke stand op het moment van aangifte of het kind instemt met de naamsverandering. Deze instemming wordt opgenomen in de aangifte van erkenning, maar niet in de akte zelf. Bij gerechtelijke procedures vraagt de familierechter aan het kind vanaf twaalf jaar of het instemt met een naamsverandering. Indien het kind weigert, blijft de naam ongewijzigd.
De instemming wordt beschouwd als een recht met een persoonlijk karakter, voortvloeiend uit het grondrecht op naam. Hoewel het wenselijk is dat kinderen hun keuze persoonlijk kenbaar maken aan de rechter, kan dit ook via een vertegenwoordiger, zoals een ouder, voogd of door de rechtbank aangestelde voogd ad hoc. Om onduidelijkheden te vermijden, is het raadzaam dat de wet dit expliciet bepaalt.
Meerderjarige kinderen van wie de afstamming wijzigt
- Naamskeuze bij afstammingswijziging: Meerderjarige kinderen kunnen bij wijziging van hun afstamming zelf kiezen tussen:
- De naam van één van hun ouders.
- Een dubbele naam samengesteld uit de namen van beide ouders (in een volgorde naar keuze, met maximaal één naam per ouder).
- Het behouden van hun oorspronkelijke naam.
- Toepassing van artikel 8 EVRM: De keuze van de meerderjarige wordt gezien als een uiting van het recht op naam. Het beginsel van eenheid van naam voor broers en zussen geldt niet voor meerderjarigen.
- Procedurele stappen: Bij erkenning door een ouder moet het meerderjarige kind een verklaring van naamskeuze afleggen. Bij gerechtelijke procedures vraagt de familierechter expliciet naar de naamskeuze en neemt deze op in het vonnis.
Kinderen van een persoon met een gewijzigde naam
- Automatische naamswijziging: Voor kinderen jonger dan twaalf jaar wordt de naamswijziging van hun ouder automatisch doorgevoerd. Dit gebeurt zonder instemming van de andere ouder en zonder dat deze wordt geïnformeerd.
- Instemming vanaf twaalf jaar: Voor kinderen vanaf twaalf jaar en meerderjarigen werkt de naamswijziging van de ouder niet automatisch door. Zij kunnen hun naam behouden of de nieuwe naam aannemen. Deze keuze moet binnen een jaar worden gemaakt, met begeleiding van een ouder of vertegenwoordiger voor minderjarigen.
- Persoonlijke keuze: De beslissing van een kind is persoonlijk en niet bindend voor broers of zussen, waardoor zij verschillende namen kunnen dragen.
- Informatieverstrekking: Kinderen vanaf twaalf jaar worden geïnformeerd over wijzigingen in de afstamming en naamsverandering van hun ouder.
Krachtlijnen van de wet
- Zelfbepaling en identiteit: De wet geeft kinderen en meerderjarige afstammelingen de vrijheid om hun naam te kiezen of te behouden, met respect voor hun recht op identiteit en eigen keuze.
- Administratieve efficiëntie: Voor kinderen jonger dan twaalf jaar wordt een automatische doorwerking van de naamsverandering ingevoerd, om administratieve procedures te vermijden. Voor anderen blijft een bewuste, persoonlijke keuze vereist.