Een zorgvolmacht is een lastgeving gegeven door een (alsnog)bekwaam persoon (lastgever-zorgvolmachtgever) aan een andere persoon (lasthebber-zorgvolmachtdrager) om, het weze onmiddellijk, het weze op een latere periode van handelingsonbekwaamheid of verminderde wilsgeschiktheid, om daden van beheer en/of beschikking te stellen over het vermogen persoon of persoonsgebonden beslissingen (onder meer inzake huisvesting, verzorging en persoonlijke levenskeuzes)te nemen voor de beschermen persoon.
Zorgvolmachten kunnen zowel in onderhands als in authentieke vorm worden opgesteld. Zij dienen wel steeds geregistreerd in het centraal register dat wordt bijgehouden door de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat. zie
artikel 490 BW.
De registratie van de volmacht in het centraal register van de KFBN gebeurt via de griffie van het vredegerecht van de verblijfplaats van de lastgever in geval van een onderhandse volmacht.
Deze wettelijk geregelde mogelijkheid kan in veel gevallen aan heel wat personen hulp bieden. Zij heeft dan ook vele verdiensten. Dit neemt niet weg dat zij ook bron kan zijn van betwistingen.
De zorgvolmacht is een nieuwe rechtsvinding als alternatief voor het bewind.
Het bewind resulteert te vaak in ellende doordat het vermogen te behoudend wordt beheerd door een al te stroeve bewindvoering met niet of moeilijk bereikbare of aanspreekbare bewindvoerders, die veel te veel te beschermen personen onder zich hebben om op een persoonlijke menselijke manier met hun cliënten om te gaan.
De zorgvolmacht heeft de ambitie hierop een antwoord te bieden. Dit belet niet dat de zorgvolmacht kan resulteren in nieuwe ernstige familiale conflicten en procedures waaronder vorderingen tot nietigverklaring van de zorgvolmacht, vorderingen tot beëindiging van de zorgvolmacht en de vervanging ervan door een maatregel van gerechtelijke bescherming en eindeloze discussies en vorderingen tot nietigverklaring van schenkingen en testamenten.
Zorgvolmachten worden mensen aangepraat. Op zich is daar niets mis mee mits er voldoende keuzevrijheid blijft en geen misbruik wordt gemaakt van de te beschermen persoon.
Zogenaamd zou alle miserie kunnen vermeden worden met een zorgvolmacht. Welnu in werkelijkheid kan de miserie ook beginnen met de zorgvolmacht indien deze niet op doordachte wijze is ontworpen.
De zorgvolmacht komt tot stand zonder enig toezicht van de rechtbank (soms zelfs zonder tussenkomst van de notaris, want de onderhandse zorgvolmacht blijft mogelijk). Natuurlijk heeft de rechtbank haar beperkingen. Toch is de rechtbank de instantie bij uitstek die zich aan de hand van stukken en verklaringen een beeld kan vormen over een persoon en vooral nauwlettend kan toezien of het belang van de te beschermen persoon wel primeert op dat van familieleden of derden of een (kandidaat) zorgvolmachtdrager.
Zeer verregaandZorgvolmachtdragers kunnen zo het recht bekomen om in naam en voor rekening van de beschermde persoon goederen, ja zelfs vastgoed te verkopen. Anders dan bij het bewind is er geen permanente controle op de uitvoering van de opdracht van de zorgvolmachtdrager.
De zorgvolmachtdrager kan zelfs het recht bekomen over de persoon en de huisvesting van de beschermde persoon, hetgeen drastische gevolgen kan hebben.
Het strekt dus tot aanbeveling de zorgvolmacht zeer doordacht en goed voorbereid op te stellen.
De zorgvolmacht wordt best afgesloten in overleg met alle kinderen of naaste familieledenWanneer een kind wordt aangeduid als zorgvolmachtdrager met uitsluiting van een ander kind kunnen hierdoor conflicten ontstaan, niet in het minst door de terechte of onterechte overtuiging van een kind dat het andere kind-zorgvolmachtdrager misbruik maakt van het mandaat.
Wanneer na het verschaffen van een zorgvolmacht schenkingen gebeuren of wanneer de zorgvolmacht gepaard gaat met schenkingen of kwijtschelding van schulden maakt dit de gehele constructie verdacht ten aanzien van de andere naasten.
Met de zorgvolmacht plaatst men een vraagteken achter de eigen persoonWie zichzelf onder zorgvolmacht plaatst, stelt zijn eigen bekwaamheid in vraag. De zorgvolmacht kan weliswaar steeds worden herroepen, doch deze herroeping zou wel eens gevolgd kunnen worden door een procedure tot aanstelling van een bewindvoerder, waarbij precies het verschaffen van de zorgvolmacht als teken van de verminderde wilsbekwaamheid zou kunnen aanzien worden.
Handboeien waarvan een andere de sleutel krijgtHet meest mysterieuze aan de zorgvolmacht is dan weer de mogelijkheid om de uitwerking ervan uit te stellen tot op het ogenblik dat de betrokkene niet meer in staat zal zijn om zelfstandig beslissingen te nemen. Hoe en wie dit objectief gaat bepalen is en blijft steeds discretionair. De beschermde persoon kan moeilijk zelf beslissen dat de clausule in werking treedt. Immers wanneer de persoon stelt dat de zorgvolmacht pas in werking treedt wanneer hij niet meer in staat is om zelfstandig te beslissen, kan hij dus ook (dan) niet beslissen dat de tijd voor de zorgvolmacht is ingetreden.
De voorwaardelijke uitgestelde zorgvolmacht houdt dan weer in dat op het ogenblik van het opstellen van deze voorwaardelijke zorgvolmacht de persoon met zoveel woorden erkent volledig handelingsbekwaam te zijn, hetgeen bovendien in de notariële zorgvolmacht nog eens bevestigd wordt door de notaris.
Het is aangewezen de aanvang van de zorgvolmacht afhankelijk te stellen van de beslissing van de zorgvolmachtgever, dan wel van de beslissing van 2 artsen. Verder is het aangewezen geen clausule op te nemen waarin de opzegbaarheid of de herroepbaarheid van de zorgvolmacht wordt beperkt of uitgesloten.
Meerdere zorgvolmachtdragers voor één zorgvolmachtgeverZorgvolmachten kunnen verleend worden aan meerdere personen tegelijkertijd. Dit hoeven daarom geen familieleden te zijn. Hoe zij oordelen wanneer ze het niet eens zijn kan geregeld worden in de zorgvolmacht en de taken en bevoegdheden kunnen ook weer in de zorgvolmacht worden geregeld. De toebeding van de zorgvolmacht aan meerdere personen heeft voordelen in die zin dat hierdoor een zekere controle van de ene voor de andere ontstaat.
Naast de mogelijkheid van controle van de ene door de andere is er ook een taakverdeling mogelijk. Zo kan de ene persoon bevoegd zijn voor het vermogen en de andere persoon voor de persoonlijke rechten en zo is er ook een verdeling mogelijk tussen daden van beheer en beschikking met mogelijkheden om voor bepaalde beslissingen te werken met bijzondere meerderheden. Maar zo is er ook een mogelijkheid dat de ene zorgvolmachtdrager voor bepaalde vermogenselementen of bepaalde goederen instaat terwijl de andere zorgvolmachtdrager voor andere elementen of goederen dan wel bepaalde rechten in staat.
In de zorgvolmacht dient best bepaald hoe meningsverschillen en conflicten tussen de verschillende zorgvolmachtdrager dienen opgelost.
De aanvang van de zorgvolmacht.
De zorgvolmacht vangt aan op het moment waarop de meerderjarige lastgever
- wegens zijn gezondheidstoestand tijdelijk of blijven geheel of gedeeltelijk niet meer in staat is eigenhandig op behoorlijke wijze zijn belangen waar te nemen
- of zich in een staat van verkwisting bevindt.
Voor de zorgvolmachtgever die geen oordeel meer kan vormen en geen rekenschap meer kan vragen aan de zorgvolmachtdrager, kan voorzien in een bijkomende bescherming in de vorm van rechterlijk toezicht op de uitvoering van de opdracht van de lasthebber.
De lasthebber dient – in voorkomend geval overeenkomstig hetgeen daaromtrent wordt bepaald in de geregistreerde lastgevingsovereenkomst (bv. door vaststelling van één of meerdere artsen) – te oordelen wanneer de lastgever komt te verkeren in een beschermwaardige toestand.
De rechtsleer aanvaardt dat de buitengerechtelijke bescherming reeds in werking kan treden op een moment waarop de lastgever nog perfect capabel is tot volmaakte wilsvorming en -uiting, maar bijvoorbeeld door ouderdom niet meer in staat is alle administratieve handelingen van het vermogensbeheer op zich te nemen (G. Verschelden, Handboek Belgisch personen- en familierecht, Brugge, die Keure, 2016, 450; S. Mosselmans en A. Van Thienen, “Bescherming en bewind voor meerderjarigen. Commentaar bij de wet van 17 maart 2013”, T.Fam. 2014, (60) 65, Evariest Callens, Aanwending van de zorgvolmacht in de context van de (patrimonium)vennootschapen meer zorg dan macht, TEP 2018/2, 225)
De handelings- en wilsbekwaamheid van de zorgvolmachgever
De inwerkingtreding van de zorgvolmacht maakt de zorgvolmachtgever niet juridisch handelingsonbekwaam of wilsonbekwaam.
De zorgvolmachtgever blijft dus principieel als juridisch bekwaam om zelf rechtshandelingen te stellen en controle uit te oefenen.
Toch kan middels clausule in de zorgvolmacht de eigen handelingsbevoegdheid van de lastgever worden uitgesloten voor de gedelegeerde rechtshandelingen.
Einde van de zorgvolmacht
1. Beëindiging door de lasthebber of de lastgever.
Lasthebber en wilsbekwame lastgever kunnen op ieder moment een einde maken aan de lastgevingsovereenkomst door herroeping of opzegging.
Toch kan de lastgever afstand te doen van zijn herroepingsrecht zoals dit ook kan voor een gewone lastgeving. De rechtsgeldige afstand van herroepingsrecht werd erkend door het Hof van Cassatie (Cass. 26 februari 1885, Pas. 1885, I, 85; Cass. 13 januari 1938, Pas. 1938, I, 6) Ondanks de bewoordingen van art. 2004 BW stellende dat de lastgever zijn volmacht mag herroepen wanneer zulks hem goeddunkt, wordt door de rechtspraak aanvaard dat De lastgever afstand kan doen van dit recht. De ad nutum herroepbaarheid zoals voorzien in de wet is dus slechts van suppletief recht is. Zie B. Tilleman, Lastgeving, Deurne, Kluwer, 1997, 312-. De herroepbaarheid van de lastgeving is immers geen wezenskenmerk van de lastgeving.
2. Overige gronden van beëindiging voorzien in art. 2003 (zoals de dood van lasthebber of lastgever
3. Beslissing van de Vrederechter
Ook de vrederechter kan te allen tijde een einde maken aan de lastgevingsovereenkomst indien de belangen van de lastgever in gevaar worden gebracht.
De vrederechter kan de zorgvolmacht geheel of gedeeltelijk vervangen door een rechterlijke beschermingsmaatregel.
4. Einde beschermingswaardige toestand
Indien de zorgvolmachtgever niet langer in een beschermwaardige toestand verkeert, eindigt de buitenrechtelijke beschermingsmaatregel Indien de lastgevingsovereenkomst verder blijft bestaan is zij onderworpen aan het gemeen lastgevingsrecht.
De omstandigheid dat de lastgever door diens gezondheidstoestand niet langer in staat is eigenhandig behoorlijk zijn belangen waar te nemen of in een staat van verkwisting terechtkomt, maakt anders dan voor de gemeenrechtelijke zorgvolmacht niet van rechtswege een einde aan de lastgeving.
Wettelijk voorziene bescherming van ouderen onder zorgvolmacht
1. wettelijke beperking van het mandaat: zorgvolmacht is niet mogelijk voor hoogstpersoonlijke handelingen, zoals het opstellen van een testament;
2. geen vermenging van vermogen tussen lastgever en lasthebber: gelden en goederen van de lastgever volledig en duidelijk worden afgescheiden van het persoonlijke vermogen van de lasthebber;
3. verplicht overleg: lasthebber moet de lastgever zoveel als mogelijk en in verhouding tot diens begripsvermogen betrekken bij de uitvoering van de opdracht, en op regelmatige tijdstippen en minstens één keer per jaar overleg plegen met de lastgever en, in voorkomend geval, met de vertrouwensperso(o)n(en);
4. opzegbaarheid: de zorgvolmachtgever kan de lastgevingsovereenkomst steeds zelf beëindigen voor zover die nog wilsbekwaam is, eens de betrokkene wilsonbekwaam wordt, zal enkel de vrederechter de lastgevingsovereenkomst kunnen beëindigen.
Alarmbelprocedure (Art. 490/2, § 2, eerste lid oud BW.) Gerechtelijke bescherming bij zorgvolmacht
De Vrederechter kan de zorgvolmacht geheel of gedeeltelijk beëindigen en (gedeeltelijk) vervangen door een rechterlijke beschermingsmaatregel (bewind). De vrederechter kan deze beslissing nemen , indien de lasthebber diens opdracht uitvoert op een wijze die de belangen van de lastgever duidelijk in het gedrang brengt
De Vrederechter kan hiertoe overgaan nadat deze door derden op de hoogte gebracht werd van misbruiken of verdachte transacties zoals grote geldafnames.
Op elk moment kan de vrederechter op verzoek van elke belanghebbende of van het parket uitspraak doen over de uitvoeringsmodaliteiten van de lastgeving of over de bevoegdheden van de lasthebber op grond van art. 190/2 §2 tweede lid oud BW.
De Vrederechter beschikt over discretionaire bevoegdheid om maatregelen te bedenken en op te leggen om de bescherming uit te werken. Zo kan de vrederechter de vereiste van een rechterlijke machtiging opleggen voor bepaalde handelingen en kan de vrederechter bijsturen door het laten opleggen van een jaarverslag, met opvolgende evaluatie en eventueel opvolgende bijkomende maatregelen.
Contractuele bescherming die in de zorgvolmacht kan ingebouwd:
1. aanstelling van meerdere lasthebbers: de zorgvolmacht kan voorzien dat 2 of meer lasthebbers gezamenlijk moeten optreden, of dat de bevoegdheden tussen de lashebbers verdeeld worden of dat de ene lasthebber de andere controleert
2. ingebouwde controle door de vrederechter: de zorgvolmacht kan voorzien dat voor bepaalde handelingen of voor handelingen die een bepaald bedrag te boven gaan de machtiging van de vrederechter noodzakelijk is ;
3. aanstelling van een vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon heeft een overlegfunctie en blijft een aanspreekpunt voor de betrokken lastgever. De vertrouwenspersoon heeft ook een controlefunctie en kan de vrederechter aanspreken en zelfs de alarmprocedure instellen.
Alternatief voor de zorgvolmacht:Alternatieven voor de zorgvolmacht zijn er zeer zeker. Vooreerst en niet in het minst het bewind door een zelf gekozen persoon.
Vergeten we niet dat slechts een kleine minderheid van personen op het einde van het leven bijstand nodig heeft in het beheer van de goederen. Een grote meerderheid van personen blijft tot de (voor)laatste levensdag bekwaam. Hieraan dient wel toegevoegd dat de nood aan bijstand zeer plots en onverwacht kan komen dan wel zo langzaam dat de beslissing om hulp in te schakelen te lang wordt uitgesteld.
Wie geen beslissing zelf heeft genomen en dringend nood heeft aan bijstand kan onder bewind worden geplaatst door de Vrederechter die een bewindvoerder aanstelt. In de regel zijn dit advocaten die voor meerdere personen instaan onder toezicht van de vrederechter.
Om te vermijden dat dit bewind wordt waargenomen door een advocaat die al te veel personen onder zijn bewind heeft en die geen persoonlijke voeling onderhoudt, strekt het tot aanbeveling een verklaring van voorkeur (van bewindvoerder) te formuleren. Naast de keuze van een specifieke bewindvoerder, kunnen ook andere wensen voor het bewind worden opgenomen.
De verklaring van voorkeur moet worden neergelegd bij de griffie van het vredegerecht van de verblijf- of woonplaats, of bij de notaris. Vervolgens zal de verklaring ingeschreven worden in het Centraal Register. De voorkeur voor bewindvoerder kan nog op elk ogenblik gewijzigd worden. De verklaring treedt in werking wanneer iemand onder gerechtelijke bescherming wordt geplaatst en als de door hem gekozen bewindvoerder akkoord gaat. zie ook www.elfri.be - Artikel - Eigen keuze van voorlopig bewindvoerder
De beste regeling voor te beschermen gehuwde personen is art. 220 BWVoor gehuwde personen is de zorgvolmacht een foutieve keuze gelet op de maatregelen die de familierechtbank kan nemen in toepassing van artikel 220 BW.
Dit artikel stelt:
“Art. 220 BW:§ 1 Ingeval een der echtgenoten vermoedelijk afwezig is, of ingeval de rechtbank oordeelt, op grond van feiten vastgesteld in een met redenen omkleed proces-verbaal, dat een der echtgenoten in de onmogelijkheid verkeert zijn wil te kennen te geven of wilsonbekwaam is, dan kan de andere echtgenoot zich door de familierechtbank laten machtigen om de in artikel 215, § 1, bedoelde handelingen alleen te verrichten.§ 2. Indien de echtgenoot die in de onmogelijkheid verkeert zijn wil te kennen te geven of wilsonbekwaam is, geen lasthebber heeft aangesteld of geen wettelijke vertegenwoordiger heeft, kan de andere echtgenoot aan de familierechtbank vragen om in zijn plaats te worden gesteld voor de uitoefening van al zijn bevoegdheden of een gedeelte ervan.§ 3. In de gevallen bepaald in § 1, kan de andere echtgenoot zich door de [3 familierechtbank]3 laten machtigen om de door derden verschuldigde geldsommen geheel of ten dele te ontvangen ten behoeve van de huishouding.”