Ubi iudicia deficunt incipit bellum, "Waar rechterlijke beslissingen te kort schieten daar begint de oorlog.
Dit adagium is ontleend Hugo Grotius (1583-1645): De iure belli ac pacis, liber II, caput I, par 2. (Hugo de Groot: Over het recht van oorlog en vrede, boek 2, hoofdstuk I, paragraaf 2.).
Waar het gezag en de toepassing van het gezag faalt ontstaat een wolvenmaatschappij waar onmacht, geweld en onrecht heerst.
Deze regel is zo fundamenteel om de grondslagen van het recht, haar bestaansreden en haar ultieme bron te kennen: "het regelen van orde en gezag door toepassing van de wet, teneinde oorlog, chaos en geweld te vermijden en de wereld leefbaar te houden.
Een rechtvaardige beslissing eigen aan de rechtvaardige rechter, brengt vrede die onderdrukking onnodig maakt.
Met ubi iudicia deficiunt incipit bellum maant de wetgever de rechter aan om weloverwogen een beslissing te nemen, de argumenten te aanhoren en te beantwoorden en in duidelijke woorden een wijze beslissing te nemen.
Met dit adagium wordt aangeduid dat de rechter het conflict "overneemt" om vrede door recht in de plaats te geven en samen met zijn collega's middels constante rechtspraak het recht nageleefd zien en door het recht e vrede in vervulling zien gaan.
Wanneer de rechter, zoals de laatste tijd meer en meer gebeurt, het geschil weer uit zijn handen en in de handen van de partijen legt, door bijvoorbeeld een bemiddeling "op te leggen" of te zeggen dat ouders als ouders maar zelf hun problemen met hun kinderen dienen op te nemen, verliest de rechter de pedalen en zou hij zich best opnieuw beraden over zijn taak: Recht spreken en een einde maken aan rechteloosheid of onduidelijkheid.