Wie in een onderhandeling wil scoren, zal nooit de triomftocht blazen.
Zelfs in een procedure is het bepaald onverstandig om zich als open winnaar in het proces te gedragen.
Zowel in de procedure als in een onderhandeling is een gefingeerde nederlaag tactischer dan een triomftocht (naar het Latijnse woord triumphus).
Zelfs in het Oude Rome ging de triomftocht gepaard met een geformaliseerde nederigheid.
Een triomftocht was een intocht die een zegevierende generaal-legeraanvoerder werd gegund die door zijn soldaten als imperator was uitgeroepen en die door de senaat al dan niet werd toegekend aan een veldheer die een grote zege voor het volk in de senaat van Rome (SPQR) had behaald.
Imperator, was als dusdanig een eretitel die door acclamatio werd bekomen. Hierbij dient de acclamatio verstaan te worden als de algemene instemming van de bevolking of de strijders door luid gejoel of geapplaudiseer.
Er kan niet genoeg benadrukt worden dat een triomftocht een uitzonderlijke eer was die via een bepaald formalisme werd toegekend aan een legerleider.
Vooreerst was de acclamatio noodzakelijk waarna de aldus door acclamatio uitgeroepen imperator een met lauweren omklede brief (literae laureatae) met een verslag van de geldendaden werd overgemaakt aan de senaat met verzoek tot het bekomen van de triumphus, zijnde de triomftocht.
De voorwaarden die de senaat stelde aan een triomftocht waren:
- victoria justa (rechtvaardige zege);
- in bellum justum (rechtvaardige oorlog);
- een belangrijke overwinning met impact voor het imperium, dan wel het onderdrukken van een opstand op een serie van succesvolle operaties;
- voor een zege in een burgeroorlog kon geen triomftocht worden verleend.