Tot 15 juli 2011 aanvaardde de fiscale administratie, en dit in diverse beslissingen, dat de sterfhuisclausule onbelast was in successierechten, daar art. 5 W.Succ. niet kon worden toegepast bij gebrek aan overlevingsvoorwaarde. Enkel het gedeelte dat civielrechtelijk ingevolge de tekst van art. 1484, tweede lid BW als “een schenking” wordt beschouwd, werd door de fiscus belastbaar geacht op basis van art. 2 W.Succ.
Bij administratieve beslissing van 15 juli 2011 kwam de fiscus op zijn vroegere beslissingen in verband met de onbelastbaarheid van de sterfhuisclausule terug en werden deze beslissingen ingetrokken en werd geoordeeld dat alle sterfhuisclausules belastbaar worden op grond van art. 5 W.Succ.
Deze beslissing van 15 juli 2011, die een verstrenging inhoudt, omdat vóór deze beslissing enkel het zogenaamde “surplus” werd getaxeerd door verweerder, zou worden toegepast op nalatenschappen die openvallen vanaf 28 juli 2011.
Een sterfhuisclausule is een clausule waarbij het hele gemeenschappelijk vermogen wordt toebedeeld aan één van de partners, ongeacht de oorzaak van ontbinding.
Deze clausule was voorheen niet belastbaar op grond van art. 2 W. Succ.
De nalatenschap kan maar worden samengesteld na de ontbinding van het gemeenschappelijk vermogen. Hetgeen wordt verkregen door de de verdeling van het gemeenschappelijk vermogen kan niet het voorwerp uitmaken van een contractuele erfstelling.
Een contractuele erfstelling vereist een animus donandi van de insteller. Bij een sterfhuisconstructie is er van een animus donandi geen sprake zijn, omdat de toekenning van het gemeenschappelijk vermogen aan de echtgenote een huwelijksvoordeel betreft.
Huidige wettelijke bepaling= Vlaamse Codex: artikel 2.7.1.0.4.
Ingevolge decreet van 3 juli 2015 werden de woorden “op voorwaarde van overleving” geschrapt uit het artikel 2.7.1.0.4 VCF (oud artikel 5 W.Succ.), waardoor aldus de sterhuisclausule is komen te vervallen. Alles wat de langstlevende verkrijgt boven de helft van het gemeenschappelijk vermogen, is derhalve thans aan erfbelasting onderworpen.
Verdere evolutie: zie Bruno Indekeu, Luidt Gents arrest een revival van de sterfhuisclausule in? met tal van verwijzingen, zie RW 2014-2015,156.