Rechtspersoonlijkheid
De vereniging van mede-eigenaars – of VME – is een rechtspersoon waarin alle individuele mede-eigenaars van een bepaald gebouw of groep van gebouwen verenigd zijn en vertegenwoordigd worden en met als doel en enige toegelaten activiteit, het beheer en het behoud van dit gebouw of deze groep van gebouwen.
Ontstaan
Zodra een onverdeeldheid is ontstaan door de overdracht of toekenning van ten minste één kavel, beschikt een onder het appartementsrecht vallende groep van gebouwen van rechtswege over een vereniging van mede-eigenaars op het niveau van de groep. De vereniging van mede-eigenaars verwerft pas actieve rechtspersoonlijkheid bij publicatie van de statuten.
Uittreksel uit het BW
Onderafdeling II. - Rechtspersoonlijkheid van de vereniging van medeëigenaars.
Art. 577-5.<Ingevoegd bij W 1994-06-30/34, art. 2; Inwerkingtreding : 01-08-1995> § 1. De vereniging van medeëigenaars verkrijgt rechtspersoonlijkheid wanneer de volgende twee voorwaarden vervuld zijn :
1° het ontstaan van de onverdeeldheid door de overdracht of de toekenning van ten minste een kavel;
2° de overschrijving van de basisakte en van het reglement van medeëigendom op het [2 bevoegde kantoor van de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie]2. De plannen van het gebouw kunnen daarbij in de vorm van een door de notaris voor eensluidend verklaard afschrift als bijlage worden gevoegd.
Zij draagt de benaming : " vereniging van medeëigenaars ", gevolgd door de vermeldingen betreffende de ligging van het gebouw of de groep van gebouwen.
Zij heeft haar zetel in het gebouw. Indien het over een groep van gebouwen gaat, moet de basisakte bepalen in welk gebouw de zetel van de vereniging gevestigd is.
[1 Alle documenten uitgaande van de vereniging van mede-eigenaars vermelden het ondernemingsnummer van die vereniging.]1
§ 2. Indien de statuten niet of niet tijdig werden overgeschreven, kan de vereniging van medeëigenaars zich ten aanzien van derden niet op haar rechtspersoonlijkheid beroepen; deze zijn echter wel gerechtigd ze in te roepen tegen de vereniging. De deelverenigingen kunnen maar over rechtspersoonlijkheid beschikken vanaf het ogenblik dat de hoofdvereniging waarvan zij afhangen, zelf over rechtspersoonlijkheid beschikt.
§ 3. De vereniging van mede-eigenaars kan geen ander vermogen hebben dan de roerende goederen nodig voor de verwezenlijking van haar doel, dat uitsluitend bestaat in het behoud en het beheer van het gebouw of de groep van gebouwen. Het vermogen van de vereniging van mede-eigenaars bestaat minstens uit een werkkapitaal en een reservekapitaal.
Onder "werkkapitaal" wordt verstaan de som van de voorschotten die zijn betaald door de mede-eigenaars als voorziening voor het betalen van de periodieke uitgaven, zoals de verwarmings- en verlichtingskosten van de gemene delen, de beheerskosten en de uitgaven voor de huisbewaarder.
Onder "reservekapitaal" wordt verstaan de som van de periodiek ingebrachte bedragen die zijn bestemd voor het dekken van niet-periodieke uitgaven, zoals de uitgaven voor de vernieuwing van het verwarmingssysteem, de herstelling of de vernieuwing van een lift, of het leggen van een nieuwe dakbedekking.
De vereniging van mede-eigenaars moet uiterlijk na afloop van vijf jaar na datum van de voorlopige oplevering van de gemene delen van het gebouw een reservekapitaal aanleggen waarvan de jaarlijkse bijdrage niet lager mag zijn dan vijf procent van het totaal van de gewone gemeenschappelijke lasten van het voorgaande boekjaar; de vereniging van mede-eigenaars kan met een meerderheid van vier vijfde van de stemmen beslissen om dit verplicht reservekapitaal niet aan te leggen.
Die bedragen moeten op diverse rekeningen worden geplaatst, waaronder verplicht een afzonderlijke rekening voor werkkapitaal en een afzonderlijke rekening voor het reservekapitaal; al deze rekeningen moeten op naam van de vereniging van mede-eigenaars worden geopend;
Het vermogen van de vereniging van mede-eigenaars bestaat uit de door de algemene vergadering bepaalde periodieke bijdragen van de mede-eigenaars. De syndicus kan alle gerechtelijke en buitengerechtelijke maatregelen nemen voor de invordering van de lasten;
Wanneer de eigendom van een kavel bezwaard is met een vruchtgebruik, zijn de titularissen van de zakelijke rechten hoofdelijk gehouden tot de betaling van die lasten. De syndicus deelt bij de oproep tot kapitaalinbreng aan alle betrokken partijen mee welk deel bestemd zal zijn voor het reservekapitaal.
§ 4. Onverminderd artikel 577-9, § 5, kan de tenuitvoerlegging van beslissingen waarbij de vereniging van mede-eigenaars wordt veroordeeld, worden gedaan op het vermogen van iedere mede-eigenaar naar evenredigheid van zijn aandeel gebruikt voor de stemming overeenkomstig artikel 577-6, § 6, hetzij in het eerste lid, hetzij in het tweede lid, naargelang het geval.".
----------
(1)<W 2010-06-02/33, art. 4, 006; Inwerkingtreding : 01-09-2010; zie ook art. 19>
(2)<W 2018-07-11/07, art. 2, 010; Inwerkingtreding : 30-07-2018>
Deelverenigingen zijn autonome rechtspersonen. Hun bevoegdheid overlapt niet met die van de hoofdvereniging van mede-eigenaars. Weliswaar beschikt de deelvereniging op slechts rechtspersoonlijkheid zolang de hoofdvereinging van aandeelhouders over rechtspersoonlijkheid beschikt.
De VME heeft ‘rechtspersoonlijkheid’ en bezit een KBO-nummer, maar dat maakt haar nog geen vennootschap.
De vereniging van mede-eigenaars moet als een onderneming worden beschouwd, minstens op basis van een weerlegbaar vermoeden. Wanneer de verwerende partij een consument is, staat derhalve niets de toepassing van de leer van de onrechtmatige bedingen in de weg.
De vereniging van mede-eigenaars is een onderneming is de zin van artikel I.1, 1° WER.
Volgende indicatoren wijzen daarop:
– de VME is een rechtspersoon (artikel 577-5 BW);
– de VME is een rechtspersoon met een doel, nl. het behoud en het beheer van het gebouw of de groep van gebouwen (artikel 577-5, § 3 BW);
de VME heeft derhalve een economische activiteit bestaande in het onderhoud en het beheer van een gebouw of een groep van gebouwen (dienstverlening);
– deze rechtspersoon is onderworpen aan bepaalde publiciteitsvoorschriften (artikel 577-5, § 1 BW);
– deze rechtspersoon is gehouden tot inschrijving in het KBO (artikel 577-5, § 1 BW in fine en KB van 15 maart 2017 betreffende de nadere regels voor de inschrijving van de syndicus in de Kruispuntbank van Ondernemingen (hierna: KB 15 maart 2017));
– er dient een syndicus te worden aangesteld (artikel 577-8, § 1 BW);
– er dient een commissaris te worden aangesteld ter controle van de rekeningen van de VME (artikel 577-8/2 BW);
– de VME kan optreden in rechte als eiser en verweerder en is houder van eigen rechten en plichten.
Het is onmiskenbaar dat een VME deelneemt aan het economisch leven. Het is de VME die de overeenkomsten sluit
De wet van 18 juni 2018 «houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en houdende wijziging van het Gerechtelijk Wetboek met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing», BS 2 juli 2018, heeft op diverse punten in titel 6 van deze verzamelwet het appartementsrecht gewijzigd. met aannemers, nutsbedrijven, enz. De VME kan worden aangesproken door medecontractanten en/of derden.
Waar het bovenstaande mogelijks een interpretatiekwestie is, is het hiernavolgende dat geenszins. De wetgever heeft na goedkeurend advies van de Raad van State gesteld dat de syndicus zich diende in te schrijven in het KBO en daartoe het KB 15 maart 2017 in het leven geroepen.
Onrechtmatige bedingen
De overwegingen van het KB 15 maart 2017 stellen uitdrukkelijk: ‘Zoals de Raad van State vaststelt is de FOD Financiën volgens artikel 9 van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 gegevensbeheerder voor de gegevens betreffende de verenigingen van mede-eigenaars bedoeld in artikel III.18 van het Wetboek van Economisch Recht (WER) bevoegd. Artikel III.18, 6° WER bepaalt dat de identificatiegegevens van de oprichters, mandatarissen en lasthebbers van iedere onderneming, waaronder dus ook het mandaat van de syndicus van de vereniging van mede-eigenaars valt. worden opgenomen in de KBO.
Bijgevolg is de FOD Financiën ook gegevensbeheerder voor de gegevens van de syndicus, mandataris van de vereniging van mede-eigenaars.’ Uit de inschrijving in het KBO, verplicht gesteld bij KB 15 maart 2017, volgt het vermoeden dat de ingeschreven entiteit een onderneming is (Luik 20 december 2012, JBHP 2012, 707).
Dit vermoeden is weliswaar weerlegbaar, maar de bewijslast rust op de eisende partij. Deze bewijslast wordt niet geledigd door de loutere ontkenning dat men geen onderneming is. Er is meer nodig dan dat. Het onderscheid tussen het burgerlijk of handelskarakter van de activiteit (lees het winstoogmerk) is irrelevant. Ook een louter burgerlijke activiteit (advocatuur, revisoraat, artsen, architecten, enz.) is onderworpen aan de regeling van de onrechtmatige bedingen.
Een (meerderheids)beslissing van de algemene vergadering komt slechts tot stand binnen het wettelijk kader ter zake van de mede-eigendom en kan geen afbreuk doen aan de bescherming die het recht van openbare orde biedt.
Aan de bescherming van het dwingend recht kan voor het ontstaan van het geschil geen afstand worden gedaan.
Deze aloude regel van het verbintenissenrecht geldt evenzeer voor de beslissing van de algemene vergadering van een VME, regel die wel zonder enig voorbehoud wordt aanvaard inzake algemene vergaderingen van vennootschappen. Eens vastgesteld dat een beding een onrechtmatig beding is, dan is de nietigheid van het beding de sanctie
lees meer over deelverenigingen in V. Sagaert, De hervorming van het appartementsrecht anno 2018, RW 2018-2019, 562.