De principiële vrijheid om te contracteren heeft als pendant de vrijheid om niet te contracteren. Toch is deze vrijheid niet absoluut. Zo bestaat er in bepaalde gevallen een wettelijke plicht om te contracteren (denk hierbij aan de verplichting opgelegd in het energiedecreet) en de schending van het gelijkheidsbeginsel en de discriminatiewetten bij het niet verhuren aan personen van een bepaald gender, afkomst, religie...
De weigering om te contracteren kan ook een rechtsmisbruik opleveren wanneer het aanwenden van de vrijheid om niet te contracteren wordt gebruikt op een wijze die kennelijk de grenzen overschrijdt van de normale uitoefening van die vrijheid door een bedachtzaam en omzichtig persoon.
Wanneer is contractweigering onrechtmatig?
Contractweigering is onrechtmatig zowel als oneerlijke marktpraktijk, misbruik van economische machtspositie en misbruik van economische afhankelijkheid:
- bij misbruik van economische afhankelijkheid (B2B)
- bij discriminatoire contractweigering,(B2B en B2C)
- bij misbruik van machtspositie (B2B)
- bij misbruik van contractvrijheid (wat tevens op een oneerlijke marktpraktijk in de zin van art. VI.104 WER kan neerkomen) (B2B en B2C)
De contractvrijheid houdt klassiek in dat men vrij is om
(1) al dan niet te contracteren;
(2) zijn wederpartij te kiezen en
(3) de inhoud van de overeenkomst te bepalen (S. Stijns en E. Swaenepoel, “De evolutie van de basisbeginselen in het contractenrecht, geïllustreerd aan de hand van het contractueel evenwicht” in Evolutie van de basisbeginselen van het contractenrecht, Antwerpen, Intersentia, 2010, (1) 4; A. Van Oevelen, “Algemene rechtsbeginselen in het verbintenissen- en contractenrecht” in Algemene rechtsbeginselen, Antwerpen, Kluwer, 1991, (94) 104; P. Wéry, Droit des obligations, I, Brussel, Larcier, 2011, nr. 100). Dit cassatiearrest heeft enkel betrekking op de eerste twee aspecten van de contractvrijheid, waartussen het onderscheid in veel gevallen moeilijk te maken is (A. Van Oevelen,l.c., in Algemene rechtsbeginselen, (94) 106). (S. Janssens en S. Stijns in noot onder Cassatie, 07/10/2011, RW 2012-2013, 1181.
De vrijheid om niet te contracteren is verder beperkt.
• bepaalde overheden en nutsbedrijven dienen te contracteren
• weigering te contracteren kan een misbruik van machtspositie uitmaken
• verkoopsweigering kan een oneerlijke marktpraktijk uitmaken
• Verplichting van de bank tot het verlenen van een basisbankdienst
• Niet contracteren kan een inbreuk uitmaken op het gelijkheidsbeginsel en de antidiscriminatiewetten
• Een contract kan de verplichting opleggen om nieuwe contracten aan te gaan
Daarnaast kan verdedigd worden dat een fundamentele vrijheid, zoals de vrijheid om niet te contracteren, niet onbegrensd is. Er moet rekening worden gehouden met de fundamentele rechten en vrijheden van anderen, zodat een dergelijke vrijheid kan worden misbruikt (A. Van Oevelen en C. Cauffman, l.c., in Bijzondere overeenkomsten, XXXIVe Postuniversitaire Cyclus Willy Delva, (439) 449).
De weigering om een verdeler te bevoorraden, is volgens het Hof van Cassatie strijdig met de eerlijke handelsgebruiken en kan een rechtsmisbruik opleveren (Cass. 24 september 1992, Arr.Cass. 1991-92, 1129, Pas. 1992, 1049, RCJB 1995, noot L. Van Bunnen; Cass. 27 juni 1985, Arr.Cass. 1984-85, 1516, Pas. 1985, 1394, RW 1985-86, 1444, noot).
De weigering te contracteren kan rechtsmisbruik uitmaken wanneer een legitiem geschapen vertrouwen wordt geschonden.
Ook het afbreken van onderhandelingen kan in bepaalde omstandigheden een fout uitmaken, een culpa in contrahendo of een rechtsmisbruik.
zie ook bijdrage over de b2b wet van 4 april 2019
Uittreksel uit het NBW (boek 1)
Art. 1.9 Rechtsmisbruik
Niemand mag misbruik maken van zijn recht.
Wie zijn recht uitoefent op een wijze die kennelijk de grenzen te buiten gaat van de normale uitoefening van dat recht door een voorzichtig en redelijk persoon in dezelfde omstandigheden geplaatst, maakt misbruik van zijn recht.
De sanctie voor een dergelijk misbruik bestaat in de matiging van het recht tot zijn normale rechtsuitoefening, onverminderd het herstel van de schade die het misbruik heeft berokkend.
Uittreksel NBW (boek 5)
« Art. 5.73 Uitvoering te goeder trouw en verbod van rechtsmisbruik
Een contract moet te goeder trouw uitgevoerd worden.
Krachtens het eerste lid:
1° moet elk van de partijen zich bij de uitvoering van het contract gedragen zoals een voorzichtig en redelijk persoon in dezelfde omstandigheden geplaatst;
2° mag niemand misbruik maken van de rechten die hij aan het contract ontleent.
Elke afwijking van dit artikel wordt voor niet-geschreven gehouden. »
Zie ook www.elfri.be - Artikel - Rechtsmisbruik