Zelfverdediging of noodweer, is het legitieme onmiddelijke en noodzakelijke geweld uitgeoefend door een persoon teneinde een actuele, ernstige en wederrechtelijke bedreiging op de eigen persoon of op de persoon van een ander af te weren, waarbij de bedreiging de fysieke integriteit, de vrijheid of het seksueel zelfbeschikkingsrecht aantast.
Noodtoestand (état de nécessité) de rechtvaardigingsgrond bestaande uit de omstandihgheid die de zelfverdediging tot geldig verweer maakt.
Putatieve zelfverdediging of putatief noodweer, is de zelfverdediging ten aanzien van een onbestaand, doch vermeend gevaar.
uittreksel uit het strafwetboek:
AFDELING IV. - GERECHTVAARDIGDE DOODSLAG, GERECHTVAARDIGDE VERWONDINGEN EN GERECHTVAARDIGDE SLAGEN.
Art. 416. Er is noch misdaad, noch wanbedrijf, wanneer de doodslag, de verwondingen en de slagen geboden zijn door de ogenblikkelijke noodzaak van de wettige verdediging van zich zelf of van een ander.
Art. 417. Onder de gevallen van ogenblikkelijke noodzaak van de verdediging worden de twee volgende gevallen begrepen :
Wanneer de doodslag gepleegd wordt, wanneer de verwondingen of de slagen toegebracht worden bij het afweren, bij nacht, van de beklimming of de braak van de afsluitingen, muren of toegangen van een bewoond huis of appartement of de aanhorigheden ervan, behalve wanneer blijkt dat de dader niet kon geloven aan een aanranding van personen, hetzij als rechtstreeks doel van hem die poogt in te klimmen of in te breken, hetzij als gevolg van de weerstand welke diens voornemen mocht ontmoeten;
Wanneer het feit plaatsheeft bij het zich verdedigen tegen de daders van diefstal of plundering die met geweld tegen personen wordt gepleegd.