De lijst van Voorrang in België regelt de protocollaire volgorde van de hoogste gezagdragers in België.
De voorranglijst van de Vlaamse overheid is specifiek voor evenementen georganiseerd door de Vlaamse overheid. Voor nationale evenementen, inclusief gemengde evenementen (federaal + gewestelijk/gemeenschap), houdt de Federale overheid een eigen lijst aan die geldig is voor heel België.
I. Federale voorrangsliist (2010)- zoals aangepast in april 2016
Na Zijne Majesteit de Koning en de Leden van de Koninklijke Familie
1. Kardinalen;
2. Deken van het Diplomatiek Korps;
3. Voorzitter van het Europees Parlement;
4. Voorzitter van de Kamer en Voorzitter van de Senaat
(afwisselend 2° dinsdag van oktober (paar) Kamer, (onpaar) Senaat);
5. Permanent Voorzitter en leden van de Europese Raad (Staats- en Regeringshoofden);
6. Eerste minister;
7. Vice-eersteministers;
8. Voorzitter en leden van de Raad van de Europese Unie;
9. Minister van Buitenlandse Zaken (als er buitenlandse diplomaten aanwezig zijn);
10. Voorzitter van de Europese Commissie, Voorzitter van de NAVO-vergadering en Secretaris generaal van de NAVO (afwisselend op 1 september van ieder jaar);
11. Buitenlandse Ministers met portefeuille (1):
12. Ministers van de Federale Regering;
13. Buitenlandse Ambassadeurs geaccrediteerd geaccrediteerd in België;
14. Voorzitter van het Internationaal Gerechtshof van Den Haag;
15. Voorzitter van het Hof van Justitie van de Europese Unie;
16a. Voorzitters van het Grondwettelijk Hof (2);
16b. Eerste Voorzitter bij het Hof van Cassatie en Procureur-generaal bij het Hof van Cassatie;
16c. Eerste Voorzitter van het Rekenhof en Eerste Voorzitter en Auditeur-generaal van de Raad van State (volgens anciënniteit);
17. Voorzitters van het Vlaams Parlement, van het Parlement van de Franse Gemeenschap, van het Parlement van de Duitstalige Gemeenschap, van het Waals Parlement en van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement (3);
18. Ondervoorzitters en leden van de Commissie van de Europese Unie;
19. Minister-presidenten van de Gemeenschaps- en Gewestregeringen (4);
20. Ministers van de Gemeenschaps- en Gewestregeringen (5);
21. Staatssecretarissen van de Federale Regering en Commissarissen van de Federale Regering;
22. Staatssecretarissen van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;
23. Belgische Ministers van Staat;
24. Rechters bij het Internationaal Gerechtshof van Den Haag;
25. Rechters, Advocaten-generaal en Hoofdgriffier van het Hof van Justitie van de Europese Unie;
26. Permanente vertegenwoordigers bij de Europese Unie en
Permanente vertegenwoordigers bij de NAVO (afwisselend op 1 september van ieder jaar);
27. Zendingshoofden bij de Europese Unie en bij de NAVO;
28. Voorzitter van de Hoge Raad voor de Justitie (6);
29. Prinsen en Hertogen van het Blauwe salon (familiehoofden);
30. Leden van het Directiecomité van het Hof (7);
31. Voorzitter van de Europese Investeringsbank;
32. Voorzitter van het Europees Economisch en Sociaal comité;
33. Voorzitter van het Militair Comité van de NAVO;
34. Chef van Defensie;
35. Opperbevelhebber van de Geallieerde strijdkrachten van de NAVO in Europa (SACEUR);
36. Generaals bevelhebbers van de Militaire gebieden in hun gebied en voor de niet-militaire ceremonies;
37. Eerste Voorzitters van de Hoven van Beroep en Eerste Voorzitters bij de Arbeidshoven;
38. Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep;
39. Federaal procureur;
40. Commissaris-generaal van de Federale Politie;
41. Permanente Militaire Vertegenwoordigers en Hoofden van Militaire Missies bij de NAVO (Mil. Rep.);
42. Voorzitter van het Franstalig Brussels Parlement {COCOF);
43. Buitenlandse Ambassadeurs geaccrediteerd in het buitenland;
44. Voorzitter van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken (indien drager van de titel ambassadeur) en Belgische ambassadeurs op post
(als er buitenlandse diplomaten aanwezig zijn);
45. Ere-leden van het Directiecomité van het Hof (zie 30) en Ere-Grootmeester van het Huis van Koningin Fabiola ;
46. Vleugeladjudanten van de Koning, in de uitoefening van hun functies;
47. Deputy Supreme Allied Commander Europe (DSACEUR); Stafchef Supreme Headquarters Al lied Powers Europe (SHAPE);
48. Provinciegouverneurs (ook buiten hun provincie met voorrang voor de titularis), Vice-gouverneur van het Administratief Arrondissement Brussel-Hoofdstad, adjunct gouverneur van Vlaams-Brabant ;
49. Eerste ondervoorzitter van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement;
50. Voorzitter van de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie;
51. Voorzitters van de Provincieraden;
52. Voorzitters assisenhoven buiten de zetel van een Hof van Beroep, tijdens de duur van de zitting;
53. Militaire bevelhebbers van de provinciën in hun provincie voor niet-militaire ceremonies;
54. Buitenlandse zaakgelastigden (in vaste dienst of ad interim);
55. Voorzitters van de Raden van Beheer van de Universiteiten;
56. Voorzitter van de Federale Raad voor Wetenschapsbeleid;
57. Rectoren van de Universiteiten;
58. Beheerders van de Universiteiten;
59. Voorzitters en Directeurs van de Koninklijke Academiën en Vaste Secretarissen;
60. Prinsen en Hertogen van het Blauwe Salon (8);
61. Voorzitter van de Rechtbank van Eerste aanleg in zijn rechtsgebied;
62. Voorzitter van de Arbeidsrechtbank in zijn rechtsgebied;
63. Voorzitter van de Rechtbank van Koophandel in zijn rechtsgebied;
64. Procureur des Konings in zijn rechtsgebied;
65. Arbeidsauditeur in zijn rechtsgebied;
66. Arrondissementscommissarissen;
67. Burgemeester in zijn gemeente;
68. Militaire plaatscommandant in zijn zetel voor niet-militaire plechtigheden;
69. Aartsbisschop van Mechelen-Brussel (indien geen kardinaal), Bisschoppen en hulpbisschoppen
Voorzitter van de Synode van de Verenigde Protestantse Kerk in België
Voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, de Opper-rabbijn Voorzitter van het Centraal Comité van de Anglicaanse Eredienst in België Metropoliet - Aartsbisschop van het Oecumenisch Patriarchaat van Konstantinopel Voorzitter van het Executief van de Moslims van België
Voorzitters van de Unie Vrijzinnige Verenigingen;
70. Federale parlementsleden (9);
71. Leden van de Gemeenschaps en Gewestparlementen (10);
72. Belgische parlementsleden van het Europees Parlement;
73. Adjunct-kabinetchefs van Zijne Majesteit de Koning, Adjunct-protocolchef bij het Huis van Zijne Majesteit de Koning, Commandant der Koninklijke Paleizen, Directeur van de Dienst Rekwesten en Sociale Zaken, Adviseurs bij het Huis van de Koning, Adjunct-directeur van de Dienst Media en Communicatie van het Koninklijk Paleis, Ordonnansofficieren van Zijne Majesteit de Koning tijdens de uitoefening van hun functies, Eredames van Hare Majesteit de Koningin en van Hare Majesteit Koningin Paola, Attachés bij het Huis van Zijne Majesteit de Koning, Adviseurs van de andere Leden van de Koninklijke Familie (volgens de protocollaire rangorde van het Paleis);
74. Federale Ombudsmannen;
75. Rechters en Griffier - Grondwettelijk Hof Voorzitter, Eerste Advocaat-generaal, Raadsheren, Advocaten-generaal en Hoofdgriffier van het Hof van Cassatie;
76. Voorzitter, Raadsheren en Hoofdgriffier van de Raad van State en Voorzitter, Raadsheren, Auditeurs, Hoofdgriffier en Griffiers - Rekenhof;
77. Leden van de Hoge Raad voor de Justitie;
78. Leden van de Hoge Raad voor Defensie;
79. Voorzitter, Raadsheren, Advocaten-generaal en Hoofdgriffier van het Hof van Beroep en federale Magistraten van het Federale Parket;
80. Voorzitters, Raadsheren, Advocaten-generaal en Hoofdgriffiers - Arbeidshof;
81. Buitenlandse generaals bevelhebbers van een leger;
82. Secretarissen-generaal van de Europese instellingen;
83. Voorzitter van het Directiecomité en van de Kanselarij van de Eerste Minister;
84. Voorzitters van de Directiecomités van de Federale Overheidsdiensten en griffiers-secretarissen-generaal van de Senaat, de Kamer en de Gemeenschaps- en Gewestparlementen ;
85. Belgische Luitenant-generaals of Vice-admiraals in actieve dienst;
86. Gedelegeerd bestuurder van het Bureau voor Selectie en Oriëntatie (SELOR);
87. Belgische gevolmachtigde Ministers op post;
88. Koninklijke commissarissen;
89. Directeurs-generaal van Internationale Organisaties;
90. College van Secretarissen-generaal van de Benelux Economische Unie;
91. Emeriti- en Ere-hoge magistraten;
92. Ere-ambassadeurs;
93. Ere-provinciegouverneurs - Voorzitters van de Provinciecolleges;
94. Commissarissen-generaal van de Federale Regering;
95. Provinciale Leden van de Bestendige Deputatie, Provincieraadsleden en Provinciaal Griffier/Secretaris-generaal in hun provincie;
96. Burgemeesters van de provinciehoofdplaatsen, grote steden en gemeenten;
97. Gouverneur van de Nationale Bank;
98. Voorzitter van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA);
99. Oud-ministers niet-parlementsleden;
100. Vice-gouverneur van de Nationale Bank;
101. Gedelegeerd bestuurder van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen;
102. Voorzitter van het Europees Financieel en Consulair Comité
Voorzitters van de Europese Wetenschappelijke en Technische Comités (11);
103. Voorzitter en Secretaris van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven ;
104. Ondervoorzitters en Directeurs-generaal van het Belgisch Rode Kruis
105. Voorzitter en Administrateur-generaal van het Nationaal Instituut voor Oorlogsinvaliden, Oudstrijders en Oorlogsslachtoffers en Voorzitter van de Hoge Raad voor Oorlogsinvaliden, Oudstrijders en oorlogsslachtoffers;
106. Voorzitters van de Grote Persverenigingen;
107. Ere-parlementsleden;
108. Ere-Adjunct-kabinetchefs van Zijne Majesteit de Koning, Ere-Adjunct-protocolchef van het Huis van Zijne Majesteit de Koning, Ere-Commandant der Koninklijke Paleizen, Ere-Directeur van de Dienst Rekwesten en Sociale Zaken, Ere-Adviseurs bij het Huis van de Koning, Ere-Adjunctdirecteur van de Dienst Media en Communicatie van het Koninklijk Paleis, EreOrdonnansofficieren van Zijne Majesteit de Koning tijdens de uitoefening van hun functies, EreEredames van Hare Majesteit de Koningin en van Hare Majesteit Koningin Paola, Ere-Attachés bij het Huis van Zijne Majesteit de Koning, Ere-Adviseurs van de andere Leden van de Koninklijke Familie (volgens de protocollaire rangorde van het Paleis);
109. Kabinetschefs van de leden van de Federale Regering en kabinetschefs van de Gemeenschaps- en Gewestregeringen;
110. Directeurs-generaal van de Federale Overheidsdiensten, gevolmachtigd Ministers van 1 ste klasse bij het Hoofdbestuur. Protocolchef van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken (indien gevolmachtigd Minister 2de klasse), Belgische zaakgelastigden op post (indien buitenlandse diplomaten aanwezig zijn), Directeurs-generaal van de federale politie;
111. Voorzitter van de Vaste Commissie van de Lokale Politie;
112. Directeurs bij de Europese Unie;
113. Luitenant-generaals en Vice-admiraals buiten dienst of Ere-Luitenant-generaals en Ere-Vice-admiraals;
114. Generaal-majoors of Divisie-admiraals in werkelijke dienst;
115. Belgische ere-gevolmachtigd ministers van lste klasse;
116. Ministerraden van de Buitenlandse Ambassades en Gezantschappen;
117. Adjunct-permanent vertegenwoordiger en adjunct-secretaris-generaal van NAVO;
118. Andere Generaals SHAPE;
119. Buitenlandse Beroepsconsuls-generaal;
120. Vicarissen-generaal;
121. Gevolmachtigd ministers 2de klasse op de Centrale Administratie, Inspecteurs-generaal, Bestuursdirecteurs, Belgische Consuls-generaal op post, Adjunct- kabinetschefs, Hoofdwaterschout;
122. Korpschefs van de lokale politiezones, Adjunct Directeurs-generaal van de federale politie (11);
123. Ere-Generaal-majoors en Ere-Divisieadmiraals;
124. Brigade-generaals en Flottielje-admiraals;
125. Attachés bij de Belgische Koninklijke Huizen
126. Ere-gevolmachtigd ministers 2de klasse;
127. Buitenlandse Ambassaderaden en Militaire Attachés;
128. Hoogleraren en Buitengewone Hoogleraren van de universiteiten;
129. Leden van de Koninklijke Academiën;
130. Belgische Ambassaderaden op post en Ere-Consuls-generaal
131. Buitenlandse Beroepsconsuls;
132. Hoofdcommissarissen van de federale politie en Hoofdcommissarissen van de lokale politie;
133. Kolonels en Kapiteins-ter-zee;
134. Adviseurs van de Federale Overheidsdiensten en Ambassaderaden bij Administratie;
135. Stafhouder van de Orde der Advocaten in functie;
136. Luitenant-kolonels en Fregatkapiteins;
137. Buitenlandse Ambassadesecretarissen lste klasse;
138. Belgische Ambassadesecretarissen 1 ste klasse en Belgische Consuls op post;
139. Magistraten van de Rechtbank van Eerste Aanleg en van het Parket bij die rechtbank;
140. Magistraten van de Arbeidsrechtbank en van het Auditoraat bij die rechtbank;
141. Magistraten van de Rechtbank van Koophandel;
142. Majoors of Korvetkapiteins;
143. Attachés van de Federale Overheidsdiensten en Ambassadesecretarissen 1 ste klasse bij de administratie;
144. Burgemeesters buiten hun stad. Schepenen en Gemeenteraadsleden en Voorzitters van de OCMW's;
145. Vrederechters en Rechters bij de Politierechtbank;
146. Buitenlandse Ambassadesecretarissen 2de klasse en Ere-consuls;
147. Belgische Ambassadesecretarissen 2de klasse en Vice-consuls op post;
148. Buitenlandse Ambassade-attachés;
149. Lagere officieren. Belgische Ambassade-attachés bij de Administratie.
(1) Uit protocollaire beleefdheid kunnen de buitenlandse gasten vóór hun Belgische collega's geplaatst worden.
(2) Grondwettelijk Hof: afwisselend 01 september (paar): N, (onpaar): F.
(3) Volgens leeftijd.
(4) Volgens leeftijd.
(5) De leden van de Gemeenschaps- en Gewestregeringen worden dan in deze volgorde onderling gerangschikt; de eerste gerangschikten van elke Regering zijn de eerste vijf, de tweede gerangschikten van elke Regering de volgende vijf en zo verder.
In ieder blok van vijf worden ze gerangschikt overeenkomstig de rangschikking van hun respectievelijke Voorzitters zoals voorzien in (3 en 4).
(6) afwisselend 01 september (paar): F, (onpaar) N
(7) Kabinetschef van Zijne Majesteit de Koning, Secretaris-generaal van het Huis van Zijne Majesteit de Koning, Hoofd van het Militaire Huis van Zijne Majesteit de Koning, Protocolchef bij het Huis van Zijne Majesteit de Koning, Intendant van de Civiele Lijst van Zijne Majesteit de Koning, Directeur Media en Communicatie van het Koninklijk Paleis, Secretaris van de koningin (volgens de protocollaire rangorde van het Paleis).
(8) Maar niet vóór merkelijk oudere hooggeplaatsten, noch vóór ambtenaren, noch vóór militairen in actieve dienst behorend tot dezelfde dienst als hen, hoger of ouder in graad.
(9) Volgens de rangorde van de Voorzitters Kamer en Senaat:
- a. parlementsleden - leden van de bureaus
- b. parlementsleden - Oud-voorzitters van de Wetgevende Kamers
- c. parlementsleden - Oud-ministers
- d. parlementsleden.
(10) Volgens de rangorde van hun respectieve Voorzitter met de volgende volgorde:
- a. parlementsleden - leden van de bureaus
- b. parlementsleden - Oud-voorzitters van een vergadering
- c. parlementsleden - Oud-ministers
- d. parlementsleden.
(11) Als de zetel in Brussel is.
II. Lijst van Voorrang - Lijst van Préséance voor evenementen van de Vlaamse overheid.
Voor activiteiten die een gemengd (federaal - Vlaams) karakter hebben, moet in de regel de federale voorrangslijst gevolgd (in overleg tussen Vlaamse en mede-organisatoren van de federale overheid).
1. De Koning en de leden van de koninklijke familie
2. De kardinaal
3. De vertegenwoordiger van de Heilige Stoel, die tevens deken is van het diplomatiek korps
4. De voorzitter van het Europees Parlement
5. De voorzitter van het Vlaams Parlement
6. De voorzitters van de Senaat en de Kamer van Volksvertegenwoordigers –afwisselend, 2de dinsdag van oktober (paar) kamer, (onpaar) Senaat)
7. De voorzitters van de andere gewest- en gemeenschapsparlementen (volgens leeftijd)
8. Voorzitter van de Europese Raad en leden van de Europese Raad (Staats- en Regeringshoofden)
9. De minister-president van de Vlaamse Regering
10. De eerste minister
11. De ministers-presidenten van de andere gewest- en gemeenschapsregeringen (volgens leeftijd)
12. De viceministers-presidenten van de Vlaamse Regering
13. De vice-eersteministers en de ministers van de Vlaamse Regering
14. De voorzitter en de leden van de Raad van de Europese Unie
15. De minister van Buitenlandse Zaken (indien buitenlandse diplomaten aanwezig zijn)
16. De voorzitter van de Europese Commissie en de secretaris-generaal van de NAVO, volgens anciënniteit in het ambt
17. De buitenlandse ministers
18. De federale ministers
19. De buitenlandse ambassadeurs, geaccrediteerd in België
20. De voorzitter van het Internationaal Gerechtshof van Den Haag
21. De voorzitter van het Hof van Justitie van de Europese Unie
22. Voorzitters, van het Grondwettelijk Hof – afwisselend 01 september (paar): N (onpaar): F
23. Eerste voorzitter en de procureur-generaal van het Hof van Cassatie
24. Eerste voorzitter van het Rekenhof en eerste voorzitter en auditeur-generaal
van de Raad van State (volgens anciënniteit) 25. De vice-voorzitters en de leden van de Europese Commissie en de hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie
26. De viceministers-presidenten en ministers-leden van de andere gewest- en gemeenschapsregeringen (in de volgorde van hun ministers-presidenten – zie
nr. 11)
27. De federale staatssecretarissen
28. De federale regeringscommissarissen
29. De staatssecretarissen van de regering van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest
30. De Belgische ministers van Staat
31. De rechters bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag
32. De rechters, de advocaten-generaal en de hoofdgriffier bij het Hof van Justitie van de Europese Unie.
33. De permanente vertegenwoordigers bij de Europese Unie en bij de NAVO (afwisselend op 1 september van elk jaar)
34. De zendingshoofden bij de Europese Unie en bij de NAVO
35. De voorzitter van de Hoge Raad voor de Justitie
36. Leden van het Directiecomité van het Hof (Kabinetschef van de Koning, Intendant van de Civiele Lijst van de Koning, Hoofd van het Militaire Huis van de Koning, Protocolchef van het Hof, Hoofd van het Deprtement Buitenlandse Betrekkingen, Hoofd van het Departement Rekwesten, Hoofd van het Departement Economische, Sociale en Culturele Zaken, volgens rangschikking bepaald door het Paleis.)
37. De voorzitter van de Europese Investeringsbank
38. De voorzitter van het Europees Economisch en Sociaal Comité
39. De chef van defensie
40. De eerste voorzitters van de hoven van beroep en de arbeidshoven
41. De procureurs-generaal bij de hoven van beroep
42. De procureur van het federaal parket
43. De commissaris-generaal van de federale politie
44. Buitenlandse ambassadeurs geaccrediteerd in het buitenland
45. Belgische ambassadeurs op post
46. De provinciegouverneurs (volgens anciënniteit) ook buiten zijn provincie, met voorrang voor de titularis
47. De vicegouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, de adjunct-gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant
48. De voorzitters van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de Franse Gemeenschapscommissie
49. De voorzitters van de provincieraden
50. De militaire bevelhebbers van de provincies (in hun provincie voor niet-militaire ceremonies)
51. De buitenlandse zaakgelastigden
52. De rectoren, de voorzitters van de raden van bestuur van de universiteiten en de voorzitters van de associaties
53. De algemeen directeurs en de voorzitters van de hogescholen
54. De vicechef van defensie
55. De voorzitters en de vaste secretarissen van de Vlaamse en federale koninklijke academiën
56. De voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg in zijn rechtsgebied
57. De voorzitter van de arbeidsrechtbank in zijn rechtsgebied
58. De voorzitter van de rechtbank van koophandel in zijn rechtsgebied
59. De procureur des Konings in zijn rechtsgebied
60. De arbeidsauditeur in zijn rechtsgebied
61. De arrondissementscommissarissen
62. De burgemeester in zijn stad/gemeente
63. De aartsbisschop van Mechelen-Brussel (indien geen kardinaal), de bisschoppen, de opperrabijn, de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, de voorzitter van de Synode van de Verenigde Protestantse Kerk in België, de voorzitter van het Centraal Comité van de Anglicaanse Eredienst in België, de metropoliet-aartsbisschop van het Oecumenisch Patriarchaat van Constantinopel, de voorzitters van de Unie Vrijzinnige Verenigingen, de voorzitter van de Executieve van de Moslims van België
64. De leden van het bureau van het Vlaams Parlement, de leden van de bureaus en de quaestoren van de Senaat en de Kamer van Volksvertegenwoordigers
65. De gewezen voorzitters van het Vlaams Parlement, de Senaat en de Kamer van Volksvertegenwoordigers
66. De gewezen ministers-presidenten en de gewezen ministers van de Vlaamse Regering, de gewezen federale ministers en de ministers van de andere gemeenschappen en -gewesten die lid zijn van de Senaat of de Kamer van Volksvertegenwoordigers
67. De leden van het Vlaams Parlement, de Senaat of de Kamer van Volksvertegenwoordigers
68. De leden van de andere gemeenschaps- en gewestraden
69. De leden van het Europees Parlement
70. Leden van het Grondwettelijk Hof, voorzitter, eerste advocaat-generaal, raadsheren, advocaten-generaal en hoofdgriffier van het Hof van Cassatie,
71. Voorzitter en leden van het Rekenhof en voorzitter, leden en hoofdgriffier van de Raad van State
72. De leden van de Hoge Raad voor de Justitie en leden van de Hoge Raad voor Defensie
73. De voorzitters, raadsheren, advocaten-generaal, en hoofdgriffiers van de hoven van beroep en leden van het federaal parket
74. De voorzitters, leden, en hoofdgriffiers van de arbeidshoven
75. De secretarissen-generaal van de Europese instellingen
76. De secretaris-generaal, tevens griffier, van het Vlaams Parlement
77. De secretaris van de Vlaamse Regering
78. De voorzitter van het directiecomité en de Kanselarij van de Eerste Minister
79. De voorzitter van het College van Ambtenaren-Generaal
80. De leidend ambtenaren (secretarissen-generaal, gedelegeerd bestuurders, administrateurs-generaal, de projectleiders op N-niveau) van de Vlaamse administratie en de leidend ambtenaren van de secretariaten van de strategische adviesraden
81. De Vlaamse ombudsman
82. De griffiers van de Senaat en de Kamer van Volksvertegenwoordigers en de griffiers van de andere gemeenschaps- en gewestparlementen
83. De voorzitters van de directiecomités van de federale overheidsdiensten en de secretarissen-generaal van de ministeries van de andere gemeenschappen en
gewesten
84. De federale ombudsmannen
85. De luitenant-generaals en viceadmiraals in actieve dienst
86. De directeurs-generaal van de internationale instellingen
87. De secretaris-generaal van de Benelux Economische Unie
88. De voorzitters van de raden van bestuur van de agentschappen van de Vlaamse administratie
89. De voorzitters van de strategische adviesraden
90. De gedelegeerd bestuurder van Selor, het selectiebureau van de overheid
91. De koninklijke commissarissen
92. De leden van de bestendige deputaties, provincieraadsleden en provinciegriffiers in hun provincie
93. De gouverneur van de Nationale Bank en de voorzitter van de Bankcommissie
94. De gewezen parlementsleden
95. De gewezen federale ministers en de gewezen ministers van de andere gemeenschappen en gewesten die geen lid zijn (of geweest zijn) van de Senaat of de Kamer van Volksvertegenwoordigers
96. De kabinetschefs van de Vlaamse ministers, van de federale ministers en van de ministers van de andere gemeenschappen en gewesten97. De directeurs-generaal van de federale overheidsdiensten, van de federale politie en van de administraties van de andere gemeenschappen en gewesten,
98. Voorzitter van de Vaste Commissie van de lokale politie
99. De directeurs bij de Europese instellingen
100. De generaal-majoor en de divisieadmiraals in werkelijke dienst
101. De adjunct-permanentvertegenwoordigers en de adjunct-secretaris-generaal bij de NAVO
102. De buitenlandse beroepsconsuls-generaal
103. De adjunct-kabinetschefs, de hoofdwaterschout en de Belgische consuls-generaal op post
104. De chefs van de lokale politie en de adjunct-directeurs-generaal van de federale politie
105. De brigadegeneraals en commodores
106. De hoogleraren en buitengewone hoogleraren
107. De algemeen directeurs, de afdelingshoofden, de bestuursdirecteurs, de inspecteurs-generaal en directeurs van de Vlaamse administratie, de federale overheidsdiensten en administraties van de andere gemeenschappen en gewesten
108. De leden en ereleden van de Vlaamse en federale academies
109. De vertegenwoordigers van de Vlaamse Regering in het buitenland
110. De buitenlandse beroepsconsuls
111. De hoofdcommissarissen van de federale politie
112. De ereconsuls-generaal
113. De commissarissen van de Vlaamse Regering bij de agentschappen van de Vlaamse administratie, de Vlaamse kinderrechtencommissaris, de commissarissen van de Vlaamse Regering bij de universiteiten en bij de hogescholen
114. De stafhouder van de Orde der Advocaten in functie
115. De burgemeester buiten zijn stad/gemeente, de schepenen, de gemeenteraadsleden en de OCMW-voorzitters
116. De vrederechters en de politierechters
Overheidsinfo voor alle circulaire nota's inzake protocol: klik hier: