Preview
Overeenkomstig art. 1146 BW is schadevergoeding op grond van een contractuele wanprestatie dan eerst verschuldigd wanneer de schuldenaar in gebreke is zijn verbintenis na te komen.
Het loutere feit dat een schuldenaar zijn verbintenissen niet nakomt, volstaat niet opdat men mag stellen dat een schuldeiser op zijn recht zal staan. Een partij is slechts in gebreke wanneer zij nalaat de overeenkomst uit te voeren nadat zij daartoe door de wederpartij in gebreke is gesteld. Dit betekent dat, wanneer in een contractuele rechtsverhouding een schuldeiser de sancties wil toegepast zien, die aan de niet-uitvoering van de verbintenis verbonden zijn, hij de wederpartij eerst in gebreke moet stellen. Alleen daarmee geeft hij te kennen dat hij de uitvoering van de verbintenissen door de wederpartij eist.
Aan de schuldenaar moet nog een laatste respijttermijn gegund worden, waarna hij, indien hij niet ingaat op de ingebrekestelling, in gebreke is.
Ingebrekestelling is trouwens steeds vereist, ongeacht de bron of het voorwerp van de verbintenis. Het betreft een algemeen rechtsbeginsel (Cass. 9 april 1976, Arr.Cass. 1976, 921).
Het Hof van cassatie oordeelde op 26 december 2014, ...