Samenvatting
Het indemnitair beginsel, of vergoedingsbeginsel is het beginsel van openbare orde, stellende dat de uitkering voor het verzekerde risico (bij schadeverzekering) enkel de geleden schade kan vergoeden en geen aanleiding mag geven tot verrijking.
De maximumgrens voor de prestatie van de verzekeraar hehelst aldus de werkelijk geleden schade van de verzekerde.
A contrario geldt dan weer dat de prestatie van de verzekeraar lager is dan de werkelijk geleden schade door de verzekerde (Cass. 28 september 1983, Arr.Cass. 1983-84, 77; Brussel 10 februari 2003, TBH 2003, 685, noot; J.-L. FAGNART, Droit privé des assurances terrestres. Principes généraux, Traité pratique de droit commercial, III, Waterloo, Kluwer, 2011, 362; D. WUYTS, Verzekeringsfraude, Antwerpen, Intersentia, 2014, 416. 30. J.-L. FAGNART, Droit privé des assurances terrestres. Principes généraux, Traité pratique de droit commercial, III, Waterloo, Kluwer, 2011, 397-402; M. FONTAINE, Verzekeringsrecht, Brussel, Larcier, 2017, 499; L. SCHUERMANS en C. VAN SCHOUBROECK, Grondslagen van het Belgische Verzekeringsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2015, 467 e.v).
Het verzekerbaar belang wordt gedefinieerd als het belang van de verzekerde dat het verzekerde risico zich niet voordoet.(J. BIRDS, “Insurability: does insurance contract law need a concept of insurable interest?” in C. VAN SCHOUBROECK, W. DEVROE, K. GEENS en J. STUYCK (eds.), Over grenzen. Liber amicorum Herman Cousy, Antwer - pen, Intersentia, 2011, (57) 58; P. LALOUX, Traité des assurances terrestres en droit belge, Brussel, Bruylant, 1944, 285; L. SCHUERMANS en C. VAN SCHOUBROECK, Grondslagen van het Belgische Verzekeringsrecht, Antwer - pen, Intersentia, 2015, 308-309).
De verzekering is aldus geen spel- of kansovereenkomst.
De prestatie die de verzekeraar verschuldigd is, mag de door de verzekerde geleden schade niet te boven gaan. Deze schade kan ondermeer bestaan in verlies van gebruik van het verzekerde goed en in derving van verwachte winst (D. WUYTS, Verzekeringsfraude, Antwerpen, Intersentia, 2014, 417 en de verwijzingen aldaar.
Schade kan bestaan uit winstderving.
Uitzonderingen
De verzekeringswet van 2014 heeft het indemnitair beginsel als zodanig nergens gedefinieerd.
1. Art. 94 en 104 Verzekeringswet 2014 stelt dat het idemnitair karakter niet van toepassing is op verzekeringen tot uitkering van een vast bedrag..Een dergelijke vergoeding van de verzekeraar kan derhalve met een andere schadevergoeding worden gecumuleerd.55 De prestatie van de verzekeraar op basis van een verzekering tot vergoeding van schade kan dus worden gecombineerd met de prestatie van de verzekeraar die voortvloeit uit een verzekering tot uitkering van een vast bedrag (Art. 94 Verzekeringswet 2014; A. DE GRAEVE en M. DE GRAE - VE, “Samenloop van verzekeringen, samenloop van omstandigheden?”, Verzekeringsnieuws 2004, afl. 14, (1) 2-3; C. VAN SCHOUBROECK, T. MEURS, J. AMANKWAH en N. GLIBERT, “Overzicht van recht - spraak. Wet op de landverzekeringsovereenkomst 2004-2015”, TPR 2016, afl. 2-3, (673) 926.en H. CLAASSENS, “Assurances indemnitaires, assurances de dommages et assurances de choses: dispositions générales” in M. FONTAINE en J.-M. BINON (eds.), La loi du 25 juin 1992 sur le contrat d’assurance terrestre, Lou - vain-la-Neuve, Academia, 1993, (113) 119).
Zo wordt overigens een onderscheid gemaakt in de persoonsverzekering tussen persoonsverzekeringen tot vergoeding van schade en persoonsverzekeringen tot vergoeding van een vast bedrag. Op grond van art. 160 Verzekeringswet 2014, heeft elke levensverzekering steeds een forfaitair karakter.
2. Partijen kunnen bij zaakverzekeringen afwijken van het indemnitair karakter, waarbij de verzekerde premie bij het afsluiten van de polis wordt bepaald aan de hand van de schatting van de waarde van het verzekerde goed.
3. Ook de conventionele bepaling van de bepaling van de waarde (bijvoorbeeld de nieuwbouwwaarde, of de vervangwaarde, zonder aftrek van waardevermindering wegens ouderdom of slijtage maakt een geldige uitzondering uit op het indemnitair beginsel van de verzekering (art. 107 Verzekeringswet).
4. De verzekerde mag in toepassing van artikel 108 van de verzekeringswet de verzekerde waarde zelf eenzijdig bepalen. Hierbij dient wel opgemerkt dat de oververzekering gesanctioneerd wordt (Art. 96 Verzekeringswet) en de onderverzekering eveneens rechtsgevolgen heeft (Art. 97 Verzekeringswet)