uittreksel uit gerechtelijk wetboek in huidige versie na besproken arrest Grondwettelijk Hof Art. 1017.<W 24-6-1970, art. 15> Tenzij bijzondere wetten anders bepalen, verwijst ieder eindvonnis, zelfs ambtshalve, de in het ongelijk gestelde partij in de kosten, onverminderd de overeenkomst tussen partijen, die het eventueel bekrachtigt. [
1 Niettemin worden nutteloze kosten, met inbegrip van de rechtsplegingsvergoeding bedoeld in artikel 1022, zelfs ambtshalve ten laste gelegd van de partij die ze foutief heeft veroorzaakt.]
1 [
2 Behalve wanneer het geding roekeloos of tergend is, wordt de overheid of de instelling belast met het toepassen van de wetten en verordeningen :
1° bedoeld in de artikelen 579, 6°, [
3 579, 7°,]
3 580, 581 en 582, 1° en 2°, ter zake van vorderingen ingesteld door of tegen de sociaal verzekerden persoonlijk, steeds in de kosten verwezen;
2° betreffende de sociale zekerheid van het statutair personeel van de openbare sector die gelijkwaardig zijn met de in de bepaling onder 1° bedoelde wetten en verordeningen betreffende de sociale zekerheid van werknemers, ter zake van vorderingen ingesteld door of tegen de sociaal verzekerden persoonlijk, steeds in de kosten verwezen.]
2 Met sociaal verzekerden worden bedoeld : de sociaal verzekerden in de zin van artikel 2, 7°, van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het "Handvest" van de sociaal verzekerde.)
Inwerkingtreding : 01-01-2007>
De kosten kunnen worden omgeslagen zoals de rechter het raadzaam oordeelt, hetzij wanneer de partijen onderscheidenlijk omtrent enig geschilpunt in het ongelijk zijn gesteld, hetzij over echtgenoten, [
2 wettelijk of feitelijk samenwonenden,]
2 bloedverwanten in de opgaande lijn, broeders en zusters of aanverwanten in dezelfde graad.
(Vierde lid opgeheven)
Inwerkingtreding : 30-09-2005>
In een onderzoeksvonnis wordt de beslissing inzake kosten steeds aangehouden.
----------
(
1)<w
2016-12-25/14, art. 81, 148; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
(2)<w 2018-03-18/14, art. 23, 164; Inwerkingtreding : 12-05-2018>
(3) 2020-06-04/12, art. 26, 179; Inwerkingtreding : 11-03-2020>