Vermoeden van aanvaarding van de factuur bij gebrek aan protest
Bij ontstentenis van het bewijs dat de facturen binnen een korte termijn werden geprotesteerd, worden deze geacht te zijn aanvaard en leveren deze onder handelaren het bewijs van de onderliggende overeenkomst.
(Gent 19 januari 1994, Intern. Vervoerr. 1994, 346).
Een door een ondernemer niet geprotesteerde factuur wordt geacht de getrouwe weergave te zijn van de tussen partijen gesloten overeenkomst.(Kh. Kortrijk 17 mei 1991, R.W. 1991-92, 92).
Teneinde een vlot en efficiënt handelsverkeer mogelijk te maken, wordt van een onderneming verwacht dat zij een factuur waar zij niet mee akkoord is, binnen een redelijke termijn protesteert. Indien zij dat niet doet, wordt haar stilzwijgen als een aanvaarding van die factuur beschouwd. De facturen leveren dan overeenkomstig art. 8:11 BW tegen de bestemmeling bewijs op van de aangevoerde rechtshandeling.
De duur van de redelijke termijn waarbinnen een factuur moet worden geprotesteerd hangt af van de feitelijke omstandigheden van de zaak.
De regel van artikel 8:11 §4 (nieuw) BW (art 1348bis §4 oud burgerlijk wetboek) stelt:
"Behoudens tegenbewijs, levert een door een onderneming aanvaarde of niet binnen een redelijke termijn betwiste factuur tegen deze onderneming bewijs op van de aangevoerde rechtshandeling.
Het gebrek aan betwisting van een factuur door een persoon die geen onderneming is, kan niet worden beschouwd als een aanvaarding van die factuur, behalve wanneer deze afwezigheid van betwisting een omstandig stilzwijgen uitmaakt. De uitdrukkelijke of stilzwijgende aanvaarding van een factuur door een persoon die geen onderneming is, maakt een feitelijk vermoeden uit. Iedere overeenkomst die afwijkt van de regels in dit lid en afgesloten is voor het ontstaan van het geschil, is nietig."
art. 25, lid 2 .Kh. stelde dat koop en verkoop kunnen bewezen worden door middel van een aanvaarde factuur, onverminderd de andere bewijsmiddelen die door de wetten op de koophandel zijn toegelaten. Maar ook in de oude rechtspraak werd aangenomen dat deze regel niet alleen betrekking heeft op de handelskoop, maar ook voor andere handelsverrichtingen, zoals de aanneming.
De rechter kan uit de aanvaarding van de factuur een feitelijk vermoeden putten en er het bewijs in kan vinden dat de schuldenaar zijn akkoord heeft gegeven met de in de factuur vermelde verbintenis.
In de wet wordt niet gedefinieerd wat precies onder factuur moet worden verstaan. Traditioneel wordt aangenomen dat de factuur de door een handelaar geschreven bevestiging is van een schuldvordering in geld, die voortspruit uit een overeenkomst tot levering van goederen of diensten en die aan de klant, overeenkomstig de wet of de gewoonte, wordt overgemaakt om deze uit te nodigen de aangeduide som te betalen.
Inhoudelijk protest
Een factuur protest dient duidelijk en gedetailleerd te zijn. Bij gebreke waaraan er geen geldig protest voorhanden is.
Een louter schrijven, al dan niet van een advocaat met als enige inhoud dat de factuur ten stelligste wordt betwist voldoet niet aan deze vereiste.