De loonoverdracht is een vaak onderkend instrument tot waarborg van een vordering. Als waarborgdocument betreft het een aanvullend document op een onderliggende overeenkomst, op grond waarvan de schuldeiser in geval van wanprestatie recuperatie kan bekomen door zich rechtstreeks te wenden tot de werkgever (of uitbetalingsorganisme) van de werknemer. Deze werkgever (ook wel gecedeerde schuldenaar geheten) is dan gehouden tot inhouding ten belope van de voor beslag vatbare gedeeltes (zie art. 1409 Ger. Wetb).
Wettelijke vereisten voor de uitvoering van een loonoverdracht :
- een loonoverdracht conform de wettelijke voorwaarden onderscheiden van de hoofdovereenkomst (zie art. 27 loonbeschermingswet van 12/04/1965);
- het in gebreke blijven van de schuldenaar ten aanzien van de onderliggende overeenkomst;
- de kennisgeving van het voornemen tot loonoverdracht door de schuldeiser aan de schuldenaar middels aangetekend schrijven;
- binnen de 24 uur na deze kennisgeving dient de schuldeiser (meestal via een gerechtsdeurwaarder) in te staan voor de melding in de beslagberichten (conform art. 1390 ter gerechtelijk wetboek);
- de toezending door de schuldeiser aan de gecedeerde schuldenaar (werkgever/uitbetalingsorganisme) van een afschrift (lees kopie) van de voormelde brief inhoudende het voornemen tot loonoverdracht;
- na de termijn van verzet (10 dagen): de toezending door de schuldeiser aan de gecedeerde schuldenaar (werkgever/uitbetalingsorganisme) van een eensluidend verklaard afschrift van de akte van loonoverdracht
Verzet tegen loonoverdracht
Aldus geschiedt een regeling zonder enige gerechtelijke tussenkomst en zonder enige rechterlijke toetsing. Hiertegenover staat dat de schuldenaar verzet kan aantekenen tegen de loonoverdracht middels een aangetekend schrijven aan zijn werkgever en/of uitbetalings-organisme van zodra hij een voornemen tot loonoverdracht ontvangt. Hierna mag de gecedeerde schuldenaar (werkgever/uitbetalingsorganisme) geen bedragen meer inhouden of blokkeren zolang er geen vonnis is tussengekomen tot validatie van de overdracht.
In geval van verzet dient de gecedeerde schuldenaar (werkgever / uitbetalingsorganisme) dit verzet onmiddellijk te kennis te brengen aan de schuldeiser die dan een vereenvoudigde procedure kan instellen voor de vrederechter teneinde te pogen een bekrachtiging van de loonoverdracht te bekomen. Deze procedure wordt ingeleid middels een aangetekende brief verzonden door een gerechtsdeurwaarder en wordt gevoerd in laatste aanleg (artikel 31 de loonbeschermingswet).
Belang van het verzet In de meeste gevallen wordt er door schuldenaars geen verzet aangetekend. Ten onrechte. Zonder verzet zal de schuldeiser immers zonder enige rechterlijke controle gewoon bekomen wat hij vraagt. De vrederechter die gevat wordt door een procedure tot bekrachtiging van een loonoverdracht dient ook (in laatste aanleg) de onderliggende verbintenis te onderzoeken (behoudens in de zeldzame gevallen waarbij er reeds een vonnis ten gronde is).
Zeer vaak zullen aldus overdreven schadebedingen en interesten kunnen gematigd worden, kunnen bepaalde 'vergeten' terugbetalingen in mindering gebracht, kunnen overeenkomsten herleid tot de naakte kapitalen onder aftrek van de reeds gedane betalingen of kan in een aantal gevallen vastgesteld worden dat de onderliggende overeenkomstig onregelmatig is, hetgeen kan resulteren in de volledige afwijzing van de vordering.
Maar de Vrederechter dient ook toe te zien in hoeverre de loonoverdracht voldoet aan de wettelijke voorwaarden en of de wettelijke formaliteiten tot uitvoering ervan correct werden nageleefd.
Niet vermelding van het bedrag in de loonoverdracht
Heel wat loonoverdrachten die door kredietinstellingen worden opgesteld ter waarborging van een kredietovereenkomst verwijzen enkel naar de onderliggende overeenkomst, zonder de termen ervan over te nemen en zonder vermelding van het bedrag ten belope waarvan de overeenkomst wordt opgesteld.
De verwijzing geschiedt meestal enkel door de verwijzing naar het kredietnummer of de referentie van het kredietcontract. Dit volstaat echter niet.
Op grond van art. 27 van de wet van loonbescherming en de bedoeling van de wetgever dient elke loonoverdracht te vermelden:
- de hoofdverbintenis die door de loonoverdracht wordt gewaarborgd;
- het bedrag ten belope waarvan de loonoverdracht werd opgesteld.
Bij gebreke hieraan dient de vordering strekkende tot bekrachtiging van de loonoverdracht derhalve ongegrond verklaard.