Preview
De macht van de pater familias werd slechts beperkt door de censoren, meestal waren dit gewezen consuls.
De censoren hadden als taak het opmaken en bijhouden van de lijsten der burgers, en hun 'keuring' voor de militaire dienst, met bijbehorende schatting (census) van hun vermogen en hun indeling in vermogensklassen met evenredige politieke rechten op grond van deze schatting.
Uit de schatting ontwikkelde zich ook het toezicht op de zeden (regimen morum): zij konden burgers die zich misdroegen een berisping (nota censoria) toedienen en zelfs het stemrecht ontnemen, en equites uit de ridderstand stoten. Ook de samenstelling van de Senaat (Lectio senatus) werd mettertijd hun bevoegdheid (in de praktijk benoemden zij enkel om de vijf jaar opvolgers voor de vacante zetels!).
Verder hadden zij de aanbesteding van en het toezicht op openbare werken en gebouwen, waterleidingen en wegen, en ook de verpachting en verkoop van staatseigendom, en de verpachting van tol en andere indirecte belastingen waren hun opgedragen.
De censor had bovendien de bevoegdheid om patres familias die het te bont maakten, uit hun stand te zetten
De censor had ...