Bijzondere herhaling van de overtreding op het rijden onder invloed: behoefte aan een aangepast strafbeleid Mirian Scheers, BIVV, Tijdschrift van de politierechters, maart 2010, 5.
Alcohol
De wet van 12 juli 2009 heeft een nieuw artikel 37/1 (2) ingevoegd dat bepaalt dat de rechter, indien hij geen definitief rijverbod uitspreekt, de geldigheid van het rijbewijs van de overtreder kan beperken tot voertuigen die uitgerust zijn met een alcoholslot, en dit voor een periode van minstens één jaar tot maximaal 5 jaar of zelfs definitief.
De rechter wordt de mogelijkheid gegeven om een alcoholslot op te leggen in drie gevallen:
1. overtreding van art. 34, § 2 Verkeerswet:
* intoxicatie van minstens 0,8 promille
* het besturen van een voertuig terwijl het rijbewijs tijdelijk werd ingetrokken ingevolge een alcoholcontrole
* weigering ademtest of bloedproef
* niet-afgifte van het rijbewijs of het besturen van een ingehouden voertuig terwijl het rijbewijs tijdelijk werd ingetrokken ingevolge een alcoholcontrole
2. overtreding van art. 35 Verkeerswet: dronkenschap of drugs
3. overtreding van art. 36 Verkeerswet: herhaling van overtreding van art. 34 of 35.
Formele bedoeling van de wetgever is de rechter een instrument te geven om recidiverende bestuurders preventief uit het verkeer te sluiten.
Daarnaast voorziet de wet een heel aantal ruime bestraffingsmogelijkheden voor de rechter in geval van recidive bij het rijden onder invloed: (veel) hogere geldboetes, gevangenisstraffen, (levenslang of extreem lang) rijverbod, verplichte onderzoeken en/of examens, verkeerstherapie, en dergelijke meer.
Drugs en andere stoffen
Het nieuw artikel 37bis, §2, van de wet betreffende de politie over het wegverkeer voorziet met betrekking tot verscheidene inbreuken inzake het rijden onder invloed voor andere verboden stoffen dan alcohol, in een geval van recidive vergelijkbaar met de bijzondere herhaling die reeds bestaat inzake het alcoholgehalte, Artikel 36, eerste lid, van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, met name voor het geval waarin een van die inbreuken opnieuw wordt gepleegd binnen drie jaar na een veroordeling uitgesproken wegens een van die inbreuken.
In tegenstelling tot de bestraffing van het alcoholgehalte wordt bij het rijden onder invloed van stoffen bedoeld in de wet evenwel niet in een tweede bijzondere herhaling voorzien (nieuwe recidive binnen drie jaar te rekenen van de laatste veroordeling zie Artikel 36, tweede lid, van de wet betreffende de politie over het wegverkeer).