De restschulden zijn de schulden die overblijven nadat de curator met de opbrengst van het gerealiseerde actief het passief ponds ponds heeft voldaan weze het na eerst rekening gehouden te hebben met de voorrechten en hypotheken. Welnu deze restschulden kunnen niet meer op het vermogen en inkomsten van de gefailleerde, verworven na datum van het faillissement, verhaald voor zover de oorzaak van deze inkomsten of vermogensaanwas ontstaan is na het faillissement.
Het nieuwe vermogen wordt niet alleen beschermd tegen de schuldeisers van de restschulden, maar ook tegen de schulden ingevolge het faillissement.
Schuldeisers moeten dus genoegen nemen met de activa en de opbrengsten van de activa die op het moment van het faillissement nog aanwezig zijn en kunnen geen aanspraak maken op inkomsten of vermogen dat nadien verworven wordt door de gefailleerde, tenzij dit een oorzaak heeft voorafgaand aan het faillissement.
Een voorbeeld verduidelijkt dit beter:
Indien de gefailleerde na faillissement nog een betaling ontvangt voor goederen of geleverde diensten voorafgaand aan het faillissement komen die de curator toe. Op het loon dat hij ontvangt voor prestaties uitgevoerd voor een werkgever na faillissement, of op inkomsten uit zelfstandige activiteit uitgevoerd na faillissement kan noch de curator noch zijn vroegere schuldeisers, aanspraak maken (beslag leggen).
Dit alles met uitzondering van blijvende mogelijkheid tot uitvoering voor onderhoudsschulden, schulden ter vergoeding van lichamelijke letsel en geldboeten.
Deze nieuwe regeling moet niet verbazen, in die zin dat een vennootschap die failliet gaat niet meer bestaat en dat wie niet meer bestaat ook niet meer hoeft/kan betalen. Welnu in boek XX WER wordt de commerciële entiteit van de natuurlijke persoon bij faillissement afgescheiden.
Na faillissement blijft de natuurlijke persoon als natuurlijke persoon (als mens) bestaan, net zoals de natuurlijke personen blijven bestaan die samen de gefailleerde ter ziele gegane vennootschap uitmaken.
Maar net zoals de commerciële onderneming verdwijnt bij de rechtspersonen met faillissement gaat de commerciële entiteit van de natuurlijke persoon ingevolge faillissement verdwijnen, onverminderd de mogelijkheid voor de gefailleerde om na faillissement een nieuwe (commerciële) onderneming te starten.
Niet alleen voor de vroegere handelaars
Het voordeel van de kwijtschelding kan bekomen worden door alle ondernemers-natuurlijke personen. Het woord ondernemers dient zeer ruim geïnterpreteerd en slaat bijna op alle natuurlijke personen die zonder loondienst een activiteit uitoefent met als doel zich een inkomen te verschaffen via een bepaalde combinatie van arbeid, kapitaal en kennis om zo de continuïteit van de onderneming te garanderen. Dus ook de pedicure, de nagelstudio, de zelfstandige krantenverdeler, de koerier, de thuisverpleger, de zelfstandige kinderopvanger, de zelfstandige klusser, zowel in hoofdberoep als in bijberoep en dit niet alleen voor zijn professionele schulden maar ook voor zijn private schulden. Zelfs voor de zeer oude schulden, die meegesleept worden uit een ver verleden.
De kwijtschelding geldt immers niet alleen voor commerciële schulden, lees schulden verbonden aan de onderneming, maar ook voor persoonlijke schulden.
Uitsmijter:
De curator kan zelfs geen aanspraak maken op een lottowinst, presto-winst, casino-winst, euromillions, bekomen na faillissement, zelfs op niet op erfenissen, schenkingen of legaten ingevolge testament.