De Antigoonleer werd bevestigd in een mijlpaalarrest van het Hof van Cassatie van (14/10/2003, R.A.B.G. 2004, 337, met conclusie van advocaat- generaal M. De Swaef. Zie daarover: F. Schuermans, «De nieuwe cassatierechtspraak inzake de sanctionering van onrechtmatig verkregen bewijs: doorbraak of bres?», R.A.B.G. 2004, 337-357; D. De Wolf, «Nieuwe wending in de rechtspraak betreffende de sanctie bij onrechtmatig verkregen bewijs», R.W. 2003-04, 1235-1239; S. Berneman, «Sanctionering van onrechtmatig verkregen bewijsmateriaal: een inleiding tot het Antigoon-arrest van 14 oktober 2003», T. Strafr. 2004, 2-39; P. Traest, «Onrechtmatig doch bruikbaar bewijs: het Hof van Cassatie zet de bakens uit», T. Strafr. 2004, 133-143; B. De Smet, «Stromingen in het stelsel van nietigheden.
Nieuwe criteria voor de uitsluiting van onrechtmatig verkregen bewijsmateriaal», T. Strafr. 2005, 248-261; H. Bosly en D. Vandermeersch, Droit de la procédure pénale, Brugge, die Keure, 2005, 1291-1295; R. Verstraeten, Handboek strafvordering, Antwerpen, Maklu, 2005, 866-872; F. Deruyck, «Wat krom is, wordt recht. Over de bruikbaarheid van onrechtmatig verkregen bewijs», in Strafrecht en strafprocesrecht 2005-06, Mechelen, Kluwer, 2006, 201-232; C. Van Den Wyngaert, o.c., 1117-1126; R. Declercq, o.c., 841-843)
Onderzoeksgerechten kunnen enkel tot nietigheid en uitsluiting van het onrechtmatig bewijs besluiten:
- hetzij wanneer de naleving van bepaalde vormvoorwaarden voorgeschreven wordt op straffe van nietigheid (vb. niet naleving van de strikte voorwaarden inzake telefoontap, de anonieme getuigenverklaringen); Hierbij dient opgemerkt dat deze meeste vormvoorschriften in strafzaken niet gesanctioneerd worden of niet voorzien zijn op straffe van nietigheid
- hetzij wanneer de begane onrechtmatigheid de betrouwbaarheid van het bewijs heeft aangetast;
- hetzij wanneer het gebruik van het bewijs in strijd is met het recht op een eerlijk proces;
Antigone (Grieks: แผντιγฯνη) is een klassieke tragedie van de dichter/tragicus Sophocles over Antigone uit de Griekse mythologie. Het motto van het stuk: om gelukkig te worden moet je verstandig handelen (maar wat is verstandig handelen...) en de goden niet tarten (maar wat is de goden tarten...). Het centrale thema van het stuk: Het individuele geweten versus de staatswetten; de morele of goddelijke wetten versus de menselijke wetten.
Deze abstracte gedachte veruitwendigd in een Griekse figuur is de basis van de antigoonleer in het recht.
Voor een update over de materie klik hier