Erfgenamen hebben ingevolge art. 789 oud B.W.- Art. 4.36, lid 2 (nieuw) BW het recht en de mogelijkheid om gedurende een periode van dertig jaar de nalatenschap te verwerpen. De vaststelling dat erfgerechtigden pas tot verwerping zijn overgegaan na in rechte te zijn gedagvaard, is dan ook van geen belang, in die zin dat dit de verwerping niet ongeldig maakt.
Ook na de termijn van inventaris en beraad hebben de erfgenamen nog een optierecht op voorwaarde dat zij nog geen daad van aanvaarding als erfgenaam hebben gesteld en er tegen hen geen vonnis in kracht van gewijsde bestaat dat hen in de hoedanigheid van zuiver erfgenaam veroordeelt.
Ouders kunnen verwerpen voor zichzelf en voor hun kinderen. Zij kunnen ook louter verwerpen voor zichzelf.
Door de verwerping is men niet gehouden tot de schulden van de nalatenschap maar deelt men niet in het actief. Verwerping is slechts mogelijk mits men vooraf geen daden van impliciete aanvaarding heeft gesteld. Zij gebeurt voor een notaris. .
Een ouder kan een nalatenschap namens een minderjarig kind niet zuiver aanvaarden. Behoudens machtiging van de rechtbank gebeurt de aanvaarding van de nalatenschap ten voordele van een minderjarige steeds onder voorrecht van boedelbeschrijving. Dit wil zeggen dat de minderjarige slechts gehouden is tot de schulden ten belope van het actief van de nalatenschap met eventuele rest voor de minderjarige.
Het keuzerecht, verwerping, aanvaarding of aanvaarding onder voorbehoud van boedelbeschrijving kan gedurende 30 jaar worden uitgeoefend, mits er voordien geen daden van aanvaarding of verwerping zijn geweest.
Het opnemen van goederen of gelden uit de nalatenschap geldt als aanvaarding.
Schuldeisers kunnen de erfgenamen dagvaarden in het uiten van hun keuze: aanvaarden, verwerpen of aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving.
Uit artt. 789 en 2262 oud BW vloeit voort dat het recht om een nalatenschap te aanvaarden verjaart door verloop van dertig jaar. De verjaring van de erfkeuze en de onmogelijkheid om de nalatenschap te aanvaarden werken door op de andere rechten die de erfgerechtigde nog in rechte wil afdwingen.
Loutere overmacht en onoverwinnelijke dwaling schorsen de verjaring niet.
Ouders kunnen machtiging vragen aan de Vrederechter om namens hun minderjarige kinderen een erfenis of legaat te verwerpen.
De Potpourri V wet van 6 juli 2017, stelt dat een nalatenschap voor de notaris verworpen wordt. Ze trad op 3 augustus 2017 in werking. Voorheen kon er verworpen worden ter griffie van de rechtbank van eerste aanlag.
De verwerping van een nalatenschap wordt niet vermoed: zij moet worden gedaan door middel van een verklaring afgelegd ten overstaan van een notaris, in een authentieke akte.
Wanneer de verwerper of verwerpers op hun eer voor de notaris verklaren dat volgens hun de nalatenschap onder aftrek van de lasten en kosten van de nalatenschap niet meer bedraagt dan 5 000 euro (bedrag 2017), wordt de verklaring van verwerping, kosteloos verleden en geregistreerd en wordt zij vrijgesteld van de betaling van recht op geschriften en bekendmakingskosten.
Om de drie jaar, en voor de eerste maal op 3 augustus 2020, zijnde op de verjaardag van de inwerkingtreding van deze bepaling, wordt het bedrag van 5000 euro van rechtswege aangepast aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van de maand die aan de aanpassing voorafgaat.
De notaris kan van het notarieel fonds een bedrag van 100 euro, inclusief btw, terugvorderen voor elke akte houdende één of meer verklaringen van verwerping van nalatenschap die hij kosteloos heeft verleden met toepassing van het derde lid van hetzelfde artikel, indien de akte geen andere rechtshandelingen, verklaringen of vaststellingen bevat die aanleiding geven tot honorarium of salaris.
De Potpourri XI van 31 juli 20201 voorziet vanaf 1 september 2020 (ongeacht wanneer de nalatenschap is opengevallen) wat betreft de in artikel 784, derde lid oud BW, (artikel 4.44, derde lid (nieuw) BW) bedoelde uiterst geringe of deficitaire nalatenschappen, in de mogelijkheid van een gezamenlijk verzoek voor de vrederechter tot verwerping in naam en voor rekening van handelingsonbekwame erfgerechtigden. Voor deze procedure geldt een vrijstelling van gedingkosten. Zie ook Grondwettelijk Hof 13 januari 2022 –arrest nr. 3/2022, T. Fam. 2022, 218, met Noot – Vrijstelling van gedingkosten voor vrederechterlijke machtiging tot verwerping van deficitaire nalatenschappen (n zoverre artikel 162, sub 19° Wetboek der registratie-, hypotheek-en griffierechten niet erin voorziet dat de akten, vonnissen en arresten betreffende de op grond van de artikelen 378,§ 1, of 410, § 1, sub 5° oud BW ingeleide procedures tot het verkrijgen van een individuele machtiging om een nalatenschap bedoeld in artikel 784, derde lid oud BW te verwerpen namens een minderjarige, van de formaliteit van de registratie zijn vrijgesteld, is het niet bestaanbaar met de artikelen 10-11 Gw.).
Een partij mag inroepen dat zij haar recht tot verwerping van de nalatenschap niet verliest door het verstrijken van de termijn van beraad.
Eens een partij gedagvaard is om een erfkeuze te doen, is hij verplicht zijn erfkeuze te kiezen. Hij kan dan niet langer de exceptie van beraad inroepen. Pas 26 maanden later na de dagvaarding de erfkeuze te maken gaat niet op. Door in het debat tussen te komen aanvaardt de erfgenaam stilzwijgend.
Het betalen van begrafeniskosten is niet te beschouwen als een daad in het belang van de erfgerechtigde maar als een daad in het belang van de nalatenschap.
De termijn van beraad beoogt de erfgenaam toe te laten zich te vergewissen van de hoegrootheid van de nalatenschap en na te gaan welke schulden erop wegen. De bedoeling is dat de erfgenaam tijdens die periode een inventaris laat opmaken. Die inventaris wordt niet beschouwd als een daad van aanvaarding.
Klik hier voor een model verzoek ouders machtiging verwerping nalatenschap voor hun kind