Samenvatting
De Potpourri II-wet maakte een einde aan de verzwarende omstandigheid van de “blijvende ongeschiktheid tot het verrichten van persoonlijke arbeid” (en de verschillende varianten ervan zowel in het Strafwetboek als in enkele bijzondere strafwetten).
De kwalificatie werd overal vervangen door een “ongeschiktheid tot het verrichten van persoonlijkearbeid4 van meer dan vier maanden.
De wijziging werd ingegeven door het feit dat onder de vroegere kwalificatie blijvende ongeschiktheid der pas kon gekwalificeerd na consolidatie waardoor het zowel voor de beklaagde als voor het slachtoffer veel te lang duurde vooraleer er een uitspraak kan worden gedaan over de feiten.
zie
Artikel - Gewelddaden met werkongeschiktheid tot gevolg Strafwetboek 2024
Preview
De ongeschiktheid tot het verrichten van persoonlijke arbeid, in de zin als bedoeld in art. 399 Sw., bestaat in de ongeschiktheid voor het slachtoffer tot het verrichten van een willekeurige persoonlijke arbeid. Die verzwarende omstandigheid wordt ook toegepast als het slachtoffer, zoals een kind, geen enkele winstgevende activiteit uitoefent en ongeacht de omvang van de ongeschiktheid. Geen enkele wettelijke bepaling legt op dat een arbeidsongeschiktheid in de zin als bedoeld in art. 399 Sw., wordt bewezen met een medisch getuigschrift of een deskundigenonderzoek, zodat de bodemrechter hierover op onaantastbare wijze beslist. Rechtspraak: Cass. 19/04/2006, RW 2009-2010 149 ...