Burgerlijke heling
De burgerlijke heling werd sinds 1 september 2018 wettelijk omschreven. Hierbij regelen onderscheiden bepalingen de heling in het huwelijksvermogensrecht en de heling in het erfrecht.
Heling in het huwelijksvermogensrecht
Sinds 1 september 2018 luidt artikel 1389/3 BW als volgt:
“De echtgenoot die te kwader trouw informatie verzwijgt of valse verklaringen aflegt met betrekking tot de samenstelling of de omvang van de gemeenschap, van de tussen echtgenoten bestaande onverdeeldheden, of, in geval van een stelsel van scheiding van goederen met beding van verrekening, van de verrekenmassa, om hieruit voor zichzelf, ten nadele van de andere echtgenoot, een voordeel te verkrijgen, is schuldig aan heling.
De echtgenoot die schuldig is aan heling verliest zijn aandeel in de geheelde goederen of waarden of wordt, desgevallend, gesanctioneerd ten belope van de geheelde goederen of waarden bij de berekening van de verrekenvordering. Deze sanctie kan niet worden ingeroepen tegen de echtgenoot die spontaan en tijdig de juiste en volledige informatie verstrekt of zijn valse verklaringen rechtzet.”
Sinds 1 juli 2022 gelden de nieuwe bepalingen van het NBW meer bepaald artikel 2.3.15:
"De echtgenoot die te kwader trouw informatie verzwijgt of valse verklaringen aflegt met betrekking tot de samenstelling of de omvang van de gemeenschap, van de tussen echtgenoten bestaande onverdeeldheden, of, in geval van een stelsel van scheiding van goederen met beding van verrekening, van de verrekenmassa, om hieruit voor zichzelf, ten nadele van de andere echtgenoot, een voordeel te verkrijgen, is schuldig aan heling.
De echtgenoot die schuldig is aan heling verliest zijn aandeel in de geheelde goederen of waarden of wordt, desgevallend, gesanctioneerd ten belope van de geheelde goederen of waarden bij de berekening van de verrekenvordering.
Deze sanctie kan niet worden opgelegd aan de echtgenoot die spontaan en tijdig de juiste en volledige informatie verstrekt of zijn valse verklaringen rechtzet.".
Heling in het erfrecht
sinds 1 september 2018, leest artikel792 BW als volgt:
“De erfgenaam die te kwader trouw informatie verzwijgt of valse verklaringen aflegt met betrekking tot de samenstelling of de omvang van de nalatenschap, om hieruit voor zichzelf, ten nadele van zijn mede-erfgenamen of van de schuldeisers van de nalatenschap, een voordeel te verkrijgen, is schuldig aan heling. De erfgenaam die schuldig is aan heling verliest de bevoegdheid om de nalatenschap te verwerpen; al zou hij die willen verwerpen, toch blijft hij zuiver erfgenaam, zonder op enig aandeel in de geheelde goederen of waarden aanspraak te kunnen maken. Deze sanctie kan niet worden ingeroepen tegen de erfgenaam die spontaan en tijdig de juiste en volledige informatie verstrekt of zijn valse verklaringen rechtzet.”
De term heling werd voorafgaand aan 2018 niet door de wetgever niet gedefinieerd. De rechtspraak en -leer die nog steeds relevant blijft had de volgende omschrijving aanvaard: het bezitten of (bij)houden van zaken, verkregen door het plegen van een misdaad of wanbedrijf. Kortom, er moet sprake zijn van een inontvangstneming en de persoon moet op dat moment op de hoogte zijn dat de zaak voortkomt uit een misdrijf.
Heling is het bedrieglijk geheel of ten dele in bezit nemen van een weggenomen, verduisterde of door misdaad of wanbedrijf verkregen zaak, wetende dat dit voorwerp een delictuele herkomst heeft.
Heling van een gestolen voorwerp vereist bij de heler dat hij met name het voormelde voorwerp met een bedrieglijk opzet heeft verkregen, d.w.z. met de bedoeling om er ofwel zelf voordeel uit te halen, ofwel de daders van of de medeplichtigen aan de diefstal te helpen om de voordelen eruit te halen.
De heler is duidelijk te onderscheiden van de dief.
De heler is diegene die gestolen goed opkoopt.
Heling is een wanbedrijf waardoor de verjaringstermijn 5 jaar bedraagt waarbij deze termijn begint te lopen vanaf dat men in het bezit is van het gestolen goed.
Heling veronderstelt evenwel niet alleen een actieve handeling. Ook het verzwijgen of het afleggen van een valse verklaring kan heling uitmaken.
Het is essentieel dat de heler voor zichzelf een voordeel beoogt ten nadele van de deel genoten. Essentieel is dat de heler voor zichzelf een voordeel beoogt ten nadele van de deel genoten of de schuldeisers. Wordt het voordeel beoogd ten voordele van iemand anders, dan is er geen sprake van heling, maar vormt dit desgevallend een fout die op grond van artikel 1382 BW aanleiding kan geven tot een schadevergoeding.
Strafrechtelijke heling
Bestanddelen van het misdrijf
1) de heling veronderstelt het materieel bezit:
Toepassing: een passagier die in een gestolen wagen plaatsneemt, wetende dat de bestuurder hem heeft gestolen, heeft samen met de bestuurder(dief) het gebruik en het onrechtmatig bezit. Hij wordt als heler aanzien.
2) bedrieglijke herkomst of delictuele oorsprong:
De zaak is verkregen door een misdaad of een wanbedrijf (geen overtreding).
Let wel: de heler dient een zaak in bezit of in ontvangst te nemen, afkomstig van een misdaad of wanbedrijf gepleegd door een ander persoon. dief en heler zijn dus steeds onderscheiden personen men kan dus niet dief en heler terzelfdertijd zijn.
3) de heler moet de delictuele herkomst kennen:
Hij moet op het ogenblik dat hij de zaak verkrijgt of in ontvangst neemt kennis hebben van het bestaan van een vroeger misdrijf waardoor de voorwerpen verkregen werden. De feitenrechter beoordeelt soeverein en in concreto of de heler de wederrechtelijke herkomst van dit voorwerp kende.
De heler moet niet al de omstandigheden van het misdrijf kennen; hij moet wel de delictuele herkomst kennen vooraleer hij het voorwerp of de zaak ontvangt of ten minste op het ogenblik dat hij het in bezit neemt.
4) bedrieglijk inzicht:
De heler handelde met de bedoeling zich de zaak toe te eigenen of de geheelde zaak te onttrekken aan de opsporingen van het gerecht of aan de slachtoffers van het voorafgaande misdrijf.
Heling is een aflopende misdrijf, en staat volledig zelfstandig, los en onderscheiden van de misdaad of van het wanbedrijf, waarin het bezit van de geheelde voorwerpen zijn oorsprong vindt. De heler kan bv. Nog vervolgd worden terwijl de verjaring reeds is ingetreden voor de dader van de misdaad of het wanbedrijf. Vermits heling een aflopend misdrijf uitmaakt, begint de verjaring te lopen vanaf het tijdstip van de in ontvangst name.
Verzwarende omstandigheden:
ART. 506 S.W. voorziet een strafverzwaring nl.:
"Art. 506. <W 2003-01-23/42, art. 81, 041; Van kracht : 13-03-2003> Ingeval de straf, toepasselijk op de daders van de misdaad, levenslange opsluiting of opsluiting van twintig jaar tot dertig jaar is, worden de in het vorige artikel bedoelde helers veroordeeld tot opsluiting van vijf jaar tot tien jaar indien bevonden wordt dat zij ten tijde van de heling kennis droegen van de omstandigheden waaraan de wet levenslange opsluiting of opsluiting van twintig jaar tot dertig jaar verbindt."
Heling is een aflopend misdrijf
In België begint de verjaring tegen de heler vanaf het ogenblik dat hij welbewust het gestolen goed ontvangt, terwijl die in Frankrijk pas begint wanneer de heler zich van het gestolen goed ontdoet. Bijgevolg beschikt het gerecht in België over een veel kortere tijdsspanne om op te treden dan in Frankrijk. Aldus wordt vastgesteld dat, na afloop van de verjaringstermijn van vijf jaar, gestolen voorwerpen opnieuw « wettig » op de markt kunnen opduiken, zonder dat de helers nog vervolgd kunnen worden aangezien de vijfjarige verjaringstermijn is beginnen te lopen vanaf het ogenblik dat zij het voorwerp op ongeoorloofde wijze in ontvangst hebben genomen. In Frankrijk daarentegen blijven alle opeenvolgende helers die op een of ander ogenblik het onrechtmatig verworven goed in handen hebben gehad strafbaar aangezien de verjaring pas begint te lopen op het ogenblik dat de laatste heler in de reeks het goed verkoopt aan een koper die te goeder trouw is.
Heling op immateriële zaken is uitgesloten
Het hof van cassatie heeft het toepassingsgebied van artikel 505, 1 ° van het Strafwetboek beperkt tot louter stoffelijke zaken en aldus gesteld dat voor de bescherming van een immaterieel object, zoals intellectuele rechten, dit artikel niet in aanmerking komt.
voor heling in het erfrecht zie deze link.