Artikel 62, eerste lid, Wegverkeerswet bepaalt dat de overheidspersonen die door de Koning worden aangewezen om toezicht te houden op de naleving van deze wet en haar uitvoeringsbesluiten de overtredingen vaststellen door processen-verbaal die bewijswaarde hebben tot het tegendeel. De personen die bevoegd zijn om toezicht uit te oefenen op de naleving van de Wegverkeerswet en de uitvoeringsbesluiten ervan, zijn opgesomd in artikel 3 Wegverkeersreglement.
Artikel 11 Wegverkeerswet bepaalt dat bevoegde personen die de kentekens van hun ambt dragen, het verkeer kunnen regelen door aanwijzingen te geven, die gaan boven de bepalingen van de algemene en de aanvullende reglementen.
Volgens artikel 1, eerste lid, Wegverkeersreglement geldt het Wegverkeersreglement voor het verkeer op de openbare weg en het gebruik ervan, door voetgangers, voertuigen, trek-, last- of rijdieren en vee.
Artikel 4.1 Wegverkeersreglement bepaalt dat de weggebruikers onmiddellijk gevolg moeten geven aan de bevelen van bevoegde personen. Artikel 4.2 Wegverkeersreglement omschrijft welke bevelen inzonderheid als door artikel 4.1 Wegverkeersreglement bedoelde bevelen worden beschouwd. Artikel 4.3, eerste lid, Wegverkeersreglement bepaalt dat de bevelen gericht tot in beweging zijnde weggebruikers slechts kunnen worden gegeven door personen die de kentekens van hun functie dragen.
Uit deze bepalingen in hun onderlinge samenhang gelezen volgt dat:
- het door artikel 4.1 Wegverkeersreglement bedoelde misdrijf is voltrokken van zodra de gebruiker van de openbare weg nalaat onmiddellijk gevolg te geven aan het bevel;
- de opsomming van de in artikel 4.2 Wegverkeersreglement vermelde bevelen niet beperkend is;
- de bevoegde personen niet enkel bevelen kunnen geven aan weggebruikers die in beweging zijn, maar ook aan andere weggebruikers, voor zover hun hoedanigheid duidelijk kenbaar is gemaakt;
- onder de in artikel 4.1 Wegverkeersreglement vermelde bevelen van een bevoegd persoon niet enkel bevelen worden bedoeld die louter gericht zijn op het regelen van het verkeer, maar ook bevelen die tot doel hebben het toezicht op de naleving van de Wegverkeerswet en de uitvoeringsbesluiten ervan mogelijk te maken, zoals het bevel het voertuig aan de kant te zetten of het bevel de motor van het voertuig af te zetten.