Een voorkooprecht behelst anders dan een voorkeurrecht geen optierecht tot aankoop.
Bij een voorkooprecht verbindt de eigenaar zich ertoe, in geval hij bereid is zijn goed te verkopen, dat goed eerst aan te bieden aan de begunstigde van het voorkooprecht die aldus derhalve het recht heeft dat goed aan te kopen bij voorrang boven ieder andere persoon.
Een voorkooprecht" kan worden overeengekomen tussen de koper van de naakte eigendom en de koper van het vruchtgebruik".
De naakte eigenaar kan bijvoorbeeld aan de vruchtgebruiker een voorkooprecht verlenen om het goed op eerste afroep te kopen aan de prijs die de naakte eigenaar er bij deze voor betaald heeft, dit zonder meerkost of indexatie."
Bij het verlenen van een voorkooprecht kan tussen de eigenaar en de begunstigde van het voorkooprecht bedongen worden dat dit recht kan uitgeoefend worden tegen een vooraf bepaalde prijs.
Van zodra de partij die het voorkooprecht heeft kennis krijgt van de wil van de partij ie het voorkoprecht heeft verleend om zijn goed te verkopen, kan de titularis van het recht van voorkoop alsdan op eerste afroep zijn voorkooprecht uitoefenen tegen de overeengekomen prijs.
Een voorkooprecht op eerste afroep verplicht de eigenaar evenwel niet zijn goed te verkopen.
Essentieel voor de uitoefening van een toegekend voorkooprecht is en blijft het voorafgaand bestaan van de wil van de eigenaar om zijn goed te verkopen. Dat is immers inherent aan het begrip voorkooprecht.
Een vonnis van de Vred. Torhout van 3 december 1996, TBBR 1998, 478, oordeelde in een andere zin waarbij werd overwogen dat het vooraf vastleggen van de prijs wringt met de interpretatie van een clausule als een voorkooprecht de voorafbetaling van de prijs. Ook het Franse Hof va Cassatie komt tot diezelfde conclusie: (Cass. Fr. 6 juni 2001, n° 98-20.673, RTD Civ 2002, 88).
Let wel Uittreksel uit het (nieuw) BW
Art. 5.24. Voorkeurscontract
Het voorkeurscontract is een contract waarbij een partij zich ertoe verbindt om voorrang te geven aan de begunstigde ervan indien zij zou beslissen te contracteren. Tenzij de wet of het contract anders bepaalt, is het voorkeurscontract aan volgende regels onderworpen.
De partij mag slechts met een derde contracteren nadat zij aan de begunstigde de gelegenheid heeft gegeven om zijn voorkeursrecht uit te oefenen. Te dien einde geeft zij aan de begunstigde kennis van de essentiële en substantiële bestanddelen van het contract dat zij beoogt te sluiten.
Deze kennisgeving geldt als aanbod.
Wordt het aanbod niet aanvaard, dan mag de partij niet contracteren met een derde tegen een lagere prijs of gunstigere voorwaarden zonder opnieuw over te gaan tot een kennisgeving overeenkomstig het tweede lid.
Uittreksel uit de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel houdende Boek 5 “Verbintenissen” van het Burgerlijk Wetboek
De regeling is geïnspireerd op de regeling van artikel 48 Pachtwet (zie ook: B. TILLEMAN, Totstandkoming en kwalificatie van de koop, in Beginselen van Belgisch Privaatrecht, X, Antwerpen, Kluwer, 2001, 271-303; W. VAN GERVEN en A. VAN OEVELEN, 160; P. WÉRY, I, 195-199, nr. 182-185). In het gemeen recht is zij van aanvullend recht.
Verschil voorkooprecht en voorkeurrecht
Bij het voorkooprecht (right offirst refusal) zijn anders dan bij het voorkeurrecht (right of first offer)de modaliteiten van de rechtshandeling reeds gekend. Op het moment dat de verkoper een potentiële koper heeft die de verkoper de houder van het voorkooprecht te contacteren die alsdan in de gelegenheid wordt gesteld om aan die voorwaarden al dan niet te kopen.
Het voorkeurrecht wordt aangeboden alvorens het goed op de markt komt. Bij het recht van voorkoop zijn de onderhandelingen met een kandidaat koper reeds aangevat en geformaliseerd in een bod van de koper. Het recht van voorkoop wordt weliswaar aangeboden voorafgaand aan de onderhandse verkoopscompromis, tenzij deze wordt afgesloten onder opschortende voorwaarde van de niet-uitoefening van het voorkooprecht.