Preview
P., VENNOOTSCHAP NAAR DUITS RECHT/FORTIS BANK NV, KBC NV EN DEXIA BANK BELGIË NV E.A. I. Rechtspleging voor het Hof Het cassatieberoep is gericht tegen een arrest, op 10 september 2009 gewezen door het hof van beroep te Antwerpen. Raadsheer Eric Dirix heeft verslag uitgebracht. Advocaat-generaal met opdracht André Van Ingelgem heeft geconcludeerd. II. Cassatiemiddelen De eiseres voert in haar verzoekschrift dat aan dit arrest is gehecht, twee middelen aan. III. Beslissing van het Hof Beoordeling Eerste middel 1. Door te oordelen dat “de beweerde ongeloofwaardigheid van de aldus gecreëerde buitenbezitstelling ( ... ) onbewezen (blijft)” en dat “niet is aangetoond dat de over-eenkomsten niet volgens afspraak werden nageleefd”, leggen de appelrechters de bewijslast nopens het bestaan van die buitenbezitstelling niet ten laste van de eiseres. Het middel kan in zoverre niet worden aangenomen. 2. De appelrechters gronden hun beslissing niet op deze beweerde miskenning van de bewijslast, maar op grond van de feitelijke vaststellingen die zij vermelden onder r.o. 5 tot en met 13 van het arrest, zoals onder meer dat de ruimte waarin de ver-pande goederen waren opgeslagen een afzonderlijk magazijn vormde, gescheiden van de ...