Uittreksel uit het gerechtelijk wetboek Art. 1034ter.<Ingevoegd bij W 1992-08-03/31, art. 40, 020;
Inwerkingtreding : 01-01-1993> Het verzoekschrift vermeldt op straffe van nietigheid :
1° de dag, de maand en het jaar;
2° de naam, de voornaam [
4 ...]
4, de woonplaats van de verzoeker en, in voorkomend geval, zijn hoedanigheid [
2 en [
3 zijn rijksregister- of ondernemingsnummer]
3]
2;
3° de naam, de voornaam, de woonplaats en, in voorkomend geval, de hoedanigheid van de persoon die moet worden opgeroepen;
4° het [
1 voorwerp]
1 en de korte samenvatting van de middelen van de vordering;
5° de rechter voor wie de vordering aanhangig wordt gemaakt;
6° de handtekening van de verzoeker of van zijn advocaat.
----------
(
1)<W
2015-10-19/01, art. 30, 141; Inwerkingtreding : 01-11-2015>
(
2)<W
2018-04-15/14, art. 14, 163; Inwerkingtreding : 01-11-2018>
(
3)<W
2018-10-14/18, art. 17, 173; Inwerkingtreding : 01-02-2019>
(
4)<W
2018-12-21/09, art. 130, 174; Inwerkingtreding : 10-01-2019>