Verklaring van wettelijk samenwonen
Dezesschriftelijke verklaring van wettelijk samenwonen moet overhandigd aan de ambtenaar van de burgerlijke stand, die een ontvangstbewijs aflevert..
De aanstaande wettelijk samenwonenden kunnen zelf een verklaring van wettelijk samenwonen opstellen of kunnen gebruikmaken van een modelformulier dat veel gemeenten aanbieden.
De verklaring moet altijd de volgende gegevens bevatten:
- de datum van de verklaring
- de naam, voornamen, geboorteplaats en -datum, en handtekening van de twee partijen
- de gemeenschappelijke woonplaats
- de wens van beide partijen om wettelijk samen te wonen
- de vermelding dat beide partijen vooraf kennis hebben genomen van de artikelen 1475 tot 1479 van het burgerlijk wetboek, die het statuut van het samenwonen regelen
- de verwijzing naar het eventuele samenlevingscontract dat vooraf door een notaris opgesteld is
De ambtenaar van de burgerlijke stand controleert of aan de wettelijke voorwaarden voor het wettelijk samenwonen is voldaan. Als dat het geval is, schrijft hij de verklaring in het bevolkingsregister in.
Rechten en plichten van de samenwonenden
Het burgerlijk wetboek bepaalt dat samenwonenden de volgende rechten en plichten hebben:
- De bescherming van de gezinswoning. De gezinswoning omvat de gemeenschappelijke woning en het huisraad van de samenwonenden. Een van de samenwonenden kan niet op eigen houtje beslissen de gezinswoning te verkopen, weg te schenken of er een hypotheek op te nemen. De andere samenwonende moet daarmee akkoord gaan. Als deze zonder goede reden weigert, kan de rechtbank de andere samenwonende toelaten toch alleen te handelen.
- Samenwonenden moeten bijdragen in de lasten van het samenleven naar evenredigheid van hun mogelijkheden. Dat betekent dat beide samenwonenden net als echtgenoten verplicht zijn om in de lasten van het huishouden te voorzien. Ook de kosten van onderhoud, opvoeding en opleiding van de kinderen die in het gezin worden opgenomen, vallen hieronder, ongeacht of het om gemeenschappelijke kinderen gaat. Samenwonenden delen eveneens de onroerende voorheffing voor de woning waarvan een van beide eigenaar is, en de verkeersbelasting van het gemeenschappelijk voertuig.
- In bepaalde schulden bestaat er hoofdelijke verbintenis tussen samenwonenden. Wanneer een van de samenwonenden een schuld aangaat die noodzakelijk is voor de behoeften van de samenwonenden of van de kinderen die zij samen opvoeden, dan is de andere samenwonende eveneens aansprakelijk. Voorbeelden van deze schulden zijn: een lening voor een woning, een autolening, …
Dit geldt niet voor schulden die buitensporig zijn in verhouding tot de financiële middelen waarover de samenwonenden beschikken.
Meer informatie over de administratieve procedure is te verkrijgen op dienst burgerlijke stand van uw gemeente.