De rechtbank dient steeds te onderzoeken of een beding op grond waarvan een verzekeraar zich beroept tussenkomst te weigeren geen vervalbeding is.
Aangezien art. 65 van de wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringenartikel van dwingend recht is, dient de rechter na te gaan of een clausule van de verzekeringsovereenkomst die op een andere manier wordt verwoord, geen vervalbeding is.
Een verzekeringspolis kan voorzien in uitsluitingen. Dit zijn uitgesloten risico's waarvoor de tussenkomst van de verzekering wordt uitgesloten. Voor de toepassing van een uitsluitingsgrond dient geen causaal verband bewezen
Een verzekering kan ook voorzien in een vervalbeding. .Het vervalbeding legt een sanctie op aan de verzekerde. Indien hij een bepaalde plicht niet nakomt is verzekeringsmaatschappij niet meer verplicht om tussenkomst te verlenen
Vervalbedingen betreffen omstandigheden die uitdrukkelijk bedongen zijn in de polis waarbij mits er een oorzakelijk verband bestaat tussen deze niet-nakoming en het schadegeval, de verzekering niet meer dient tussen te komen.(art. 65 Verzekeringswet, art. 11 WLVO).
Een beding in een verzekering waarbij de verzekeraar stelt niet te zullen tussenkomen bij diefstal in een voertuig dat niet slotvast werd gemaakt is een vervalbeding. Ondanks een dergelijk beding zal de verzekering dus toch dienen tussen te komen en de verzekerde vergoeden tenzij de verzekering het bewijs kan leveren dat de oorzaak van de diefstal precies ligt in het feit dat het voertuig niet slotvast was of dat bv. de sleutels in het voertuig lagen.
Ongeacht de middelen die de verzekerde aan de feitenrechter heeft voorgelegd, kan hij tegen dat arrest, dat zijn vordering tot vergoeding van de gevolgen van de diefstal van zijn voertuig verwerpt op grond van het beding van de verzekeringsovereenkomst volgens hetwelk de diefstal niet gedekt is wanneer de sleutels in of op het voertuig zijn gebleven, en waarvan de eiser de toepassing betwistte, verwerpt en hem zodoende benadeelt, een middel inzake de schending van artikel 11 van de wet van 25 juni 1992 aanvoeren, dat voor het eerst voor het Hof mag worden opgeworpen.