De koopwet bepaalt de rechten van de consument eisen wanneer de aangekochte zaak gebrekkig is
Zij beoogt de bescherming van de consumenten en hun waarborg bij verkoop van consumptiegoederen.
Rechtmatige eisen van gedupeerde consument. Keuzerecht: herstelling, vervanging,prijsvermindering of ontbinding.
De wet van 1 september 2004 vult de bepalingen van het burgerlijk wetboek inzake de koop (artikelen 1582 en volgende BW) met specifieke bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten middels de artikelen 1649 bis tot octies
WAT KAN DE CONSUMENT EISEN WANNEER ER EEN GEBREK IS IN DE CONFORMITEIT VAN DE KOOPWAAR
De consument heeft zelfde keuze tussen :
- de kosteloze herstelling eisen;
- de kosteloze vervanging eisen;
- een passende prijsvermindering eisen;
- de ontbinding eisen van de overeenkomst;
en daarnaast en bovenop kan hij zelfs schadevergoeding eisen.
Indien het kosteloze herstel of de vervanging van het goed kosten met zich zouden meebrengen die buiten verhouding zijn, zou de verkoper een andere vorm van genoegdoening kunnen voorstellen. De koper heeft inderdaad de keuze maar deze keuze mag niet onredelijk zijn. Zo kan het denkbaar zijn dat een bepaalde herstelling meer kosten met zich zou meebrengen dan een integrale vervanging. Zo is het ook denkbaar dat een bepaalde vervanging (voor bvb. praktisch onvervangbare zaken) meer kosten met zich meebrengt dan de loutere ontbinding.
Evenmin heeft de consument het recht om de overeenkomst te laten ontbinden voor een gebrek met zeer geringe betekenis. De eis tot prijsvermindering en ontbinding is bovendien slechts subsidiair. Dit betekent dat de consument hierop slechts kan beroep doen wanneer de verkoper nalaat tijdig in te staan voor de vervanging of de herstelling.
De vordering tot prijsvermindering wegens gebrek in de zaak.
De koper van een gebrekkige zaak, kan ofwel de vernietiging van de verkoop vorderen, dan wel de vermindering van de prijs.
De rechter kan in dit geval een deskundige aanstellen teneinde advies te geven over de waarde van het goed rekeninghoudende met de gebreken die worden vastgesteld.
Het advies van de deskundige kan evenwel nooit een bindend karakter hebben waarbij de rechter de volheid van bevoegdheid behoudt.
Een en ander werd bevestigd door het Hof van Cassatie op 20.04.2012 zoals weergegeven in het RW 2013-2014, kolom 625.