De bescherming van databanken werd voorzien in de wet van 31 augustus 1998 houdende de omzetting in Belgisch Recht van de Europese richtlijn van 11 maart 1996 betreffende de rechtsbescherming van databanken zoals gepubliceerd in het Belgische Staatsblad in 1998.
Deze wet wordt ook de databankenwet genoemd.
Aldus kunnen databanken de bescherming genieten van de gewone auteurswet (art. 20 bis en quater van de auteurswet) waarbij art. 20 bis uitdrukkelijk bepaalt dat de keuze en de rangschikking van de gegevens van een databank een eigen intellectuele schepping van de auteursvormen en alzo danig beschermd worden.
Veel websites bevatten een databank. Met de richtlijn 96/9/EG van 1 maart 1996 werd enerzijds het bestaande auteursrecht aangepast voor het specifieke werk dat de databank is en werd anderzijds een 'sui generis'-regime in het leven geroepen voor databanken. De richtlijn werd in België ook tweeledig geïmplementeerd door enerzijds de invoeging van een afdeling 4bis (art. 2obis-quater) in de Auteurswet en door anderzijds de databankenwet van 31 augustus 1998 (BS 14 november 1998).
De enige en noodzakelijke voorwaarde voor een databank om auteursrechtelijke bescherming te genieten is dat de selectie ('keuze' of de ordening ('rangschikking') van de stof origineel zijn.-
De bescherming van databanken bestaat ten gunste van de producenten en niet ten gunste van de makers (lees de ontwikkelaars van databanken.
De 'producenten van databanken' is de natuurlijke of rechtspersonen die het initiatief van de databank heeft genomen en het risico draagt van de investeringen waardoor de databank ontstaan is. Lees dus degene die de makers heeft betaald en de opdracht heeft gegeven.
Een databank wordt in de regel in opdracht tot stand gebracht wordt, moet aangenomen worden dat de bescherming toekomt aan de uitvoerder van de opdracht, en met name aan de eigenlijke producent van de databank. Wanneer een producent van databanken evenwel ze f aan toeleveranciers opdrachten geeft, dan komen de rechten ten originele titel toch aan hem toe.
Krachtens art. 4, lid I wet databanken bezitten de producenten van databanken het recht de opvraging en/of het hergebruik te verbieden van het geheel of van een in kwalitatief of kwantitatief opzicht substantieel deel van de inhoud van hun databanken.
Opvragen van de inhoud van databanken betreft de permanente of tijdelijke overbrenging van de inhoud van een databank of van een substantieel deel ervan op een andere drager, ongeacht op welke wijze en in welke vorm ook. Het begrip opvraging moet zeer ruim worden opgevat.
Het overbrengen van inhoud van databanken voor private doeleinden geldt ook als een opvraging.
Hergebruik veronderstelt een openbaar karakter van de terbeschikkingstelling van de inhoud van de databank.
Het recht van de producenten van databanken zich tegen opvraging en/of het hergebruik te verzetten geldt slechts voor die . de opvraging en/of het hergebruik van het geheel of van een in kwalitatief of kwantitatief opzicht substantieel deel van de inhoud van hun databanken.
Aldus valt het opvragen en/of hergebruiken van individuele elementen die in een databank zijn opgenomen, niet onder dit recht..
Er is evenmin bescherming tegen het opvragen en/of "hergebruiken van in kwalitatief of kwantitatief" opzicht niet-substantiële delen van de inhoud van een databank.
Toch is het herhaald en systematisch opvragen en/f hergebruiken van niet-substantiële delen van de inhoud van een databank niet toegestaan indien deze handelingen strijdig zijn met een normale exploitatie van de databank of indien ze ongerechtvaardigde schade toebrengen aan de rechtmatige belangen van de producent van de databank.
Tenslotte dient gewezen op de communautaire uitputting (art. 4, lid 3 wet databanken). Deze communautaire uitputting heeft enkel betrekking op de verkoop van materiële exemplaren van databanken.
Gebruik van foto’s die uit een databank geplukt werden om deze op een andere website te gebruiken maakt een inbreuk uit op de auteursrechtelijke bescherming en de bescherming geboden aan databanken.
Uit de concrete inhoud van de foto’s kan blijken dat de enscenering, de camera-instelling, de invalshoek en de gebruikte software bij het ontwikkelen een voldoende origineel karakter vertonen en duiden op een intellectuele prestatie van de fotograaf.
De originaliteit en het kwalitatief karakter kunnen alleen al blijken uit het feit dat de foto's werden overgenomen.