Seksuele schade of pretium voluptatis betreft de nadelen die rechtstreeks of onrechtstreeks verband houden met het seksuele genoegen of de voortplanting
Seksuele schade is verschillend van de morele schade (net zoals ook de esthetische schade verschillend is van de morele schade).
Seksuele schade kan worden opgesplitst in verleden morele schade en toekomstige morele schade.
Seksuele schade kan verder worden opgesplitst in de schade betreffende het seksuele kunnen (potentie / impotentie) en het verminderde of teloorgegane seksuele genot (libido) en de schade door het het verlies van (de kansen op) een nageslacht of de complicaties verbonden aan de voortplanting door de foutieve daad. Tenslotte maakt ook de verminderde huwelijkskans of de verminderde kans tot het aangaan van een andere relatievorm een afzonderlijke schade uit.
Het 'pretium voluptatis' kan specifieke morele schade vormen.
Het "pretium voluptatis" kan niet alleen bestaan in het verlies van het seksuele gen ot van het slachtoffer, maar ook van diens partner, zoals door een dooor een weduwe gevorderd kan worden voor het overlijden van haar echtgenoot.
Het "pretium voluptatis" kan immers specifieke morele schade uitmaken;
Een onderscheid kan gemaakt tussen de algemene morele schade (dat wil zeggen het pijnlijk gevoel dat veroorzaakt wordt door het bewustzijn van verlies of van de aantasting van zijn fysieke integriteit, met andere woorden "het verdriet)) en de vergoeding van de bijzondere en specifieke morele schadeposten (zoals : esthetische schade, schade door gederfde levensvreugde, seksuele of affectieve schade)".
Zie R.O. DALCQ en G. SCHAMPS, 'Examen de jurisprudence (1987 à 1993) : la responsabilité délictuelle et quasi délictuelle', R.C.J.B., 1994, blz. 768, nr 188. en Cassatie 22/10/2003