MIDDELEN- OF RESULTAATSVERBINTENIS
Volgens de Belgische wetgeving is een dokter (chirurg) aansprakelijk voor fouten begaan tijdens de uitvoering van zijn opdracht.
Het bewijs van aansprakelijkheid verschilt naargelang de taak van de dokter/chirurg kan aanzien worden als resultaatsverbintenis, dan wel als middelenverbintenis.
Wanneer het gaat om een resultaatsverbintenis, wordt de aansprakelijkheid als bewezen weerhouden van zodra het beoogde resultaat niet werd bereikt, tenzij bewijs van overmacht of vreemde oorzaak.
Een voorbeeld verduidelijkt dit. Stel dat een chirurg vergeet om watten of een operatiewerktuig te verwijderen uit het lichaam van de patiënt en het staat vast dat de patiënt hierdoor is komen te overlijden, dan zal de aansprakelijkheid van de dokter vaststaan. Het verwijderen van alle materiaal uit het lichaam van de patiënt is een resultaatsverbintenis. Het niet bekomen van dit resultaat leidt tot aansprakelijkheid.
Wanneer het gaat om een middelenverbintenis of inspanningsverbintenis, ligt de bewijslast moeilijker. De schadelijder moet dan bewijzen dat i.c. de dokter/chirurg gehandeld heeft op een wijze die niet overeenstemt met de wijze waarop een normaal, redelijk en voorzichtig persoon zou gehandeld hebben in dezelfde omstandigheden.
De gedraging van een medicus moet vergeleken worden met die van een normaal, voorzichtig en aandachtig practicus, geplaatst in gelijkaardige omstandigheden.”
(Bergen, 29.09.1986, RGAR, 1987, nr. 11.282)
Hier is de bewijslast heel wat moeilijker.
De arts/chirurg is er wel toe gehouden om al datgene te doen wat in zijn professionele mogelijkheden/kennis ligt om tot een zo goed mogelijk resultaat te komen, waarbij men de vergelijking maakt t.a.v. een ander arts, geplaatst in dezelfde omstandigheden.
Het slachtoffer kan maar de fout van de dokter aantonen als hij bewijst dat het handelen van de dokter onder het niveau lag van wat gebruikelijk is, rekening houdend met de stand van de wetenschap en de geldende standaarden voor dergelijke ingrepen.
Op het niveau van de inspanningsverbintenis/resultaatsverbintenis moet evenwel nog een correctie worden toegepast.
Waar het uitvoeren van een operatie een middelenverbintenis is (komen tot een zo goed mogelijk resultaat), is het wel mogelijk dat zich hierbinnen een resultaatsverbintenis voordoet.
Een voorbeeld verduidelijkt dit. Waar het enerzijds zo is dat een operatie niet per definitie leidt tot een perfect gezonde rug (middelenverbintenis), bestaat de mogelijkheid dat tijdens de operatie een specifieke handeling wordt gesteld die te aanzien is als resultaatsverbintenis.
Aldus is het mogelijk dat een chirurg een implantaat (of cage) op zodanige wijze plaatst dat manifest inbreuk wordt gepleegd op een voorschrift dat deel uitmaakt van een algemene regel inzake geneeskunde. Het niet nakomen van die regel leidt dan tot aansprakelijkheid.
In casu is het uitgangspunt dat de chirurg niet gehouden was tot een resultaatsverbintenis, doch wel tot een middelenverbintenis.
Om schadevergoeding te kunnen bekomen moet het slachtoffer bewijzen dat de dokter/chirurg een fout heeft begaan, m.a.w. dat hij op onzorgvuldige wijze is tewerk gegaan.
Voor zoveel als nodig, kan hierbij opgemerkt worden dat Prof. Dr. F.C. ÖNER eveneens vertrekt van een middelenverbintenis en niet van een resultaatsverbintenis.
De begrippen inspanningsverbintenis en resultaatsverbintenis worden gedefinieerd in art. 5.72 NBW:
Uittreksel NBW
« Art. 5.72 Draagwijdte van contractuele verbintenissen
De inspanningsverbintenis is een verbintenis die de schuldenaar ervan verplicht om alle zorg te verstrekken die eigen is aan een voorzichtig en redelijk persoon om een bepaald resultaat te bereiken. Het bewijs van de fout van de schuldenaar rust op de schuldeiser.
De resultaatsverbintenis is een verbintenis die de schuldenaar ervan verplicht om een bepaald resultaat te bereiken. Indien het resultaat niet wordt bereikt, wordt de fout van de schuldenaar vermoed, tenzij overmacht wordt aangetoond. »